De eigengereide indieband Wolf Parade (uit Montreal, Canada) leek een pover lot te zijn beschoren. Debuut-cd 'Apologies to the Queen Mary' was zodanig de hemel in geprezen dat ongeveer iedereen zich aan een stevige backlash verwachtte, mocht blijken dat de opvolger ook maar een sikkepit minder sterk was. Toen bekend raakte dat de band een kort maar duidelijk bericht over de nieuwe plaat naar platenlabel Sub Pop had gestuurd ("No singles"), leek het pleit op voorhand beslecht. Een plaat zonder singles valt amper nog te promoten in deze blitse tijden en Wolf Parade had al niet de naam toegankelijke muziek te maken. Tegen alle verwachtingen in waren de eerste recensies – van zowel pers als bloggende fans – echter unaniem lovend. Maanden later is iedereen het er nog steeds over eens: Wolf Parade heeft verwezenlijkt wat talloze van hun hedendaagse collega's (zie Arcade Fire) niet konden: een tweede plaat maken die zijn voorganger overstijgt op alle vlakken.
Wolf Parade had kort na het succes van 'Apologies to the Queen Mary' al beslist om te beginnen met de opnames van een tweede album. De resulterende songs bleken echter te veel in het verlengde van het vroegere werk te liggen en groepsleiders Dan Boeckner (zang, gitaar) en Spencer Krug (zang, keyboards) beslisten daarom om het over een andere boeg te gooien. Ze sloten zich maandenlang op in de kerk waar Arcade Fire zijn tweede plaat had gemaakt en wijdden zich hier aan uitvoerige songexperimenten. Uit dit omslachtige maar vruchtbare proces ontstonden de negen nummers op 'At Mount Zoomer' (dit is trouwens de naam van drummer Arlen Thompsons studio, waar de plaat geproduceerd werd). Inhoudelijk legt opener 'Soldier's Grin' de link naar Wolf Parades debuutalbum, maar de klank van dit nummer is opvallend meer uitgebalanceerd dan het oudere werk. De band is hoorbaar beter op elkaar ingespeeld en de instrumenten zitten elkaar niet meer in de weg, wat een natuurlijk gevoel van ruimtelijkheid verleent aan de muziek. Vanaf 'Call It a Ritual' wordt echter pas helemaal duidelijk hoezeer de band is gegroeid in de kleine drie jaar sinds 'Apologies...'. Deze spookachtige track voelt aan als een wandeling op een stormachtige herfstnacht; het is een meesterwerkje van sfeer en weemoed. Rocken kan Wolf Parade ook nog altijd: het avontuurlijke 'Language City' is niet zozeer gebaseerd op de zacht/hard-dynamiek van Pixies – waarbij de band als één man uitbarst of plots terug inbindt – als wel een niveaurijke uitdieping van die aanpak. Wolf Parade zet een pasje terug met 'Bang Your Drum', een charmant kleinood dat doet denken aan muzikale voorlopers Modest Mouse (hoewel diens frontman Isaac Brock dit keer niets met de opnames te maken had). 'California Dreamer' kan vervolgens gezien worden als het centrumstuk van het album en misschien wel de meest verbluffende prestatie die Wolf Parade totnogtoe heeft mogen opnemen. De donkere, epische song doet denken aan de psychedelische rock van The Doors, waarbij de sound van Krugs synthesizer een duidelijke knipoog is naar Ray Manzarek. 'The Grey Estates' had, in tegenstelling tot Wolf Parades pessimistische waarschuwing/statement aan het adres van Sub Pop, een perfecte single kunnen zijn. Het poppy nummer is een uitstekend voorbeeld van die speelse, frisse sfeer waar Wolf Parade op de vorige releases zo'n hoge ogen mee gooide. In deze context is het slechts een aangename verpozing tussen de "echt" goede songs. 'Fine Young Cannibals' is – naast alweer een instant klassieker – ook een treffelijk voorbeeld van Wolf Parades avontuurlijke aanpak: de traditionele strofe-refreinstructuur wordt verlaten ten voordele van een meer jamgericht traject dat desondanks geheel toegankelijk blijft en, vreemd genoeg, net daarom des te beklijvender is. Wolf Parades nieuwe visie culmineert in de bijna tien minuten durende afsluiter 'Kissing the Beehive' (de oorspronkelijke albumtitel) dat zowaar op het randje van de progrock balanceert. De enige misser op dit album is 'An Animal in Your Care', dat probleemloos op een oudere release had kunnen staan maar hier wat te licht uitvalt. Enkel het straffe instrumentale middengedeelte maakt het nummer nog de moeite waard.
'At Mount Zoomer' is een uitzonderlijk album van een bijzonder interessante groep. Wolf Parade is met zijn tweede plaat begonnen aan een groeiproces dat hopelijk nog lang niet aan zijn piek toe is. Vanzelfsprekend zullen de verwachtingen voor de derde plaat nu nóg hoger gespannen zijn.
Meer over Wolf Parade
Verder bij Kwadratuur
Interessante links