Op 4 december strijkt FatCat voor de zevende keer neer in KC België met Open Circuit. Kwadratuur sprak met Dave Howell, mede-bezieler van het legendarische Britse label voor uitdagende muziek.
Wat betekenen Hasselt, KC België en Open Circuit voor FatCat? Ik las dat jullie het tweemaandelijkse evenement, de FatCat Furballs, op het festival in Hasselt hebben geïnspireerd?
De Furballs-evenementen die we in Brighton doen, delen eenzelfde drijfkracht. Die is voornamelijk gebaseerd op het feit dat we evenement willen dat anders is dan de standaardformule voor optredens waarbij de bezoeker naar een paar bands op het podium gaat kijken en tussen twee shows in aan de bar gaat bijtanken. Ik wil een immersieve omgeving creëeren met meer dan één focus. Alles moet door elkaar lopen: filmvertoningen, visuele artiesten die live hun ding doen, spoken word, installaties, concerten, dat soort dingen. Het is nog niet echt aangeslagen in Brighton, maar we moedigen de mensen aan om er meer betrokken bij te geraken.
Al vanaf de allereerste FatCat-show in 1998 hebben we een fantastische relatie met de mensen van het KC België. Ik hou ervan om naar hier te komen. Het is mijn favoriete plaats in Europea om live-evenementen te organiseren, want ze geven me bijna volledig vrij spel om de zaal te verbouwen en te programmeren wat ik wil. Ze zijn altijd superefficiënt: ze gaan uit de weg wanneer het moet, ze fungeren als klankbord voor ideeën en proberen simpelweg om een zo goed mogelijk evenement te organiseren. Ik heb hopen respect voor hen en we blijven het hele jaar lang met elkaar in contact.
Het festival draagt de naam van het FatCat-label, maar de geprogrammeerde artiesten komen nooit alleen maar uit jullie stal. Waarom kies je er telkens voor om ook artiesten van buitenaf te programmeren? Zijn het artiesten die FatCat had willen tekenen?
Als label zijn we er altijd erg mee bezig geweest om het pad te effenen voor andere artiesten die we bewonderen, en niet enkel ons eigen programma te volgen. Dat gaat terug naar de tijd dat FatCat nog gewoon een platenwinkel was waar we hopen mixtapes en fanzines opstapelden, samen met een waaier aan materiaal dat we kregen van mensen. In de demosectie van onze website promoten we al een tijdje nieuwe of niet uitgebrachte muzikanten. Uiteindelijk komt het erop neer dat we de muziek steunen en programmeren die we goed vinden. De artiesten die we programmeerden zijn allemaal mensen die we bewonderen of die ons raken. Sommigen van hen zijn natuurlijk al vrienden van ons; en van velen hadden we gewild dat we ze hadden kunnen uitbrengen op FatCat.
Waar zoek je naar als je een artiest programmeert?
Het moet hoofdzakelijk iemand zijn die interessante, unieke muziek maakt dat geen derivaat is van andere muziek. Een goede live-act is ook belangrijk. We proberen een breed muzikaal gamma aan te bieden en we zoeken daarvoor naar artiesten die iets doen buiten het normale om en iets willen doen met andere artiesten, improvisaties, gemeenschappelijke performances... Noem maar op.
Als je je programma alleen maar met FatCat-artiesten mocht bevolken, wie zou je dan op deze editie zetten?
We hoopten eigenlijk dat dit jaar Nina Nastasia, Vashti Bunyan en Astral Social Club zouden spelen, maar jammer genoeg is dat niet gelukt. We hebben ook Panda Bear, Crescent, the Dead C en Avey Tare gevraagd, maar die konden ook al niet. Ik zou het schitterend vinden om Psychedelic Horseshit te laten overvliegen van de VS. Die staan namelijk op het punt te tekenen bij ons label. Silje Nes zou een goede vervanging kunnen zijn voor eventuele wegvallers, aangezien ze live erg aan het groeien is.
Heb je er bewust voor gekozen om enerzijds ijle muziek (Jóhann Jóhannsson, Hauscka) te programmeren en anderzijds chaotische, harde muziek (Black Dice, Growing)?
Om eerlijk te zijn, zie ik die dichotomie niet. Er zijn zeker geen twee specifieke muziekstromingen dit jaar. Het klopt wel dat de twee soorten muziek die je daar noemt, wel opvallend anders zijn, maar ik denk dat we met Antenna Farm en Lau Nau groepen hebben om die kloof te overbruggen, en dan heb je nog eens al die films.
Het is goed om verschillende soorten muziek te hebben op hetzelfde evenement. Dat houdt de zaken interessant. Een avond met alleen maar noise of met alleen maar post-klassieke pianomuziek zou gewoon saai zijn. De hele estethiek van de ‘OpenCircuit’-evenementen van FatCat, en bij uitbreiding ook van het hele label, is juist om een erg breed en divers gamma van prachtige kwaliteitsmuziek te hebben - of dat nu het mooie post-klassieke materiaal van Max Richter of Hauschka is of de bikkelharde, extatische noise van Merzbow of Sunroof.
Op FatCat gaat het aanbod van de hersenkokende psychedelica van Black Dice of Kamialliset Ystavat tot de elektronica van Múm of Process. Daarnaast vind je ook singersongwriters als Nina, Vashti of Tom Brossau, postrock van Sigur Rós of indiebands als Frightened Rabbit of Twilight Sad... Er zijn honderd verschillende invalshoeken in plaats van één sound, één gemeenschappelijke deler. Dat houdt het juist spannend.
Je treedt ook zelf op met Antenna Farm. Waarom programmeer je jezelf? Is het een toepasselijke setting voor Antenna Farm en wat mogen we verwachten?
Ik heb Antenna Farm gedeeltelijk geprogrammeerd om die kloof waar net sprake over was, te overbruggen. Het is bovendien een redelijk gemakkelijke optie om een extra act toe te voegen, aangezien ik zelf al in Hasselt ben. We hebben dus slechts één extra vliegticket nodig om mijn AF-partner Chesh over te vliegen.
Ik ben nog niet zeker wat het publiek kan verwachten dit jaar. Elke Open Circuit dat we hebben gedaan, was anders. Veel van wat we doen, is geïmproviseerd, dus het is moeilijk te weten wat er gaat gebeuren. We zullen zeker gebruik maken van laptop processing, live instrumenten en veldopnames. Chesh zal bovendien het lichtsysteem van de zaal aftappen en bewerken, dus we moeten afwachten wat er daar mee gaat gebeuren.Daarbij is Antenna Farm ook een beetje een rode draad doorheen de twaalfjarige geschiedenis van het festival. We misten slechts één of twee edities. Ik hou ervan om in België te spelen. Het publiek heeft over het algemeen zeer open kijk op de zaken.
In het algemeen hou ik niet zo van nepotisme en reclame voor de eigen zaak, anders had ik wel hopen AF-materiaal op FatCat uitgebracht. Op Open Circuit spelen is één van mijn weinige moment van zelfhulp.
Kijk je, op je eigen optreden na, uit naar een specifiek concert?
Ik kijk eigenlijk uit naar alle optredens. Black Dice is altijd een hoogtepunt voor mij. Ik vind dat ze vooral in de laatste twee, drie jaar echt op scherp staan. Ze hebben als live-act een punt van perfectie bereikt waarin ze op een unieke manier die allesomvattende, hoekige, psychedelica op het podium combineren met sterke visuele effecten. Ik heb een grote bewondering voor wat ze doen. Ik denk ook dat Hauschka’s zeldzame uitvoering van zijn ‘Ghost Piano’ iets bijzonders wordt en Michelles Fusain is gewoon echt grappig. Die kleinere, onbekendere acts die we programmeren zijn meestal de leukste, omdat ze de mensen compleet verrassen. Denk maar aan Animal Collective in 2003, Our Brother The Native in 2006; Hauschka in 2007; Kago in 2008...
Open Circuit: FatCat combineert nieuwe media en muziek. Heeft FatCat toekomstplannen in deze richting? Willen jullie nog iets doen buiten muziek in de vorm van film of performances?
We staan altijd open voor ideeën en de mogelijkheid om samen te werken met artiesten die daarmee bezig zijn. Enkele jaren terug hebben we een Semiconductor-DVD uitgebracht en het lijkt erop dat we volgend jaar een DVD uitbrengen in het licht van onze campagne rond Jóhann Jóhannsson.
Wat is de toekomst van onafhankelijke labels? En wat is de plaats van evenementen als Open Circuit?
Het klopt dat we een moeilijke tijd beleven met de krimpende markt. Bovendien is het, dankzij de technologische vooruitgang, de laatste tien jaar ook veel gemakkelijker geworden voor mensen om hun eigen muziek op te nemen en uit te brengen. Ik heb wel het gevoel dat er te veel middelmatige afkooksels worden geproduceerd die te vroeg worden uitgebracht zonder dat de muziek tijd heeft gekregen om naar behoren te groeien.
Hier situeert zich ook de rol van de labels: ze moeten een grondige kennis van zaken hebben en een ruim perspectief hebben, zodat het referentiepunt voor kwalitatieve releases hoog blijft. En dan praat ik zowel over artwork als over muziek. Een label moet een artiest kunnen gidsen en adviseren. En soms betekent dat dat je de artiest “nee” moet zeggen, of dat je hem moet terugsturen om iets te herwerken.
Meer over David Howell (FatCat)
Verder bij Kwadratuur
- KTL - V
- Jóhann Jóhannsson - The Miner’s Hymns
- Domino: Touch. presents Mika Vainio, Hildur Gudnadottir en Thomas Ankersmit - AB, Brussel
- Jazz & Beyond Deluxe: Zach Miskin, Hauschka, Paolo Angeli - Vooruit, Gent
- Jóhann Jóhannsson - Fordlândia
- Jóhann Jóhannsson - Englabörn
- Larsen & friends - JJL3
- Hauschka - Room to Expand
- Jóhann Jóhannsson - IBM 1401, a User’s Manual
- Apparat Organ Quartet - Romantika
- Apparat Organ Quartet - Romantika
- Antenna Farm - Untitled 10
- Growing/Mark Evan Burden - Growing/Mark Evan Burden
- Jóhann Jóhannsson - Virthulegu Forsetar
- Growing - The Soul of the Rainbow and the Harmony of Lights
- Jóhann Jóhannsson - Þetta gerist á bestu bæjum - Sálfræðingur
- Jóhann Jóhannsson
- Jóhann Jóhannsson - Englabörn