De voorbije maand juni bracht bakken zon en het begin van de vakantieperiode, maar ook Phill Niblock en Al Margolis die optraden in de FreaksendFuture platenwinkel te Antwerpen. Meteen ook plaats van afspraak om de heer Margolis eens aan de tand te voelen. Uit een stoffige Audi komt een kalende, dikke man met toch nog lang haar aan de zijkanten op me af. "You must be Jasper. Phill recognised you." De heren moesten nog dineren en wijn inslaan. Dus, via de GB aan de Groenplaats naar de Voetgangerstunnel voor een restaurant. Bleek dat de twee senioren – Margolis is rond de zestig, Niblock rond de tachtig (!) - op een monsterreis waren doorheen Europa met vooral veel verblijf in de voormalige Oostbloklanden. Voor Al Margolis was het zijn eerste tour, Phill Niblock voegt al een decennium lang zo'n veertigduizend kilometer per jaar toe aan zijn kilometerteller. Na de pita's terug naar de platenboer op een overvolle achterbank geplet tussen reistassen en Al Margolis. Het concert van Al Margolis en Phill Niblock bestond uit lange drones (Phill Niblock) en ruisende soundscapes (Al Margolis) gebracht op twee cd-spelers. Het werd bijgewoond door een tiental geĂ¯nteresseerden met gemis aan de spreekwoordelijke paardenkop. Of, hoe klein de niche wel niet is voor de experimentele geluidskunstenaar.
Een opwarmer: Waarom al die Zwitserse postkaarten op de hoes van je nieuwste cd
Haha, wel, ik heb gewoon wat collages gemaakt met lijm en papier. Ik had allerlei boeken gekocht voor 50 cent en die heb ik in stukken gescheurd en aan elkaar geplakt. Dat boeltje heb ik dan aan de ontwerper van de hoes gegeven. Cut-ups dus, maar zonder de bedoeling om een bruikbare tekst of een leuk beeld te bekomen. Dus, volledige willekeurigheid.
Er is geen link met de geschriften van Adam Bohman?
Nee, Bohman is een Engels experimenteel muzikant van de groepen Morphogenesis en AMM. AMM speelde enkele jaren geleden zelfs in het voorprogramma van Sonic Youth in de Royal Albert Hall in Londen. Ze zijn toen echt van het podium gefloten door het Sonic Youth publiek. Maar ik ken Adam nu al langer als twintig jaar en hij maakt van de schitterende 'praatcassetjes'. Ik heb sommige van die tapes gebruikt in 'Cicada #5: Version Bohman' als een eerbetoon aan hem.
Een ander nummer, 'Frog Field', klinkt helemaal niet als een veld vol kikkers. Kan je enig licht op dat nummer schijnen?
Helemaal in het begin hoor je enkele krekels. Die heb ik opgenomen in mijn achtertuin vlakbij een kikkerpoel. Er waren toen geen kikkers, maar soms heb je gewoon een titel nodig. Ha ha ha ha. Het volgende nummer heeft nog een maffere titel: 'Tattooed Love Muffins'. Maar daar ga ik geen uitleg bij geven. Het is veel leuker om mensen hun persoonlijke verzinsels te horen bij zo'n titel. Dus, jouw interpretatie van de titel is waarschijnlijk veel beter dan de reden waarom ik de titel heb gekozen.
Wat is het verband tussen Pogus en Experimental Intermedia.
Ik ben al vijftien jaar bezig met Pogus. Daarvoor werkte ik voor New World Records, een label gewijd aan het inventariseren van experimentele Amerikaanse componisten. Daarna leerde ik Tom Bucker kennen en Phill Niblock en begon ik voor hen te werken. Part-time werken met verschillende vrienden, schitterend toch. Het is ook gemakkelijker zaken doen als je vier labels vertegenwoordigd.
Kan je iets vertellen over je manier van werken. Sommige nummers doe je alleen, op andere zijn er heel wat gastmuzikanten. Je speelt bijvoorbeeld xylofoon lees ik hier.
Het is meer zo'n klokkenspel van de majoretten. Voor de rest veel vrienden ja. Ik heb ook heel veel volk leren kennen bij de studio van Deep Listening Space. Een lang verhaal eigenlijk. Het Orchestra D'Fou, dat 'Oyvey Angie' speelt, werd gesticht als 's werelds grootste experimenteel dansorkest vol polka, country, western, enz. Een gigantische samenwerking, we hadden toch tijd genoeg. Iedereen kwam bij me langs en nam wat op en uiteindelijk had ik twee keer vijftig minuten die ik dan naar tien heb gebracht. Laura Biagi kwam maar één keer langs, maar werd wel twee keer gebruikt, in 'Tattooed Love Muffins' en 'Quaderni'. Een soort recyclageproces zou je kunnen zeggen.
VWat moet ik me voorstellen bij een bikelophone die in het Orchestra D'Fou komt opdraven?
Da's Stephen Schweizer met een omgekeerde fiets aangesloten op de computer! Allerlei contactmicrofoontjes en haakjes enz. Hij heeft de volledige laadruimte van zijn pick-up nodig om dat geval te verplaatsen!
Hoe breng je je muziek op een podium? Een casset kan je toch niet veranderen.
Vanavond treed ik op met twee cd-spelers. Da's puur vanuit praktische overwegingen. Ik kan mijn instrumenten en sampler niet mee naar Europa nemen. Is het dan nog wel een optreden? Misschien is het meer een live collage. Maar zo is elke avond toch verschillend. In de US treed ik vaak met andere mensen op en doe ik veel live sampling, heerlijk vind ik dat. Phill speelt maar met één cd-speler vanavond dus ik overtref hem toch met het dubbel. Hahaha. Verschrikkelijk simplistisch in deze tijd van de alomtegenwoordige laptop. Een moeilijke vraag en eentje waar ik al lang mee worstel.
Hoe beoordeel je wat een goed optreden is en wat niet?
Ik denk door de mensen die achteraf naar me toe komen en zeggen dat ze het goed vonden. Als je zelf optreedt, zit je helemaal in je eigen mix. Meestal ben ik dan bang dat een stuk niet de richting opgaat die ik in gedachten had. Niet echt veel tijd dus om te luisteren naar het stuk in z'n geheel. Natuurlijk klinken sommige zaaltjes ook beter dan andere. Hopelijk wordt ik zelf beter en beter.
Brengen je eigen cd's en je eigen label veel brood op de plank?
Nee, daarom werk ik ook nog voor drie andere labels. Niemand kan leven van z'n eigen experimentele muziek. Tenzij je echt een ster bent of een universiteitsprofessor met een vet pension zoals Phill. Als je wat rond hoort, is het altijd hetzelfde: iedereen heeft een goede job of een vrouw met een vet betaalde job of een erfenis. Gelukkig kan ik ook nog eens werken in de muziekindustrie voor labels die ik echt goed vind.
Waar leg je de oorzaak voor de onbekendheid van de artiesten die je bv. uitbrengt op Pogus. Sommige zijn al lange bezig, Kenneth Garburo is zelfs al een tijdje dood en toch...
Volgens mij is het heel simpel. Zo lang je platen maar enkele centen kosten in de tweedehands platenwinkels, beteken je niets. Ik vind het wel leuk om met obscure artiesten te werken. Maar ja, wat maakt iets hip? Xenakis bijvoorbeeld, vindt iedereen schitterend, maar ze haten z'n pianomuziek. Ligt dat aan hem of aan dat mensen niet van pianomuziek houden nu?
Een wat zwaardere afsluiter: vertrek je meestal vanuit vormexperimenten of is er meestal een bepaalde inhoud die je wil overbrengen met je eigen muziek?
Meestal vertrek ik vanuit een bepaalde vorm. Met 'Frog Field' bijvoorbeeld was het heel duidelijk dat ik dat ging opnemen. Ik heb het dan wel ietsje anders gemixed, maar toch. En uiteindelijk moet een nummer wel werken als muziek en dus met een zekere inhoud, anders breng ik het niet uit. Meestal kom ik via enkele vormprocessen wel tot een bepaalde, vaak toevallige inhoud. Toen ik begon met muziek maken, had ik wel nummers in mijn hoofd en klonken de uiteindelijke stukken exact zoals in mijn hoofd. Maar hoe langer je componeert, hoe moeilijker dat wordt. Dus mijn nummers zijn bijna allemaal gelukken bij ongelukken waarbij ik een origineel idee heb, maar er haast onmiddellijk van moet afwijken.