Dit cd'tje stelt drie grote twintigste-eeuwse hoboconcerti voor, van Bohuslav Martinu, Bernd Alois Zimmermann en Richard Strauss. Die keuze van werken zorgt voor drie grondig van elkaar verschillende concerti, van Strauss' neoklassieke concerto tot Zimmermanns eigenzinnige serialisme en de uitvoering, door hoboïst Stefan Schilli en het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks onder leiding van Mariss Jansons is van het allerhoogste niveau.
De drie concerti werden in een periode van tien jaar na elkaar geschreven, tussen 1945 (Strauss) en 1955 (Zimmermann). Martinus hoboconcerto uit 1952 is een relatief laat werk van de componist en een typisch voorbeeld van Martinus meer melodieuze, Amerikaans-geïnspireerde stijl want net als bij Bartok zorgde een (gedwongen) emigratie naar de VS tijdens de Tweede Wereldoorlog voor een stijlwending naar een meer lyrisch idioom toe. Onder Mariss Jansons' leiding krijgt het concerto een expansieve, brede uitvoering mee, met een sloom en sfeervol tweede deel met een prachtig samenspel tussen hobosolo en blazers uit het orkest en robuuste, levenslustige hoekdelen.
Zimmermanns concerto is een puur dodecafonisch concerto, van begin tot einde gebaseerd op dezelfde reeks van twaalf verschillende tonen. Veel sporen van (zelfs maar gesuggereerde) atonaliteit vindt men niet in dit werk maar Zimmermanns frivole orkestratie, waarin de hobo continu onderstipt wordt door korte, vinnige frases in het orkest zorgt voor een lichtvoetig, bijna humoristisch concerto. Het is opvallend hoe licht en transparant Schilli zijn uitvoering houdt, trouwens, een groot contrast met de meer lyrische manier van spelen bij Martinu of Strauss.
Richard Strauss' hoboconcerto verschilt grondig van de vorige twee: de combinatie van romantische, weelderige melodieën en een kleinschalig, transparant klankpalet, een combinatie die in alle late werken van de Duitse operacomponist terug te vinden is, staat garant voor een fris en zachtaardig werkje. En dankzij de combinatie van een geweldige solist, een even geweldig orkest en een dirigent met veel voeling voor Strauss' muziek, is absoluut wel de mooiste uitvoering van het hoboconcerto dat de laatste jaren uitgebracht is. Mariss Jansons' voeling met Strauss kristallen orkestratie vertaalt zich in een concerto waarin precies de juiste lijnen hoorbaar zijn, middenstemmen perfect tot hun recht mogen komen en het kleine orkest als één grote kamermuziekgroep klinkt.
Bovendien voert Stefan Schilli Strauss' muziek prachtig uit. Veel hoboïsten bezitten wel Schillis zuivere, melodieuze hoogte, zijn zorg voor frasering of vingertechniek maar het is zeldzaam om een uitvoering te horen zoals deze, waarin je aandacht onmiddellijk getrokken is en men geboeid van de eerste tot de laatste noot kan zitten luisteren. Het is niet altijd voor de hand liggend om zoveel kleur en variatie te maken op hobo als op deze cd gebeurt maar Schilli zingt heerlijk op zijn instrument en vindt precies de juiste kleur voor elke frase. Bovendien komen zijn uitvoeringen nooit gehaast over: zonder log te worden, neemt hij net genoeg tijd om elk loopje en elke snelle frase rustig uit te spelen.
Stefan Schilli zorgt voor drie grondig van elkaar gevarieerde uitvoeringen van grote maar toegankelijke twintigste-eeuwse concerti voor hobo en orkest. De combinatie van een schitterende solist, dirigent en orkest in drie minder gekende maar erg overtuigende concerti zorgt voor een cd die met plezier steeds opnieuw opgezet kan worden.
Meer over V/C
Verder bij Kwadratuur
Interessante links