Met een carrière als die van Dave Clarke is het niet verwonderlijk dat heel wat liefhebbers van (elektronische) muziek de naam van deze koppige Engelsman spontaan associëren met 'techno'. Wat veel minder mensen weten is dat Clarke begin jaren '80 zijn eerste succesvolle stappen in het muziekwereldje zette als hiphop-dj en pas later - evenwel jaren voor de elektroclashhype - internationale bekendheid verwierf met zijn typische mix van oldskool elektro en eigentijdse techno. Tel daarbij zijn ondertussen klassieke debuutalbum 'Archive 1' uit 1996, tal van succesvolle opvolgers als 'Devil's Advocate' en 'Live' en een pak inspirerende singles en remixen en het is duidelijk dat deze kerel geen doordeweekse plaatjesdraaier is.

Met zijn eerste 'World Service' (2001) legde Dave Clarke destijds opnieuw de lat wat hoger voor techno- en elektro-dj's wereldwijd. Ook de nieuwe dubbelaar 'World Service 2' is van gelijkaardige, hoogstaande kwaliteit - al is er ditmaal niet echt meer sprake van een verrassingselement. Op het eerste schijfje staan vooral elektrotracks, daar waar de tweede cd meer nadruk legt op een continu pompende 4/4 technobeat. Clarke opent zijn elektromix met enkele redelijk bekende (vocale) hits van zijn vrienden David Carretta, The Hacker en Boys Noize, maar daalt daarna al snel af naar de donkere dieptes van zijn (Engelse) oldskoolcollega's. De beats worden daarbij gestript tot een minimum en de aanvankelijk vrolijke synthakkoorden verijlen tot bevreemdende sweeps en bleeps. Detroit-geïnspireerde electroboogieparels als 'What Kind of Sound Pt.1' (Chris McCormack), 'Techno Slut' (Imatran Voima) en 'Late Night Ride' (B. Calloway) zijn daarbij dingen die het meeste indruk maken. Na nog een rondje vocale 'sex & sleaze' van o.a. Anthony Rother ('When The Sun Goes Down') en Junesex ('Fast Food Messiahs') knipoogt Clarke aan het einde van zijn set opnieuw heel even naar zijn roots met de GDX-versie van de Sisters Of Mercy-hit 'This Corrosion' en het punky-funky 'Who Needs Sleep Tonight?' van Silicone Soul. Van slapen is inderdaad geen sprake als men daarna ook de tweede cd opzet.

De technomix opent met een verraderlijk zweverige intro, maar beukt er enkele seconden later reeds loeihard op los met de jaren tachtig culthit 'The End Of Europe' van Ryuichi Sakamoto. In zijn typische rechttoe-rechtaanstijl rijgt Dave Clarke vervolgens 26 dansvloerbommen aaneen, zonder daarbij ook maar één keer gas terug te nemen. En toch klinkt het geheel behoorlijk gevarieerd. Van de klassieke 90's technogeluiden van Joey Beltram ('If Works') en Manuel Tur ('Brickster'), de allesvernietigende beukhits van o.a. Dj Rush ('Sex Me all Night Long'), Heiko Lauch ('Snitch') en Sterac ('Storm'), over de smerige booty-tech van Hugo Moya ('Move'), The Underground Track Master ('Battle Cry') en Dj Funk ('Put Yo' Back 'n 2 it') tot de meer naar house van de oude school neigende dingen van Turntable Hype ('Turntable Hype') en MU ('Paris Hilton'), Clark smeedt ze allemaal naadloos aaneen tot één grote feesttrip. Als hij naar het einde van deze cd toe opnieuw de elektrotoer opgaat, maakt hij de cirkel bovendien thematisch mooi rond.

'World Service 2' zal met dit alles techno- en elektrofans zowel technisch als muzikaal moeiteloos kunnen boeien. Dave Clarke laat met beide cd's immers zien dat hij nog steeds tot de créme van de internationale dj-scene behoort, maar blijft tegelijk trouw aan zijn undergroundroots. Zij die een staalkaart van de huidige (alternatieve) techno- en elektroscene in huis wensen te halen én als toetje hier en daar een verborgen klassieker willen meeritsen, kunnen deze verzamelplaat zonder enig voorbehoud aanschaffen. Liefhebbers van hitgevoelige electronische geluiden à la Tiësto, Roger Sanchez, Mylo of andere megasterren, hebben hier echter niets te zoeken. Dave Clarke is namelijk nog steeds verschroeiend ruw, bikkelhard en koppig alternatief.

Meer over V/A


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.