Wie vooraf het gevoel had dat Pukkelpop 2008 nogal te lijden had onder weinig echte toppers, heeft ongelijk gekregen. Het alternatieve broertje van Werchter heeft meer bezoekers getrokken dan ooit tevoren. Een driedaags festival met meer dan 150 bands is niet zomaar om weg te cijferen. Er bleken dan ook meer dan voldoende leuke momenten te zijn om deze editie hoog in de Pukkelpop-annalen weg te schrijven. Ziehier een kleine selectie...

Manic Street Preachers "En dan nu hét meezingmoment van dit Pukkelpopweekend", aldus Lux Janssen. De heren van Manic Street Preachers hadden dan ook wat goed te maken na een laatste, erg lauwe passage in AB alweer zes jaar geleden. Het publiek had het in elk geval niet zo begrepen, want zonder enige moeite kon Jan Modaal vlak voor aanvang tot op tien meter van frontzanger James Dean Bradfield plaatsnemen. Gelukkig bracht een verzameling beste hits daar al spoedig verandering in. Met als absoluut hoogtepunt de gitaar van Bradfield die het opgaf en pas halverwege 'Motorcycle Emptiness' plots terug inviel om het nummer meteen in een versnelling hoger te zetten en als absoluut dieptepunt een platte versie van Rihanna's 'Umbrella' (en twee jonge dames die met hun parasolletje begonnen te zwieren), wist de Welshse bende zijn publiek op de juiste manier te verzorgen. Een reuze grote podiumdoek met twee pittige meisjes, zweemzoet glijdende gitaren (versterkt met keyboard) en een aardige dosis meezingverwennerij ('If You Tolerate This then Your Children Will Be Next', 'You Stole the Sun from My Heart', 'Design For Life') gaven de fans waar ze al veel te lang op hadden moeten wachten. Een zwakke Nirvana-cover ('Penny Royal Tea') om de pijnlijke herinneringen aan de plotsklaps van de aardbodem verdwenen gitarist Richey terug op te roepen gaf de vele tegenstanders dan weer een stevige stok om te slaan. Ruimte voor een tussenweg lieten de Manic Street Preachers ook ditmaal niet. Sigur Rós Met Sigur Rós als publiekstrekker op een topdag en het hoofdpodium, heeft de organisatie weer de nodige risico's durven nemen. Nog steeds is dit IJslands fantasiecollectief met zijn hemelsmooie, glijdende muziek voor de grote massa een totaal onbekende. Een eerdere passage op Werchter en een show vol extase en muzikale orgasmen op Pukkelpop brengt daar hopelijk eindelijk verandering in, want Sigur Rós kwam, zag en overwon. Getooid in een elfenkostuum wist zanger Jón Þór Birgisson met zijn hoog zwevende falsetstem en met zijn eigen uitgevonden brabbeltaaltje de menigte te betoveren. Een leger van zo'n twee dozijn medemuzikanten en een kleine honderd sfeerlampen hielp natuurlijk aardig mee. Een prachtige, bonte geluidsmuur waarin accenten van de tuba naast razende gitaren (met strijkstok bespeeld!) en percussiedetails glorieerden, speelde aardig op het gemoed. Om dan tijdens een uitbundige versie van 'Saeglopur' zo'n dertigduizend toeschouwers in een collectieve extase te brengen dankzij een groteske witte confettisneeuw is een staaltje theatrale perfectie. Elbow Op een alternatief festival nog overtuigen na de energieke (hoewel een beetje tegenvallende) Londonse-grillen van Bloc Party en de feeërieke droomwereld van Sigur Rós is een stevige uitdaging. Dan ook te weten dat in de befaamde Marquee eerder die dag ondermeer The National en The Dresden Dolls hun beste beentje hadden voorgezet, maakte het voor afsluiter Elbow niet eenvoudig. Deze Mancunians hadden aanvankelijk dan ook stevig wat moeite het publiek naar hun hand te zetten. De geluidstapijten met gitaar en piano waarmee de band zijn toehoorders probeert te betoveren, bleken wat te broos om op te kunnen boksen tegen een luidruchtige omgeving van andere zijpodia. Ondanks een prachtige setlist met hoogtepunten als 'Forget Myself', 'Leaders of the Free World' en recente single 'Grounds for Divorce' was de invloed van de zweeffactor helaas wat te beperkt. Een subliem 'Great Expectations' kreeg van de aanwezige installatie of technieker wat te weinig diepe bastonen waardoor de schoonheid van nochtans het strakke spel van Elbow niet voldoende op het publiek werd overgedragen. De beste manier om Elbow in het veld te smaken bleek ook nu weer dicht bij het podium. Helaas hadden nogal veel festivalgangers net hetzelfde begrepen. Santogold In het kielzog van M.I.A. verscheen eerder dit jaar het prachtige debuutalbum van Santogold: een dame die net zoals M.I.A. een mengelmoes van stijlen als hip hop, rock, soul, electro, dub, etc. ... weet te versmelten tot een smakelijk geheel. Tijdens haar set

op Pukkelpop bewees ze dat ze met deze mix ook live weet te overtuigen. Hoewel het niet altijd duidelijk was hoeveel van de muziek er nu live gebracht werd en hoeveel er op tape meeliep, klonkt het toch allemaal behoorlijk indrukwekkend. Naast 'de man die tijdig op de juiste knopjes duwt' bestond Santogolds liveband verder uit de klassieke rockbezetting (bas/gitaar/drum) die het geheel iets meer richting rock duwde dan op plaat, maar nergens werkte dat storend. Sandy White, de echte naam van Santogold, was goed bij stem en haar charmante gedrag tussen de nummers (naturel of iets te veel Nederlandse kruiden?) werkte aanstekelijk. Dat haar backingband ook bijgestaan werd door twee vooraan op het podium geposteerde backingvocalistes die ook synchroon dans/robotbewegingen uitvoerden, maakte het geheel ook interessant om visueel te volgen. Zo bleef dit concert in alle opzichten boeien tot het eind. The Flaming Lips Het kunstje dat The Flaming Lips live brengen is zo ondertussen wel bekend: geen confettikanon is te veel, naar een ballon meer of minder wordt niet gekeken en figuranten worden in de gekste kostuums gestoken om op het podium vriendelijk naar de mensen te zwaaien. The Flaming Lips op een podium is dus één grote show. Dat werd ook weer bevestigd tijdens hun passage op Pukkelpop. Nadat eerst een grote groep Teletubbies aan de zijkanten van het podium verschenen kwam zanger Wayne Coyne het podium opgerold in een grote plastieken bal. Nadat hij in deze bal ook even over het publiek mocht rollen (voor de gewone en niet in een plastieken bal gestoken toeschouwer is en blijft crowdsurfen verboden) werd hij bevrijd, waarop de band meteen publieksfavoriet 'Race For the Prize' inzette. Confetti, ballonnen, papierslierten, etc. vlogen onmiddellijk in het rond en de lichtman deed zijn verdomde best om alle podiumspots in volle glorie te laten schijnen. Over een opener gesproken! Maar ook tijdens de rest van de show, want het louter een 'optreden' noemen zou het gebrachte spektakel oneer aandoen, bleef het visueel zeer aantrekkelijk om volgen. Het reuzenscherm achter de groep deed daar vervolgens nog een schepje bovenop door afwisselend close-ups van de zanger en psychedelische beelden -die akelig perfect meeliepen met de muziek- te vertonen. Ook muzikaal zat echter alles goed in elkaar: opzwepende nummers werden afgewisseld met rustigere en de set kende een mooie opbouw richting afsluiter 'Do You Realize'. The Flaming Lips live meemaken is en blijft een sensatie! A Brand Dit jaar waren weer verschillende Belgische acts te bewonderen op de podia van Pukkelpop en één van hen was het Antwerpse vijftal A Brand. Daar waar de meeste Belgische acts een vroege spot toegewezen kregen of in de kleinere tenten hun ding mochten doen (met Soulwax en Tim Vanhamel als uitzonderingen), trad A Brand in de namiddag van de tweede dag aan in de grootste tent: de Marquee. Het vijftal is op relatief korte tijd dan ook zeer populair geworden, elke singel schiet bijvoorbeeld als een raket naar de hoogste regionen in het StuBru-programma 'de Afrekening'. Muzikaal klonk A Brand als een mengeling van pop, glamrock en elektronica en op een podium staan de heren steevast met vijf op een rij geposteerd: de drummer in het midden en langs beide kanten de drie gitaristen en de basgitarist. Alle vijf kregen ze ook een microfoon voor hun neus, want zingen doen ze geregeld samen. De in mooie witte pakken gestoken heren deden de Marquee enkele malen ontploffen met hun gekende singels 'Hammerhead', 'Riding Your Ghost' en 'Time' en tijdens de cover van 'Block Rockin' Beats' van de Chemical Brothers veranderde de Marquee bijna in een kolkende Dance Hall. Er waren zelfs enkele beperkte choreografieën te bewonderen! Door dit alles werd de veertig minuten durende set een aaneenrijging van hoogtepunten. Ook de nummers van de splinternieuwe plaat 'Judas' lagen dadelijk goed in het gehoor, waardoor het concert nergens een echte dip kende en uiteindelijk een ware triomftocht werd. België heeft er een grote groep bij! Metallica De tweede dag van Pukkelpop werd gedomineerd door één en één enkele groep alleen: Metallica. Niet alleen het hoofdpodium stond volledig in het teken van de band (er moest speciaal voor hen een groter hoofdpodium neergezet worden), ook in het publiek viel één constante te bemerken: overal waren hun T-shirts in het overwicht. Op het festivalterrein was het drukker dan de andere dagen, daar waar Metallica optreedt dagen de fans namelijk altijd in zeer grote getale op. Rond elf uur was het grote moment voor velen dan ook aangebroken als de ondertussen bekend geworden intro van Ennio Morricone uit de speakers schalde. Openen deden de metalgoden met 'Creeping Death'. De duivelshanden gingen onmiddellijk de lucht in en teksten werden massaal meegebruld. Reeds tijdens het tweede nummer, 'Fuel', schoten aan de zijkanten van het podium vier grote steekvlammen omhoog. Jammer wel dat het publiek met 'Cyanide' slechts één nieuw nummer van het in september te verschijnen nieuwe album te horen kreeg. Het klonk bovendien allesbehalve de beloofde terugkeer naar de thrash van de beginjaren en kende een zeer rommelig tussenstuk. Tijdens de bijna twee-en-een-half uur durende show passeerden voor de rest bijna alleen maar klassiekers: 'Enter Sandman', 'One', 'Nothing Else Matters', 'The Unforgiven', 'Master Of Puppets'... James wist trouwens nog steeds hoe hij een groot publiek volledig naar zijn hand kon zetten met de juiste bindteksten en wanneer de camera perfect geregisseerd inzoomde op zijn plectrum met het bekende logo gingen de duizenden voor de zoveelste keer uit de bol. Als extra werden nog een cover van de Misfits ('Die, Die My Darling') en twee oudjes ('Motorbreath' en 'Seek & Destroy') gespeeld en dan was het uit met de pret. Na het gebruikelijke uitdelen van drumsticks en plectrums door de bandleden, liet drummer Lars Ulrich ons nog weten volgend jaar terug te komen voor een indoor show. Belofte maakt schuld! Fuck Buttons Het slechts twee leden tellende Britse Fuck Buttons stond zaterdagnamiddag geprogrammeerd in de Chateau, waarin het ondertussen bijna even warm geworden was als in een gemiddelde sauna. De noise die het tweetal in de bloedhete tent uit de boxen deed knallen werd daardoor nog meer claustrofobisch en maakte het tot een zeer intens concert. Slechts een handvol elektronische apparaten, een beetje percussie en een stemvervormer van Fisher Price (!): meer was er niet nodig om gerichte aanvallen uit te oefenen op de gehoorgang van het publiek. De psychedelische drones met sterk vervormde zang werden telkens zorgvuldig opgebouwd en werden nooit overdadig. Het resultaat was een veertig minuten lange trip. Enig minpunt tijdens het concert was het volledig ontbreken van geprojecteerde beelden. Twee mensen voorovergebogen zien staan over hun knoppenbord blijft niet boeien, al deed het dat muzikaal gezien dus zeker wel. Neurosis Concerten van Neurosis zijn even zeldzaam als indrukwekkend. Groot was dan ook de verbazing als een kwartier voor aanvang van het concert de tent nog zo goed als leeg bleek te zijn. Bands als Tool, Mastodon, Isis en Red Sparowes hebben veel -zoniet alles - te danken aan deze pioniers (Neurosis bestaat al sinds in 1985). Hun invloed op de muziekwereld staat dus in schril contrast met het volk dat ze op de been konden brengen tijdens deze editie van Pukkelpop. De halfvolle tent werd bij aanvang toch onmiddellijk tot de les geroepen wanneer het beenharde openingsnummer van de meest recente Neurosis-cd 'Given To The Rising' ingezet werd. Gitaren sneden door merg en been, drums hakten in op het trommelvlies en de zang had de kracht van een tornado. De samples en synthesizer gaven het geheel vervolgens nog een extra dimensie. Een dreigend en apocalyptisch totaalgeluid bleek het gevolg. Zoals altijd was ook nu weer de belichting op het podium zeer sober. Enkel een aantal vooraan op het podium opgestelde rode lampjes gaven wat licht. De projecties van vast bandlid (ja, zo belangrijk zijn deze projecties!) Josh Graham kwamen op deze manier wel volledig tot hun recht. Deed de muziek op zich al het nodige sloopwerk op het gemoed, de koude en kille beelden die de muziek vergezelden maakten het tot een pijnlijk mooi geheel. Enkele geluidsproblemen tijdens de set en de iets te lange pauzes tussen de nummers waren de enige smetjes op dit voor de rest adembenemend intens concert! Ook ditmaal bleek de breeddenkende muziekfan weer oren en ogen tekort te komen om het Pukkelpop-schouwspel ten volle te vatten. Een hokjesgeest bezitten blijkt soms nog zo slecht niet te zijn. Dompers als de strenge paspoortcontrole aan de inkom met wachttijden tot meer dan een uur tot gevolg of het dancepubliek dat nog steeds in een hoekje van het terrein geperst werd (er stond niet één deftige dance-act op het hoofdpodium!) mochten ook in 2008 de feestvreugde niet bederven. Pukkelpop ... wij kicken erop!

Meer over Pukkelpop 2008


Verder bij Kwadratuur

Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.