Voor wie Zwitserland synoniem is voor koekoeksklokken, skiën, bergen en bijbehorende koeien zal het trio Velma een hele schok zijn, maar daarom nog geen onaangename. Het accent in de Engelse songteksten verraadt een Franse ondertoon, maar de intieme combinatie van pop en elektronica doet eerder denken aan Duitse bands als The Notwist en Lali Puna. Al dient meteen gezegd dat Velma nooit echt het niveau van deze groepen haalt. Daarvoor zijn de songs niet fijn, fascinerend, schattig of geraffineerd genoeg en hebben ze iets te weinig profiel. De soms monotone zanglijnen laten immers het repetitieve iets te sterk naar voor komen, hoewel ze mooi intiem gezongen zijn: alsof de zanger vlak naast de luisteraar staat. De gitaarbijdragen bestaan vaak uit kleine riedels die herhaald worden, aangevuld met af en toe traditionelere akkoordpartijen. Met gekraak, geklik, geruis, korzelige beatjes of kleurende keyboardakkoorden wordt de elektronica als een zelfstandig element beschouwd. Slechts sporadisch worden er akoestische klanken vervormd, zoals een stem die gaat beven of qua helderheid gemanipuleerd wordt: die lijkt dan van onder water of door een telefoon te komen.
Ondanks het feit dat veel nummers net te weinig eigenheid hebben om op te vallen, zijn er toch een paar die daar buiten staan. Zo is 'Mange' het meest gitaargerichte nummer. Met een basis van zachte akkoorden en een dromerig meerstemmig gezongen middendeel zal dit herkenbaar klinken voor de modale popliefhebber. Idem voor 'Obstacle' met het geleidelijk aan vollopend arrangement: gitaarloopjes, tikkende en ratelende elektronica en voorzicht cimbaalwerk in de drum. Aanmerkelijk eenzamer is 'Progression', waarbij de verschillende ritmes van gitaar en keyboard niet goed lijken samen te passen. De hoge zang en de afwezigheid van de drum laten dit nummer wat in het luchtledige zweven. Alleen een zachte, korzelige beat levert naar het einde toe een duidelijker kader.
Het niet perfect samengaan van ritmes wordt in 'Cube' verder uitgewerkt. Dit is het meest opmerkelijke nummer van de cd en kan gemakkelijk de duur van bijna 10 minuten boeien. De complexiteit zit hier niet in één of andere grootse klankmassa, maar in het stapelen van laagjes die elk een eigen maatsoort hebben. Het begint al met de gitaar en de beats die elk een eigen pad bewandelen, maar pas wanneer de stemmen aanrukken, ontplooit de structuur zich volledig. De eerste begint met mechanisch grote sprongen en zingt deze melodie stug door. Geleidelijk aan worden er tot 3 andere stemmen bij gestapeld die los van elkaar een eigen verloop kennen en doortikken als de mechaniek van een uurwerk. Waardoor er toch één Zwitsers cliché in 'Ludwig' opduikt.
Meer over Velma
Verder bij Kwadratuur
Interessante links