In 2006 verraste het Carlo Nardozza Quintet (kortweg het CNQ) vriend en vijand met hun debuutalbum 'Making Choices'. Hierop werden moderne en melodieuze jazz, improvisatie en invloeden uit de wereldmuziek in een perfecte harmonie samengebracht. Eind vorig jaar werd dat debuut zowaar overtroffen door het tweede album 'Winterslag'. Deze keer draait het allemaal rond de 'Dozzy Suite', een negendelige compositie waarin trompettist en leider van het kwintet Carlo Nardozza eer betuigt aan de multiculturele omgeving waarin hij opgroeide.
De 'Dozzy Suite' die op je tweede album 'Winterslag' staat dateert al van voor je eerste album 'Making Choices' uit 2006. Waarom stond deze suite niet op je debuut?
Wel, om eerlijk te zijn is de muziek die op ons debuut staat nog ouder dan de 'Dozzy Suite'. Dat weten de mensen hier echter niet omdat we pas voor de eerste keer in België speelden in een periode waarin we de 'Dozzy Suite' live brachten. Op dat moment waren we echter al sinds geruime tijd in Nederland aan het spelen. Een andere reden waarom de suite pas op het tweede album opdook is omdat het stuk naar mijn gevoel nog niet af was. Er waren verschillende delen waar ik nog niet volledig tevreden over was. Die heb ik dan even laten liggen en later verder afgewerkt. Zo zijn er zelfs nog enkele delen bijgekomen en andere zijn weggevallen. Ik vond het persoonlijk ook belangrijk dat er een goed accordeonist zou meedoen en die hebben we uiteindelijk gevonden met Gwen Cresens. Ik vond het langs de andere kant ook niet meteen een goed idee om meteen een suite op mijn debuutalbum te zetten. Dat zou misschien wat te veel van het goede zijn geweest.
Speel je de suite ondertussen nog live?
Ja, maar we hebben sinds de release van onze tweede plaat slechts enkele keren in België gespeeld, onder andere in De Spil in Roeselare en de Rataplan in Borgerhout. De reacties op de cd zijn allemaal goed en hij verkoopt ook vlot, alleen spijtig dat we zo weinig optreden met het kwintet. De 'Dozzy Suite' beschouw ik nu stilaan wel als een afgesloten hoofdstuk. Ik heb het stuk van me afgezet door het op mijn tweede album te plaatsen en er zal dan ook geen vervolg op komen. Het opnameproces op zich is al erg vermoeiend en bovendien had ik de suite ook enkele keren moeten herbekijken. Ik wil het stuk zeker nog wel spelen hoor, maar voorlopig is het even genoeg geweest.
De muziek op zowel 'Winterslag' als 'Making Choices' is al jaren oud. Heb je ondertussen al een hoop nieuwe composities klaarliggen?
Dat valt eigenlijk wel mee. Ik heb wel een pak nieuwe ideeën en ondertussen ben ik ook bij verschillende projecten betrokken geweest waarvoor ik stukken moest componeren. Zo was er het Rumble Jungle Orchestra (een afrobeat bigband voor jongeren, JC) waarvoor ik de kans kreeg om voor grotere bezettingen te schrijven, wat uiteraard meer tijd in beslag neemt dan pakweg voor een kwintet te schrijven. Maar ik heb ook wel wat dingen klaarliggen voor kleinere bezettingen. Binnenkort speel ik bijvoorbeeld een concert bij Opatuur in Gent, waar ik samen met pianist Michel Bisceglia en bassist Werner Lauscher wat nieuwe dingen van mezelf zal uitproberen.
Het CNQ is al erg lang bij elkaar, jullie leerden elkaar kennen op het conservatorium van Maastricht. Verloopt de samenwerking tegenwoordig nog op dezelfde manier als toen jullie nog student waren?
Het is tegenwoordig erg moeilijk om het kwintet nog bij elkaar te krijgen. Een van de groepsleden woont bijvoorbeeld in Amsterdam en nog iemand anders in Duitsland. Daarbovenop heeft iedereen het ook nog eens druk met andere activiteiten. Sommige hebben zelfs een parttime job omdat het tegenwoordig zo moeilijk is om van je muziek te kunnen leven. Dat is een groot verschil met de tijd dat we nog een studentenbandje waren en we bij wijze van spreken zaten te wachten op een leven als dit. Dezelfde moeilijkheden doen zich voor binnen een andere band waarin ik betrokken ben: Jeff Herr Corporation. Jeff is een drummer uit Luxemburg en de pianist is een Duitser. Ikzelf en bassist Tom Van Acker maken de rest van de bezetting uit. De geografische afstanden maken het ook hier niet bepaald makkelijk om de groep samen te brengen, met als gevolg dat we jammer genoeg veel te weinig concerten spelen. Er zijn wel al plannen voor het opnemen van een nieuwe cd waarop eventueel een bekende gast zal meedoen. Dat valt echter allemaal nog af te wachten.
Veel muzikanten geven muzieklessen als bijverdienste. Is dat bij jou ook het geval?
Ik geef relatief weinig les, ongeveer enkele uren per week, dat vind ik meer dan genoeg. Voor de rest wil ik zoveel mogelijk met muziek bezig zijn, vooral zelf spelen. Ik ben ook niet vies van andere genres, ik wil alles spelen. Ik vind het ontzettend boeiend om met verschillende groepen in verschillende genres te werken. Zelf beschouw ik me nog altijd in een leerfase, waarin ik zoveel mogelijk wil doen tot ik voor mezelf heb uitgemaakt waar ik uiteindelijk met mijn muziek naartoe wil en waar niet. Ik ben nog veel te jong om me nu al bepaalde muzikale restricties op te leggen. Uit popmuziek of schlagermuziek kan een muzikant bijvoorbeeld ook best wat opsteken. Bovendien is het een bron van inkomen. Als ik dat vergelijk met mijn vader, die heel zijn leven op handen en voeten heeft moeten kruipen in de steenkoolmijnen om zijn geld te verdienen, dan ga ik niet klagen wanneer zich een job aandient die me muzikaal wat minder interesseert. Er zijn op dat vlak een pak minder leuke alternatieven. Het belangrijkste is de sfeer die er heerst tijdens zulke jobs. Zo wil ik bijvoorbeeld gerust de hele dag kinderliedjes spelen wanneer ik mij in aangenaam gezelschap bevind. Maar ik krijg natuurlijk ook wel leuke jobs aangeboden. De laatste tijd val ik regelmatig in bij het Brussels Jazz Orchestra (BJO) wanneer bijvoorbeeld Nico Schepers of Jeroen Van Malderen niet kunnen. Dan wordt er wat geschoven in de trompettistenorde zodat ik derde of vierde trompet ben. Daar kijk ik steevast naar uit want het BJO is werkelijk fantastisch. In deze band spelen geeft me altijd een echte kick.
De mensen die je al aan het werk hebben gezien met het CNQ weten dat je wel eens durft grappen op een podium. Dat is in schril contrast met de nogal stijve podiumprésence van vele andere jazzgroepen. Vind je het belangrijk om een bepaalde sfeer te creëren tijdens zo'n concert?
Neen, eigenlijk niet. Ik ben gewoon wie ik ben op een podium en ik ben nu eenmaal iemand die graag gek doet. Wat dat betreft lijk ik als twee druppels water op mijn vader. Wat er ook veel te maken heeft is dat ik mezelf niet zo serieus neem. Naar mijn gevoel ben ik niet bezig met het verfijnd beoefenen van een of andere kunstvorm. Ik schrijf graag muziek en ik speel graag muziek, ik ben gewoon graag muzikant. Volgens mij staan veel mensen zo stijf op een podium omdat ze zich ongemakkelijk voelen voor een micro en publiek terwijl dat eigenlijk niet nodig is. Met het CNQ is er steeds een lossere sfeer aangezien we elkaar allemaal al zo lang kennen. Buiten enkele drummerwissels heeft de groep namelijk steeds dezelfde bezetting gekend. Zo heeft Toon Van Dionant in de beginperiode nog bij ons gedrumd. Hij was echter al wat ouder dan ons en was al bij enkele serieuze projecten betrokken terwijl wij met het CNQ nog volop aan het zoeken waren. Ik kan me best voorstellen dat Toon zich op sommige momenten in het gezelschap van een bende sukkelaars moet hebben gewaand.
Voor getalenteerde jazzmusici is België vaak al snel te klein. Heb jij ooit overwogen om een tijd naar Parijs of New York te trekken om daar aan de bak proberen te komen?
Nee eigenlijk niet. Maar de laatste tijd krijg ik wel meer en meer zin om naar het zuiden te trekken. Daar zijn verschillende redenen voor: de zuiderse mentaliteit ligt me bijvoorbeeld beter dan de Belgische. De gemoedelijke sfeer en het warme contact tussen mensen is iets wat ik hier wat mis. Het feit dat muziek daar nog leeft op straat spreekt me ook aan. Het concertcircuit in België is te beperkt om constant verzekerd te zijn van optredens. Na een drukke periode komen er tijden waarin je wat minder aan bod komt en dan spoken zulke gedachten wel eens door mijn hoofd.
Vind je België dan te klein voor je muzikale ontwikkeling?
Toch niet, maar ik kan best begrijpen dat sommige muzikanten zoals een Robin Verheyen dat wel zo ervaren. Om jezelf in de New Yorkse jazzscene te werpen moet je werkelijk een pak lef hebben. Ik heb dat lef simpelweg niet. Er zijn hier in België ook nog zoveel mensen met wie ik wil spelen en van wie ik iets kan leren. Dat besef ik telkens weer wanneer ik met het BJO op de planken sta. Maar dat gevoel ik ook wanneer ik bijvoorbeeld meespeel met de bigband van het Lemmensinstituut in Leuven. Steeds kom ik daar jonge muzikanten tegen die me verbazen en die ik jaar na jaar progressie zie maken onder het waakzame oog van Frank Vaganée. Daar zie je pas goed hoe de structurele jazzopleidingen hun vruchten beginnen afwerpen.
Een paar jaar geleden heb je een paar concerten gespeeld met de Franse bassist Henri Texier. Hoe is deze samenwerking tot stand gekomen?
Dat was allemaal dankzij het Motives Festival in Genk. Het festival tracht steeds om een link te leggen tussen een Belgische muzikant en een internationale topper. Zo werden saxofonist Dewey Redman en Michel Bisceglia ook een keer aan elkaar gekoppeld. Enkele jaren geleden stond Texier met zijn Strada Quintet op de affiche en ik speelde die avond ook met mijn kwintet. Ik kende zijn muziek toen eigenlijk nog niet zo goed, met uitzondering van het trio Romano/Sclavis/Texier. Voor het concert spraken we af dat ik eerst met mijn groep zou spelen en daarna ook nog een volledig concert met hem. Zijn trombonist moest die avond ziek afhaken, dus vroeg Texier me of ik zijn kwintet wilde vervolledigen. Het concert was goed meegevallen en sindsdien zijn we contact blijven houden. Hij belt me af en toe wel eens op met de vraag of ik niet wil invallen in zijn groep. Van Texier kan ik erg veel leren. Hij is eerlijk en windt er geen doekjes om wanneer hij vindt dat ik iets niet goed speel. Soms koopt hij wel eens cd's voor mij, naar eigen zeggen als cadeau omdat ik zo lang heb moeten rijden om tot bij hem in Frankrijk te raken. Maar eigenlijk wil hij daar dan mee zeggen dat ik die muziek eens moet beluisteren omdat hij van mening is dat ik er wel iets van zou kunnen opsteken. Eigenlijk is het in de eerste plaats een heel lieve, bescheiden man. Binnenkort gaan we met een nieuw project op tournee in Frankrijk. Een kwintet met onder andere gitarist Manu Codjia, drummer Christophe Marguet en enkele strijkers. In juli zullen we ook in Brussel passeren. We hebben onlangs enkele keren gerepeteerd in Frankrijk. Voorlopig is de muziek nog heel open dus het kan nog vele kanten uitgaan. Texier zelf is alvast zeer te spreken over het project dus een eventuele opname zou wel eens tot de mogelijkheden kunnen behoren.
Na het verschijnen van 'Making Choices' stonden er lovende woorden van Dave Douglas op je website te lezen. Hoe heeft hij dat album in zijn bezit gekregen?
Onze saxofonist Daniel Daemen heeft de eerste CNQ-cd persoonlijk aan hem afgegeven na een concert. Die commentaar moet je trouwens wel met een korrel zout nemen, want hij zal me natuurlijk nooit een mail sturen met een vernietigende commentaar. Maar het was wel sympathiek dat hij de moeite heeft gedaan om te antwoorden. Persoonlijk hecht ik er niet al te veel waarde aan. Ik zou het bijvoorbeeld veel interessanter vinden om met hem eens een deftig gesprek te voeren maar dat is er nog niet van gekomen. Ik ben ook niet geneigd om op muzikanten die ik bewonder zomaar toe te stappen na een concert, dat ligt niet in mijn aard.
Ben je het er mee eens wanneer mensen de invloed van Dave Douglas in je muziek herkennen?
Douglas beschouw ik zelf als een van de vele invloeden, maar hij blijkt het meest ter sprake te komen in recensies. Er zijn echter een pak dingen van Dave Douglas die ik absoluut niet kan smaken. Zo heb ik hem ooit een heel slecht eerbetoon aan Miles Davis weten brengen dat bij mijn weten gelukkig nooit op cd is verschenen. Iemand die me misschien nog meer beïnvloed heeft is saxofonist Joshua Redman. Er is voorts nog zo veel om te ontdekken en er duiken ook nog steeds een pak interessante jonge muzikanten op. Maar uiteindelijk blijf ik nog altijd wel een bopper. Freddie Hubbard, Lee Morgen en Clifford Brown zullen bij mij steeds in de bovenste schuif blijven liggen. Ik ben ook nog altijd een grote fan van Dizzy Gillespie. Er zijn van die periodes waarin ik deze muziek nog erg veel beluister.
Wat staat er zoal op je programma de komende maanden?
Deze maand ga ik nog enkele keren invallen bij het BJO. Eind april ga ik met het trio van pianist Alano Gruarin op Jazzlab-tournee. In mei begint dan ook de tournee met Henri Texier in Frankrijk. Ondertussen zijn er ook nog enkele losse concerten met het CNQ en andere bands.
Meer over Carlo Nardozza
Verder bij Kwadratuur
- Jazz Middelheim 2014 - Bruno Vansina Orchestra, Phronesis, Avishai Cohen Trio with Stri
- Bruno Vansina Orchestra - Morning Forest aka Nose Up Bottom Down
- Michel Bisceglia & Carlo Nardozza - 11
- Mimi Verderame - Wind
- Mimi Verderame - Wind
- Kommil Foo & Orquesta Tanguedia - Kommil Foo De Luxe
- Fivefourtrio - South of the Border
- Carlo Nardozza - Going Down to the Black Gold
- Carlo Nardozza Quintet - Winterslag
- Carlo Nardozza - Rubber Duck
- Les P’tits Belges - Chanson
- Orquestra Tanguedia - In Bocca al Lupo
- Carlo Nardozza Quintet - Making Choices