Kwadratuur interview

Dit voorjaar bracht de Brusselse striptekenaar Bram Devens onder het pseudoniem Ignatz zijn tweede cd uit op het Gentse Kraak-label. Dit simpelweg 'II' getitelde album klinkt een stuk songgerichter dan zijn voorganger en kon op een hoop lovende kritieken rekenen. Als gevolg hiervan speelt Ignatz de komende maanden een hoop concerten, waaronder een kleine tournee door de UK. Hierover sprak ik met hem begin april in het Brusselse schaakcafé Greenwich.

Bram Devens: "Binnen twee weken speel ik op het Domino Festival. Vorig jaar speelde ik daar ook al, in het voorprogramma van Isobel Campbell. Dat vond ik een beetje een rare keuze van de AB want wat zij doet is toch volledig iets anders dan waar ik mee bezig ben. Maar ik denk dat dat wel past binnen de filosofie van een festival als Domino, dat zijn publiek telkens nieuwe dingen wil leren kennen. Bij de vorige editie zelfs meer dan dit jaar, heb ik de indruk. Het is een mooi streven natuurlijk, maar in praktijk komt dat er toch vaak op neer dat mensen twee minuten naar je optreden komen kijken en dan weer aan de bar gaan staan tot de hoofdact begint. Nu ja, kan ik die mensen iets verwijten? Ik ben tenslotte zelf ook niet naar het optreden van Isobel Campbell blijven kijken."

Vorige maand zag ik een concert van Bonnie 'Prince' Billy in de AB met Sir Richard Bishop in het voorprogramma, waar het publiek heel de tijd doorheen babbelde.

Devens: "Het concert dat Sir Richard Bischop die avond speelde vond ik dan ook niet zo goed. Ik zag hem een jaar gelden op het Kraak Festival en daar vond ik hem wel goed. Ook van het concert van Will Oldham was ik niet echt onder de indruk, al kan ik niet juist zeggen waar dat dat nu juist aan lag. Ik vind dat vooral zijn oudere platen iets hebben dat hij live niet kan weergeven. De laatste Will Oldham-plaat die ik bewust heb beluisterd moet 'Joya' zijn. Sinds hij onder het Bonnie 'Prince' Billy-pseudoniem werkt, ben ik een beetje afgehaakt, vrees ik. Ik had hem nog nooit eerder live gezien dus ik was wel benieuwd. Ik heb hem wel ooit eens gezien met The Boxhead Ensemble waarbij hij een documentaire over Alaska van muziek voorzag. Dat was toen samen met Jim O'Rourke en David Pajo, als ik niet mis ben. Dat was toen wel o.k."

Op het Courtisane Festival speel jijzelf ook de soundtrack bij een film, samen met Tetuzi Akiyama en Stef Heeren (Kiss The Anus Of A Black Cat).

Devens: "Ik heb geen flauw idee wat ik daar van moet verwachten omdat het gitaarspel van Akiyama heel uiteenlopend kan zijn. De ene keer speelt hij op akoestische gitaar en is zijn spel heel repitatief en minimalistisch en een volgende keer speelt hij dan weer elektrisch en kan hij uithalen met ongelofelijk luide Boogie Woogie-stukken. Ook als persoon lijkt Akiyama mij nogal intimiderend: een Japanse cowboy met leren jas, zonnebril en puntlaarzen. Op zijn hoezen staan ook vaak dat soort supermannelijke afbeeldingen van bijvoorbeeld een motorcrosser of een boxer. En hij is ook een schitterend gitarist, terwijl ik dat niet echt ben. Maar ik kijk er wel naar uit om met hem samen te spelen. We zullen de namiddag voor dat concert samen afspreken in de Vooruit, wat repeteren en wat ideeën uitwisselen en dan 's avonds op het podium bij die filmbeelden improviseren. We zien wel, misschien breng ik enkel wat elektronica en effectenpedalen mee en laat ik mijn gitaar gewoon thuis. Weet je, eigenlijk heb ik Akiyama al eens ontmoet na een concert van hem in Gent, maar ik was toen erg dronken dus hopelijk herinnert hij zich dat niet meer."

Je voorlopig laatste Belgische optreden is in het Cultureel Centrum van Genk.

Devens: "Terug naar Limburg, ja (lacht). Ik speel daar op het Soirée Composée Festival, een festival waarop zowel dans, performance, theater als muziek wordt gebracht. Mijn neef Thomas Devens heeft een dansvoorstelling gemaakt die die avond in première gaat. Die voorstelling maakte hij in samenwerking met een ver familielid van mij, Paul Devens, een beeldend kunstenaar en ook muzikant.

Ben jij in Schaarbeek terecht gekomen door je studies op Sint-Lucas?

Devens: "Ik heb eerst drie jaar in Gent gestudeerd. Voor mijn meesterjaren ben ik dan naar Brussel afgezakt en hier dan blijven hangen. Ik heb op Sint-Lucas beeldverhaal gestudeerd maar nu ben ik uiteindelijk toch veel meer met muziek bezig dan met strips. Ik heb ooit wel geprobeerd om een eigen stripverhaal te maken , maar dat is mislukt. Sindsdien ben ik veel minder met dat medium bezig. Ik heb mijn eigen hoezen ontworpen voor die twee Ignatz-cds die op Kraak verschenen zijn en ik werk mee aan het Friemel-stripje dat iedere maand in Ruis verschijnt. Ik teken thuis nog wel, maar daar kom ik op dit moment niet mee naar buiten.

Terug naar de muziek dan maar. In mei doe je een kleine tour door Groot-Brittannië.

Devens: "Dat wordt dan mijn derde buitenlandse tournee als Ignatz. Wat ik doe zijn natuurlijk korte tourneetjes; meestal twee of drie weken, of zo. En dat is goed zo, want touren is naast plezant toch ook altijd wel weer heel intensief. Je slaapt vaak bij mensen thuis, en natuurlijk veel te weinig. Al heeft dat ook weer zijn voordelen, want daardoor ben je dikwijls te moe om je druk te maken over je volgende optreden. Weet je, eigenlijk ben je op zo'n tour vooral met heel basic dingen bezig: waar ga ik slapen, wanneer gaan we eten, kan ik hier ergens douchen, ... Daarnaast leer je op tournee heel veel nieuwe mensen kennen op korte tijd, al gaat dit meestal om erg oppervlakkige contacten. Als je al eens een meer duurzaam contact legt op een tournee, dan is dit met de andere muzikanten waarmee je tourt, en niet met de mensen die je onderweg ontmoet. Toen ik voor het eerst op tournee ging, dat was toen door Scandinavië en het Noorden van Europa, maakte ik mij daar op voorhand wel druk over omdat ik uiteindelijk toch gewoon ben om het merendeel van mijn tijd in m'n eentje door te brengen, maar eens onderweg valt dat eigenlijk allemaal goed mee, hoor."

Klopt het dat je pas je eerste concert speelde toen jouw debuut-cd al af was?

Devens: "Ongeveer. Ik was bezig met het maken van mijn eerste cd toen ik een concert in Hasselt speelde. Wanneer ze mij daar vroegen onder welke naam ik zou optreden, heb ik Ignatz gezegd, en die naam heb ik daarna gehouden."

Je staat nu veel zelfzekerder op het podium dan anderhalf jaar geleden.

Devens: "In het begin vond ik optreden ook heel erg moeilijk. Ik had tot dan toe enkel thuis zitten spelen en dat is heel wat anders dan op een podium te gaan staan. Ik wist ook niet goed hoe ik mijn muziek moest overzetten naar een podium. De opnames die ik uitbreng zijn in mijn geval natuurlijk ook gewoon live-opnames van dingen die ik thuis heb zitten spelen, maar toch is dat anders. Zo maak ik thuis bijvoorbeeld graag gebruik van omgevingsgeluiden die ik in mijn spel verwerk, iets wat op een podium bijna onmogelijk is omdat dan alles onmiddellijk begint te feedbacken. Los van dat soort technische zaken voel je op een podium ook altijd een bepaalde druk. De verwachtingen van het publiek, zeg maar. Dat vond ik in het begin ook best beangstigend, maar daar leer je door vaker te spelen toch wel beter mee omgaan. Dat gaat nu allemaal al veel beter. De grote ommekeer is er voor mij gekomen tijdens die eerste tournee. Omdat ik dan bijna iedere avond moest spelen, is het eigenlijk onmogelijk om je telkens zenuwachtig te maken over het feit dat je moet gaan spelen. Als je dat doet, heb je gewoon geen leven meer, dat zou niet vol te houden zijn. Daarnaast ben ik tijdens die tournee ook van het idee afgestapt dat ik ieder concert iets compleet nieuw moet brengen. Ook hier: het is praktisch gezien onmogelijk om elke avond met iets volledig nieuw voor de dag te komen als je tien avonden na elkaar speelt, dus moest ik wel op bepaalde zaken terugvallen. Hierdoor viel er een bepaalde last van mij en werd ik beter in het maken van muziek op het moment zelf. Nu slaag ik er op sommige momenten al in om op een podium te staan en mij niet bewust te zijn van het publiek dat voor mij staat. Dat zijn de momenten waarop ik volledig kan opgaan in mijn eigen muziek en mij niet meer van mijn omgeving bewust ben. Dan ben ik niet meer bezig met welke akkoorden ik ga spelen, maar met de muziek zelf. Dat vind ik al een hele prestatie van mezelf."

Elfjes

Je hebt tot nu toe twee cd's uitgebracht op Kraak en daarnaast een aantal releases op microlabels als Imvated, Celebrate Psi Phenomenan en Bennifer Productions. Maak je voor jezelf onderscheid tussen een release op Kraak en een release op een microlabel?

Devens: "Een release zijn voor mij gewoon een aantal nummers die bij elkaar passen. Op die manier probeer ik dan telkens ongeveer veertig minuten aan opnamemateriaal te verzamelen waarvan ik het gevoel heb dat er een bepaalde lijn in zit. Voor de opnames die ik voor de Kraak-cds gebruikte gaat dit vaak over opnames die over pakweg een klein jaar verdeeld liggen, terwijl de opnames die op een kleinere release staan geplukt zijn uit een periode van pakweg een maand of zelfs een week. Daardoor klinken die kleinere releases vaak ook een stuk ruwer en schetsmatiger. Maar ik probeer het aantal dingen die ik uitbreng te beperken. Ik wil niet met alles wat ik maak naar buiten komen."

In de besprekingen die ik van jouw muziek lees wordt er vaak verwezen naar pre-blues en psychfolk, maar mij doet het ook telkens weer denken aan John Frusciante.

Devens: "Naar 'Niandra LaDes And Usually Just A T-Shirt', Frusciante zijn debuut, heb ik een bepaalde periode ongelofelijk veel geluisterd, dus het is waarschijnlijk niet zo verwonderlijk dat er ook wat van die plaat in mijn eigen muziek is binnengeslopen. Rond die periode was er op VPRO ook een documentaire te zien over Frusciante in het programma 'Loladamusica'. Daar was ik toen nogal van onder de indruk. Frusciante zat in die tijd stevig aan de drugs en dat is ook wel aan die opnames te horen, vind ik. Na die eerste cd bracht Frusciante ook nog een tweede cd uit op Birdman, zijn eigen labeltje. Dat is een cd waar hij zich nu naar het schijnt heel erg over schaamt. Die is dan ook nergens meer te vinden. De soloplaten die hij daarna nog gemaakt heeft vond ik een heel stuk minder. Op een bepaald moment bracht hij zelfs iedere maand een nieuwe cd uit, maar tegen dan was ik al afgehaakt."

Speel je nog vaak samen met (Sunburned Hand Of The Man-gitarist) Paul Labrecque?

Devens: "Het is wel nog de bedoeling dat we samen zouden gaan spelen, maar we hebben nog geen concrete plannen gemaakt. Paul is ondertussen ook van Brussel naar Louvain-la- Neuve verhuisd, dus dat maakt het ook weer iets gecompliceerder. We hebben wel al samen een hoop dingen opgenomen waarvan we toch ook eens iets willen uitbrengen, maar ook hier hebben we nog geen concrete plannen. Met Paul samenspelen blijft voor mij toch iets eigenaardig: enerzijds voel ik dat er een soort verwantschap is tussen ons, maar anderzijds verschillen we toch ook genoeg om het samenwerken boeiend te houden. Hierdoor is het samenspelen met Paul altijd spannend: het is steeds weer hard zoeken en aftasten."

Maak je momenteel nog deel uit van Silvester Anfang?

Devens: "Ja, hoor. Dit weekend komen we drie dagen samen om te repeteren en op te nemen. Wat natuurlijk niet betekent dat ik meespeel op alles wat Silvester Anfang heeft uitgebracht. Vaak wordt er gewoon heel de tijd door gespeeld en opgenomen en de beste stukken daaruit worden dan gebruikt voor een release, maar daarom ben ik daar niet altijd bij. Bij Silvester Anfang gaat dat meer zo van: er wordt een datum afgesproken waarop er wordt gerepeteerd en wie kan komen, die komt."

Snap je de commotie die er naar aanleiding van hun eerste lp was, en dan meer bepaald over de hoes?

Devens: "Over die witte kappen, bedoel je? Ik ben daar eigenlijk niet zo mee bezig, hoor. Binnen Sivester Anfang zijn sommige leden wel met black metal en de daarbij hordende cultus bezig, maar ik heb daar niet zoveel binding mee."

Ken je de documentaire 'Metal: A Headbangers Journey'? Hierin beweert de Canadese antropoloog Sam Dunn dat er een link is tussen het opleidingsniveau van mensen en het soort muziek waar ze naar luisteren.

Devens: "Daar kan ik wel inkomen, maar ik zou dat toch ook weer niet gaan veralgemenen. Je hebt gewoonweg veel verschillende soorten mensen die naar veel verschillende soorten muziek luisteren, denk ik dan. Ik geloof wel dat er een verband is tussen de industrialisering en de manier waarop mensen met muziek omgaan. In de docu-serie 'Impovisation: It's Nature And Practice' die Derek Bailey voor Channel Four maakte, beweert hij dat in vele culturen het spelen van muziek tegenwoordig niet meer evident is, daar waar dit pakweg zestig jaar geleden wel nog zo was. Hij zegt dat mensen tegenwoordig ook bijna geen muziek meer maken met vrienden of familie. Daar kan ik me wel bij aansluiten. Muziek is de dag van vandaag iets geworden dat gemaakt wordt door mensen die van zichzelf zeggen dat ze muzikant zijn. Hierdoor denken mensen dat muziek iets is wat iemand anders doet, iemand die dat kan, daar goed in is en daardoor het recht heeft om muziek te maken en daarmee naar buiten te komen.

Denk je dat je van daaruit de vernieuwde interesse voor (free)folk kan verklaren? Uit een soort behoefte aan puurheid en echtheid?

Devens: "Nee, ik denk dat het vooral door de 'The Lord Of The Rings'-films komt dat mensen zich opnieuw in elfjes willen verkleden (lacht)."

Meer over Ignatz


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.