Het is een van de verdiensten van de Hongaarse violist Sandor Vegh (1912-1997) was dat die heel wat vergeten, vroege werken van Wolfgang Amadeus Mozart opnieuw in de kijker bracht als leider van de Camerata Academia aan het Mozarteum in Salzburg. Zulke vroege werken, het resultaat van Mozarts jeugdige concertreizen en zijn jongvolwassen jaren in dienst van de aartsbisschop van Salzburg worden al te vaak negatief vergeleken met latere, grotere werken die Mozart in zijn laatste jaren in Wenen componeerde. Het typische achttiende-eeuwse 'Divertimento' genre, met zijn toegankelijke, ongecompliceerde schrijfstijl wordt ook al snel als minderwaardig aanzien in vergelijking meer ernstige genres als symfonieën en strijkkwartetten. Nochtans gaf Mozart het beste van zichzelf in twee dozijn 'Serenades', 'Divertimenti' en aanverwante genres die hij grotendeels voor nobele families in Salzburg componeerde.
Beide 'Divertimenti' op dit plaatje werden voor strijkkwartet en twee hoorns geschreven en volgen hetzelfde zesdelige patroon van een eerste deel in sonatevorm, gevolgd door twee langzame delen en twee menuetten en afgesloten door een levendig rondo. Het 'Divertimento' in F, KV247 (vaker 'Zweite Lodronische Nachtmusik' genoemd) uit 1777 werd vernoemd maar Antonia Gräfin Lodron, de muziekminnende echtgenote van de garnizoenscommandant van Salzburg terwijl het 'Divertimento' in D van twee jaar later Mozarts laatste en grootste contributie tot het genre was.
Deze in totaal telkens een half uur durende werken laten zich gemakkelijk spelen en dat speelplezier hoort men als men deze opname beluistert. Eerste violist Daniele Orlando stijgt briljant boven de rest van het ensemble uit en dat is geen wonder want deze werken evenaren Mozarts vioolconcerti wat de virtuositeit van de vioolpartijen betreft. Het onbezorgde spelen van dit ensemble toont zich even goed in de bereidheid van de muzikanten om vaak genoeg versieringen aan te brengen op herhaalde passages en gedetailleerd maar natuurlijk te fraseren. Tempi kunnen snel liggen, zeker in de spitse finales maar de menuetten bezitten een onmiskenbare Oostenrijkse gemoedelijkheid. Beide hoornpartijen worden op natuurhoorns vertolkt. Ze zorgen de meeste tijd slechts voor harmonische ondersteuning maar samen met het feit dat de cellopartij door contrabas wordt verdubbeld, zorgen ze voor een stevige samenklank. Nochtans valt tegelijkertijd op hoe transparant en individueel de hogere partijen vorm gegeven worden.
De aardbeving in 2009 in het Italiaanse L'Aquila gaf de aanleiding tot het opnemen van deze cd (het volledige verhaal kan men terugvinden in het begeleidende cd-boekje) met het bijzonder capabele Italiaanse Officina Musicale ensemble. Hoewel het vakterrein van het ensemble sterker naar het moderne repertoire neigt, werd dit een stijlvolle maar bovenal erg natuurlijke Mozart-opname die een dik uurtje musiceer- en luistergenot betekent. Meer hoeft dat met heerlijke muziek als deze niet te zijn.
Meer over Wolfgang Amadeus Mozart
Verder bij Kwadratuur
Interessante links