Al sinds 1986 zetten deze prettig gestoorde Finnen de Scandinavische vlaktes in rep en roer met hun eigenzinnige mix van heavy metal, technopopelementen en absurdistische teksten. Hun nieuwe verzameling hard ijzer werd droogweg 'Release Date' gedoopt en is – volgens de groep de "Day of the Emancipation of the Senses". Met titels als 'Let's Puke Together' of 'Sex in the Beergarden' mogen die zintuigen dan ook al meteen gewaarschuwd zijn.
Op 'Release Date' moest het allemaal progressiever en harder dan ooit tevoren. In combinatie met de muzikaal-anarchistische structuur die Waltari altijd in zijn nummers probeert te steken, wilt dit zoveel zeggen als een vreemde trip doorheen een bos met als enige aanknopingspunt een spoor van broodkruimeltjes dat drie dagen ervoor al werd opgegeten. De groep steekt vanaf het eerste nummer al meteen een dikke adrenalinespuit in de billen. 'Get Stamped' opent met scheurende, dik aangelegde Rammsteinachtige gitaren en schoonmoederverjagend drumgeweld. Zanger-bassist – en zelfverklaarde "main lunatic of the soap" - Kärtsy Hatakka laat grunts achterwege en beweegt zich soepel doorheen het geweld rondom hem. Zijn ietwat gebrekkige Engels is geen struikelblok en wordt gecamoufleerd door de vlijmscherpe harmonie die Waltari aan de dag legt. Na drie minuten worden de adrenalinepompen abrupt stilgelegd voor een lo-fi akoestisch gitaar- en zangstukje waarin langzaam technopopelementen doorsijpelen. Na deze twee onverwachte wendingen mag Helsinki terug daveren onder sublieme metalbombardementen. Ook de twee volgende nummers behoeven geen kritiek. 'Big Sleep' is doorspekt met progressieve gitaarsolo's met een folky toets terwijl 'Let's Puke Together' een punkrockachtig refrein laat opboksen tegen heavy metal-strofen op kruissnelheid.
Maar dan lijkt de band zichzelf met 'Cityshamaani' te verliezen in zijn gekheid. Het nummer is opgebouwd uit vijf subtracks die kant noch wal lijken te raken. De muziek schiet alle kanten uit en haalt hierbij zowat elk hedendaags muziekgenre onderuit. Funk gaat genadeloos over in zware metalakkoorden die dan weer matenlang halt houden om enkele rapstrofes te laten passeren. Geen enkel van de experimenten klinkt afgrijselijk, maar het is vooral het tempo waaraan ze de revue passeren, dat na een tijdje echt ondraaglijk wordt. Met de heuse, dertien minuten durende power ballad 'Sympathy', krijgen de rauwgebeukte zenuwen een laatste mokerslag toegediend. Verdere beluistering van de nummers na Cityshamaani zijn dan ook aangeraden na een goede nachtrust.
Waltari heeft met dit album een kans gemist. De groep geeft een prachtige, zelfkritische schop tegen de schenen van haar doodserieuze collega's. (En metalgroepen die zichzelf niet te serieus nemen, leveren doorgaans prachtplaten af.) Nu lijkt het of de groep zichzelf in de absurditeit verloren heeft. Als gevolg daarvan krijgt ieder hersenspinsel eerder een destructieve dan een creatieve indruk. Het album komt als een goedgerichte kruisraket op gang, maar vanaf het overambitieuze 'meganummer' halverwege, lijkt het eerder een losgeslagen torpedo waar men best in een boog omheen vaart.
Meer over Waltari
Verder bij Kwadratuur
Interessante links