The Dillinger Escape Plan is een groep die metal en hardcore speelt alsof het free jazz is. Met veel branie en technisch meesterschap grossieren ze sinds hun debuut ‘Calculating Infinity’ (1999) in onverwachte maatwisselingen en wispelturige tempi. Het doorbraakalbum ‘Miss Machine’ (2004) en de succesvolle opvolger ‘Ire Works’ (2007) trokken het klankenpallet van manisch geschreeuw, schizofrene gitaren en frenetieke ritmes nog verder open. Onder impuls van gitarist en creatief brein Benjamin Weinman experimenteerde het kwintet met melodische passages, piano en elektronica zonder aan allesverwoestende kracht in te boeten. Ter promotie van hun jongste meesterwerk ‘Option Paralysis’ (2010) onderneemt The Dillinger Escape Plan momenteel een Europese tournee die hen op 3 oktober ook tot in de Brusselse VK bracht, met Cancer Bats en The Ocean in hun kielzog.
Het Duitse experimentele metalcollectief The Ocean bracht in 2007 de conceptuele dubbelaar ‘Precambrian’ uit, een plaat die draaide rond het Precambrische tijdperk en het ontstaan van de aarde. Los van de merkwaardige thematiek bleek het een verpulverend tweeluik waar snoeihard beukwerk en epische postmetal de plak zwaaiden. Voor dit optreden ligt de nadruk echter op het recent verschenen ‘Heliocentric’, opnieuw een plaat hors catégorie. Opener ‘Firmament’ koppelt inventief riffwerk en atmosferische interludia aan viscerale uitbarstingen waarin de nieuwe frontman Loïc Rosetti zijn woeste schreeuwstrot mag openzetten. Het majestueuze tweeluik ‘The Origin of Species’ en ‘The Origin of God’ stoeit even met strijkers en pianoaccenten, om uiteindelijk uit te monden in een verschroeiende apotheose van snijdende gitaren en gutturale vocalen. Voor deze muzikale weelde had men gerust langer dan een halfuurtje mogen uittrekken.
Cancer Bats lijkt vanavond een beetje de vreemde eend in de bijt. In tegenstelling tot de andere bands, vertoont de hybride cross-over tussen metal, hardcore punk en southern rock van het Canadese kwartet geen greintje vernieuwingsdrang en blijft het bij compromisloos raggende gitaren en de obligate circle pits. De tonnen attitude, grenzeloze overgave en het vingervlugge gitaarwerk van Scott Middleton ten spijt, baart Cancer Bats weinig opzien. Nieuw werk als ‘Scared to Death’, oudje ‘Pneumonia Hawk’ en een weinig originele cover van ‘Sabotage’ (Beastie Boys) houden de snelheid in de set, maar kunnen niet verhullen dat de groep niet opgewassen is tegen de compositorische virtuositeit van haar collega’s.
Over naar de hoofdmoot dan: The Dillinger Escape Plan trekt letterlijk een mistgordijn op alvorens zich furieus op ‘Farewell, Mona Lisa’ te storten. De openingstrack van ‘Option Paralysis’ is een uitstekende staalkaart van wat de plaat te bieden heeft. Twee minuten hyperkinetisch getouwtrek tussen vocale razernij, kervende gitaarriffs en onstuimige ritmiek gaan naadloos over in een slepende, meezingbare brug om te eindigen in een monumentale coda. Dillinger staat meteen op een zeer hoog niveau te musiceren en weet zich daarbij gesteund door een uitstekend afgestelde geluidsmix.
De losgeslagen gitaristen Ben Weinman en Jeff Tuttle torpederen het publiek met het ene complexe gitaarspervuur na het andere, terwijl frontman Greg Puciato zich wild gesticulerend de ziel uit het lijf staat te schreeuwen. De perfect georkestreerde chaos wordt zorgvuldig geregisseerd door de koortsachtige samenwerking tussen bassist Liam Wilson en de nieuwe drummer Billy Rymer. Alles past immers samen in een overweldigend totaalplaatje waarin hartstochtelijke performance en technische superioriteit elkaar ontmoeten.
Met de corrosieve splinterbom ‘Fix Your Face’ en de southern rock op speed van ‘Milk Lizard’ volgt een uitstapje naar ‘Ire Works’, maar na een verrassende instrumentale bewerking van Radioheads ‘Paranoid Android’ krijgt het nieuw werk weer een prominente plaats toebedeeld. Het triumviraat ‘Room Full of Eyes’, ‘Chinese Whispers’ en ‘Gold Teeth On a Bum’ illustreert dat ze qua lef en intensiteit zeker niet moeten onderdoen voor de verpletterende klassieker ‘Sugar Coated Sour’, een vaste waarde uit ‘Calculating Infinity’. Opvallend rustpunt is ‘Widower’, een pianogedreven epos dat begint als een ingetogen ballade om vervolgens uit te monden in een zinderend slot. Na het Mike Patton-esque ‘Black Bubblegum’ en het halsbrekende ‘Good Neighbor’, zijn het uiteindelijk ‘Panasonic Youth’ en ‘Sunshine the Werewolf’, de eerste twee tracks van ‘Miss Machine’, die op orgastische wijze het licht mogen uitdoen.
Met zijn doortocht in de VK bewijst The Dillinger Escape Plan andermaal dat ze één van de meest inventieve en vooruitstrevende groepen uit de hardere sector zijn. Het kwintet flirt constant met de grens van totale krankzinnigheid en giet waanzinnige zang, tegendraads gebeuk en ongedurige ritmes in briljant chaotische songstructuren. Dat alles vertaalt zich live in een quasi ononderbroken, extatische powertrip die even virtuoos als energiek is: een imposante tour de force waar veel andere heavy bands een puntje aan kunnen zuigen.