Canticum Canticorum, letterlijk 'Lied der Liederen' maar beter gekend als 'het Hooglied', is een van de sensueelste bijbeldelen. Met teksten als "je lippen als scharlaken lint" of "laat ons naar het veld gaan en zien of de bloemen zwanger zijn van zaad" spreekt dit boek al eeuwenlang tot de verbeelding. Voor deze cd heeft de Capilla Flamenca de gezangen geordend als een fictieve eredienst, of zoals het ensemble zelf zegt een 'hoogmis van de hoofse liefde'. Ze volgen daarmee het middeleeuwse gebruik om misdelen te vervangen door motetten.
De zestien nummers van deze cd zijn onderverdeeld in vijf groepen: Introitus, Alleluia, Offertorium, Ad Elevationem, Deo Gratias. Zowel het Introitus als het Offerorium begint met een Gregoriaanse melodie, waarna de motetcomposities op die tekst volgen. Bij het Introitus is Johannes Prioris' 'Quam Pulchra Es' een buitenbeentje. Zijn versie, met andere tekst dan de vorige nummers, is ook harmonisch complexer. Terwijl de twee Engelse versies, van respectievelijk John Dunstable en John Paymour, de expressie in consonanties zoeken, draait het bij hem om dissonanties. Canonische inzetten, die vertrekken vanuit de bas met cantus firmusfunctie, maken van zijn motet een pareltje. In de andere 'misdelen' vallen vooral de beide werken van Gaspar van Weerbeke en het 'Ave, Regina Caelorum' van Adriaen Willaert op. Van Weerbeke weet zowel in zijn 'Tota Pulchra Es' als in 'Anima Mea Liquefacta Est' een klanktapijt te leggen waarin hij meer contrapuntische passages afwisselt met momenten van rust. Willaert, die bij de latere componisten op deze cd hoort, vertrekt daarentegen helemaal vanuit contrapunt. Van bij de opening van het motet kiest hij volop voor melismatische melodieën die hij vloeiend in elkaar laat overlopen of. Hij werkt ook veel opvallender met imitaties en omkeringen, wat vaak ook voor expressieve dissonanten zorgt.
Dat het Hooglied ook luitcomponisten inspireerde bewijzen Luis de Narvaez en Hans Judenkünig. In het meesterlijke mooie 'O Gloriosa Domina' van de Narvaez ligt de cantus firmus in de vedel, terwijl de luit op die melodie lijkt te improviseren. Judenkünigs zetting van 'Tota Pulchra Es' staat bol van verrassende harmonische wendingen, met hier en daar een polyfone knipoog. Die polyfone elementen worden nog meer uitgewerkt in de 'Ricercars' van Vincenzo Capirola en Francesco da Milano. Jan van Outryve toont zich in deze vier nummers als een schitterend luitist met perfect gevoel voor timing.
Over de uitvoering door Capilla Flamenca valt weinig meer te zeggen dan dat ze hun reputatie alle eer aan doen. Voor deze muziek zijn ze de ideale ambassadeurs!
Meer over V/C
Verder bij Kwadratuur
Interessante links