Kwadratuur interview

Wie zichzelf als verdediger van de goede smaak opwerpt, zou het bij de foto's in het cd-boekje van 'Uprooting' wel eens heel lastig kunnen krijgen. De clash van traditionele Poolse kledij, goedkope zonnebrillen, bloemenrokjes, bretels, rastakapsels, piekjeshaar en brave vlechtjes in kleuren die harder vloeken dan Jan Decleir in een Vlaamse film tarten alle verbeelding. Zo hard als deze foto's "fout" schreeuwen, zogeslaagd is de muzikale mix van de cd 'Uprooting'. Op hun derde album laat de Warsaw Village Band horen hoe vanzelfsprekend Poolse traditionele muziek gemengd kan worden met hiphopscratches, sirenes en een opzwepend trancegevoel. Violist Wojtek Krzak licht deze opmerkelijke band met een al even opmerkelijke cd en een zo mogelijk nog opmerkelijker statement toe.

Ze winden er bij de Warsaw Village Band geen doekjes om. Op hun website klinkt het zo: "Warsaw Village Band is een reactie tegen enggeestigheid en de ons omringende massacultuur die tot vernietiging van alle menselijke waardigheid leidt. De groep wil een radicale zoektocht zijn naar muzikale inspiratie en eeuwenoude waarden, een exploratie van de folklore en de archaïsche geluiden van onze voorvaders en onze instincten. Maar nog meer is het een onuitputtelijk bron van plezier en spontaniteit. We proberen een nieuwe culturele route voor de jeugd te creëren, een andere dan die van de hedendaagse showbizz. Dat is onze strijd."

Geen nostalgie

Volksmuziek dus, maar tegelijkertijd ook niet. De opzwepende combinatie van traditionals, authentiek vioolspel en dito gezang, trance en hier en daar scratches klinkt alles behalve als klompen, kielen, boerenbruiloften of volkskermissen. En toch ziet violist Wojtek Krzak de Warsaw Village Band (WVB) duidelijk in de folkrevival die duidelijk ook in Polen aan de gang is, al vertelt hij het verhaal van deze heropleving niet als een gemakkelijke successtory. Muzikaal niveau en (inetr)nationale herkenning zijn blijkbaar niet vanzelfsprekend. "Sinds enkele jaren is er hier in Polen een beweging die terug op zoek gaat naar de folktradities. De eerste folkgroepen kwamen op in de jaren '90 (hoewel er in de jaren '70 ook al waren, zoals Osjan en Syrbacy), maar tot op vandaag zijn er meer zwakke dan sterke bands. Bovendien zijn wij met de WVB in Polen nog eerder onbekend. Van de folkbands hebben naast Warsaw Village Band ook Kroke en Trebunie-Tutki wat internationale bekendheid. Kroke werkte reeds samen met Nigel Kennedy en Trebunie-Tutki met Adrian Sherwood en de Twinkle Brothers." Dat het herontdekken van de wortels voor Polen niet zo vanzelfsprekend loopt, kan mogelijk verklaard worden door enkele bedenkingen die Simon Broughton oppert in 'World Music: The Rough Guide' (1999). Ten eerste was Polen een land dat na de val van de Berlijnse muur snel verwesterde en ten tweede had het communistisch regime de volkscultuur heel wat schade toegebracht. Dit regime nam dan wel volksmuziek op in haar ideologie als een vrolijke expressie van de gezonde, landelijke arbeid, maar het vermoordde ook bijna heel wat tradities. Volksmuziek en volkstradities werden immers vrijwel uitsluitend beoefend door professionele ensembles. Het gevolg daarvan was een homogenisering en er bleef dus weinig plaats voor de specifieke lokale identiteit. Toch bleef er voor lokale groepen net genoeg ruimte over om de originele tradities levend te houden. Dat het herontdekken van deze originele tradities de nodige problemen kent, belet de leden van WVB niet hun zaak heel ernstig te nemen. De band trekt geregeld naar het platte land op zoek naar ouderen die zich de traditionele volksmuziek van hun regio nog herinneren. Ze leggen uitstervende tradities vast met liveopnames van volksfestiviteiten. De zo hervonden tradities worden expliciet in het repertoire van de band verwerkt. Op Krzaks 'When Johnny Went to Fight in the War' na bestaat 'Uprooting' volledig uit traditionals, iets wat Krzak heel logisch vindt: "Voor ons komt het herontdekken van onze roots op de eerste plaats en we zijn daar nog steeds mee bezig. Ooit zullen we misschien eigen nummers maken. Voorlopig is het voor ons echter van belang dat we die brug tussen verleden en toekomst kunnen voelen. Van nostalgie kunnen we echter moeilijk beschuldigd worden. Wie onze concerten bezoekt zal dat snel merken, daar is namelijk de vibe het belangrijkst."

Sylwia Swiatkowka – v, voc; Piotr Glinski – perc
Sylwia Swiatkowka – v, voc; Piotr Glinski – perc

Punkrock

Toch is het volkse element ook duidelijk te horen op de cd, zelfs los van de traditionals. Typische instrumenten domineren minstens gedeeltelijk het klankbeeld: de dulcimer, de hurdy gurdy, de suka of de fidel plocka. Deze laatste twee instrumenten zijn buiten het folkmilieu het minst bekend en stammen uit de middeleeuwen Ze worden bespeeld als een Indische Sarangi, zittend en met het instrument op de elleboog. De snaren worden getokkeld met de nagels in plaats van met de vingers. De traditioneel gerichte klank van de band wordt voorts nog uitgediept door de techniek van de "bialy glos" of "white voice", een schreeuwend zingen dat herders gebruikten om over lange afstanden te communiceren. Dit harde is voor Krzak niet iets dat verzacht dient te worden, wel integendeel. Hij laat het eveneens zijn eigen vioolspel dicteren, maar vult snel aan dat er toch enige nuances zijn. "Het belangrijkste kenmerk van het Poolse vioolspel is de harde klank, haast barbaars. Daar hou ik het meest van." Dat juist Krzak deze authentieke speltechniek gebruikt is, gelet op zijn "training" niet zo verwonderlijk. "Ik ben waarschijnlijk één van de laatste violisten die enkel heeft leren spelen door de grootmeesters te beluisteren, dus zonder een muziekschoolopleiding." De link die de band legt tussen traditionele volksmuziek en meer eigentijdse elementen is voor Krzak heel natuurlijk. Emoties als liefde en verdriet zijn voor hem tijdloos. Traditionele muziek is vrij en heeft heel wat wilde energie en passie. Dat is waar de band volgens hem het meest naar op zoek is. In volksmuziek zijn ritmes terug te vinden die naar punkrock verwijzen, maar ook echte rockriffs en verwijzingen naar andere stijlen. Volgens Krzak is het alleen de zaak (en het probleem) om ze te ontdekken en dat kan alleen door aandachtig te luisteren naar die oude muziek.

Wojtek Krzak – v; hurdy gurdy; Maja Kleszcz – c, voc
Wojtek Krzak – v; hurdy gurdy; Maja Kleszcz – c, voc

Koeienstal

Wie naast al deze traditionele kanten het minimalistische trance-effect – waarnaar Krzak in meer dan één interview verwijst – wil zien als een invloed van de moderne dansmuziek zit er voor Krzak (minstens gedeeltelijk) naast. Hijzelf zit dit gevoel eerder als een kenmerk van de volksmuziek dan van de hedendaagse dansmuziek. Traditionele dansen kunnen immers ook lang duren en gebaseerd zijn op eenvoudige ritmes. Techno is dus voor hem helemaal niets nieuws, alleen waren veel mensen "vergeten" dat er ooit zoiets bestaan heeft. Toch geven de scratches op 'Uprooting' of de remixen op het vorige album 'People's Spring' aan dat er ook expliciete mosterd gehaald wordt bij hedendaagse (dans)muziek. De band omschrijft haar eigen muziek dan ook graag als bio-techno (bio- als natuurlijk, gespeeld op akoestische instrumenten of volgens het ritme van de harten) , hip-hopsasa of "hard'cora of obora", wat zoveel betekent als "hardcore van de koeienstal". Dat de mengeling van traditionele en moderne muziek van WVB bij een breed publiek aanslaat, mag dan ook niet echt verwondering opwekken. "Met Warsaw Village Band staan we nu al jaren op het podium en onze bezoekers variëren van 6 tot 96 jaar. Zowel fans van reggae, punk als klassieke muziek kunnen onze muziek smaken, wat geweldig is, omdat we daardoor voor heel verschillende bezoekers kunnen spelen."

Allegaartje

De variatie die Krzak in het publiek opmerkt, kan eigenlijk even gemakkelijk in de band zelf teruggevonden worden. "Sommige van ons hebben een muzikale opleiding, anderen niet, maar dat doet er eigenlijk niet toe. Ik hou van wereldmuziek , maar iemand anders is fan van jazz en weer iemand anders van klassiek. Het is een pluspunt dat we zo'n brede muzikale horizon hebben. Uit al deze invloeden ontstaat immers onze eigen muziek." Een vluchtige blik op de biografie van de band en de individuele leden maakt snel duidelijk wat Krzak precies bedoelt. De wortels van WVB werden in 1997 gelegd met het ontstaan van de folkgroep Kapela mede onder impuls van Maciej Szajkowski, de enige van de originele Kapelabezetting die later de omvorming naar WVB zou meemaken. In 1998 werd een eerste album ('Hop Sasa') opgenomen, drie jaar later gevolgd door 'People's Spring' en een optreden op het Sfinks festival. Het was rond deze periode dat Wojtek Krzak de groep vervoegde. "Ik begon bij WVB in de eerste maanden van 2001, nog voor we met Jaro (het label waarop 'Uprooting' verscheen, KVM)gingen samenwerken en nog voor 'People's Spring'. Ik denk dat dit album voor ons het belangrijkste moment was. Voor deze plaat draaide de band om de fun, ze begonnen immers als studenten zonder muzikale kennis of ervaring. Met de hulp van Wlodek Kleszcz (vader van WVB celliste Maja Kleszcz, KVM) die voor de Poolse radio werkte, namen ze een eerste album, 'Hop Sasa', op. Het verschil met 'People's Spring' en 'Uprooting' was dat 'Hop Sasa' veel meer amateuristisch was. De andere platen werden professioneler aangepakt en 'People's Spring' laat het begin horen van de stijl die we nu brengen." Na het toetreden van Krzak was het alleen nog wachten op Magdalena Sobczak om in 2002 het bont allegaartje dat WVB momenteel is te vervolledigen: een oprichter die uit de punk- en hardcorescène komt en interesses heeft voor Aziatische muziek, een aan de Chopin Akademie in Warschau klassiek geschoolde percussionist met ervaring in symfonische orkesten, twee musicologes, de zelfgetrainde antropoloog Krzak en Maja Kleszcz, de celliste die reeds op 14-jarige leeftijd een vaste stek in de groep had en die reggae- en Afrikaanse interesses meebracht.

Maciej Szajkowski – perc; Magdalena Sobczak – v, dulcimer
Maciej Szajkowski – perc; Magdalena Sobczak – v, dulcimer

Populaire cultuur

Gevraagd naar hoe deze uiteenlopende combinatie concreet werkt, komt Krzak niet af met straffe verhalen van onderlinge spanningen, botsende ego's of creatieve meningsverschillen. "Normaliter werken we allemaal samen aan de muziek, zeg maar democratisch. Voor 'Uprooting' komen de meeste arrangementen echter van Maja Kleszcz. Buiten 'When Johnny Went to Fight in the War' dat een nummer van mij is, zijn alle songs traditionals, dus niemand bezit de nummers. En dat niet iedereen op alle nummers meespeelt is een bewuste keuze: we willen ruimte creëren. Het is immers niet ideaal wanneer een album steeds dezelfde sound heeft." Dat deze werkwijze vruchten afwerpt, werd nog maar eens duidelijk toen de band dit jaar een BBC3 World Music Award als beste nieuwkomer in ontvangst mocht komen nemen in Edinburgh (het Belgische Think of One kaapte daar de prijs weg in de reeks Boundary Crossing, KVM). De impact die deze erkenning op de carrière van WVB heeft klinkt heel bekend in de oren. Krzak: "We spelen nu concerten over de hele wereld, in verschillende continenten en landen en voor de komende jaren zijn we al uitgenodigd in Pakistan, Zuid Korea en Japan. De wereld ligt dus open voor ons en wij zijn klaar voor de wereld. Aan de andere kant hebben we in Edinburgh Daara J (Senegalese hiphoppers en BBC 3 Award winnaars voor Afrika, KVM) ontmoet en daar begon een vriendschap die resulteerde in een gezamenlijke tournee door Polen." Ook in 2005 lijkt de WVB trein nog niet stil te gaan vallen. 'Uprooting' wordt volgend jaar uitgebracht in de VS, Canada en Japan, de groep zal muziek maken voor een videospel en de plannen voor een eerste dvd liggen klaar. Gelet op het muzikale resultaat van 'Uprooting' is het succes dubbel en dik verdiend voor het Poolse sextet. Alleen kan hierbij de vraag gesteld worden of hun volksgekleurde en dansgerichte muziek ondertussen niet al te sterk deel is gaan uitmaken van de populaire cultuur waarvoor ze zichzelf zo graag als antidotum zien. Krzak reageert filosofisch: "We waren altijd al een deel van de populaire cultuur. Als antropoloog kan ik daar uren over doorgaan. Het probleem is dat Bob Marley en Moeder Theresa er ook deel van uitmaken, net als Britney Spears. Het komt er voor ons op neer dat we tegen "popcultuur" zonder ziel of goede boodschap zijn. Het is hier op deze planeet geen lachertje, dus moeten we blijven hopen en onze geesten zuiver houden. Alleen cultuur met ziel en boodschap kan mensen echt iets geven. Alleen deze ingesteldheid kan bergen verzetten. Het is geen toeval dat het motto van 'Uprooting' van Burning Spear afkomstig is: "Remember your past but keep livin' in the future".

Meer over Wojtek Krzak (Warsaw Village Band)


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.