'Call 4 Glory' is het tweede album van de Nederlandse groep Zomotta. Het album heeft niet enkel een weerzinwekkende titel, maar ook aardig lelijk artwork. Genoeg voor geen al te hoge verwachtingen. Gelukkig weet Zomotta op muzikaal vlak wel te bekoren. Hun lofi garagepunk doet denken aan de dagen van weleer. Die dagen waar geluidskwaliteit nog irrelevant was. Charmant is het zeker, maar na 15 nummers (en een ghosttrack) die klinken alsof ze met een goedkope cassetterecorder zijn opgenomen, blijft er niet meer heel veel over van die charme.
Zomotta heeft een redelijk onverrassend, ietwat klassiek geluid, wat te verklaren valt uit hun nogal beperkte gamma instrumenten (twee gitaren, een basgitaar en drums). Hun nummers zijn minder klassiek, hoewel ze duidelijk de stempel dragen van de Pixies en aanverwante rockbands uit de late tachtiger jaren. 'Call 4 Glory' is in twee jaar opgenomen en dus hoeft het niet te verbazen dat het album nogal weinig eenheid vertoont. In de zestien nummers zitten geen echte uitschieters. Dat had anders kunnen zijn als Zomotta wat kritischer was geweest. Nu zijn er te veel slordigheidsfouten en zijn veel riffs niet strak genoeg gespeeld. Het album opent met het instrumentale track 'Faith', dat veelbelovend begint, maar dan veel te lang aansleept en niet explosief genoeg is om te overtuigen. 'Boj = Job', het eerste nummer met zang, is boeiender. Hoewel het niet uitpakt met de meest originele akkoordenreeksen en riffs, blijft het nummer wel hangen. De ietwat onvaste stem van Bart Jan Antens, die meer praat dan zingt, past erg leuk bij de snedige gitaren. Ook 'Career Planning' is een erg leuke song, met valse backingvocals en een erg op de voorgrond tredende groovy basriff. Dat er niet echt een rode draad door het album te trekken valt, blijkt erg duidelijk uit 'Disco', een nogal kitscherige dansbare song. 'Disco' valt op door de onwaarschijnlijk typische discodrum en door een rustiger stuk dat naar industrial neigt. Dit is een van de weinige nummers waarop Zomotta een ander effect dan overdrive gebruikt. De iets te onafgewerkte gitaarriff baadt in een vette wahwah die nog eens terugkomt bij 'Burning Up'. Ook daarin wordt een erg dansbare, disco-achtige drumpartij gebruikt, waardoor het opvallend hard op 'Disco' lijkt. 'Burning Up' valt ook op door het ietwat uitgebreidere instrumentarium: heel even is een orgel te horen. De meest opvallende song is het ghosttrack, het enige echt rustige moment van 'Call 4 Glory'. Het ritme wordt verzorgd door djembegeroffel en de gitaren en stem zijn overgoten met delay.
'Call 4 Glory' is leuk, maar daar blijft het bij. Het album mist afwerking en echt goede nummers. Het had sterker kunnen zijn als er wat minder tracks opstonden en als die dan beter opgenomen en minder slordig waren. Live zal Zomotta waarschijnlijk erg overtuigend zijn, maar op plaat zijn ze niet opvallend genoeg en missen ze een duidelijke lijn.
Meer over Zomotta
Verder bij Kwadratuur
Interessante links