Hoe lang kan het nog duren voor Niko Uské (Uské Orchestra – in het dagelijkse leven Nicolas Husquet) zijn plaats mag innemen tussen de grote namen van de internationale elektro-akoestische knutselaars? Wat op eerdere releases al duidelijk werd, wordt op 'Niko et la Berlue' alleen maar bevestigd: deze Belg bezit de onwaarschijnlijke gave om de dunne grens tussen de meestercharlatan en het kinderlijke genie te bewandelen. En meer dan op zijn vorige plaat 'Moli Herzog' doet hij dit hier op een uiterst toegankelijke manier. De nummers op 'Niko et la Berlue' hebben een vastere vorm gekregen dan voorheen, al is er van echte liedjes nog steeds geen sprake. Het hyperkinetische draaien en keren van vroeger moet echter steeds meer plaats maken voor terugkerende melodietjes en muzikale rode draadjes waardoor deze cd gemakkelijker om volgen wordt.
Toch heeft de muziek nog niets ingeboet aan naïviteit en kan het geluid nog steeds verbazen. Opvallend daarbij is de rol die akoestisch gitaargetokkel daarbij toebedeeld krijgt. Deze folky invloed, gecombineerd met hoge, ijle en vaak onverstaanbare stemmetjes geven 'Niko et la Berlue' een vleugje Devendra Banhart mee, maar voor de arrangementen wordt eerder aangeklopt bij CocoRosie. Al presteert Uské hier wel de overtreffende trap van de Amerikaanse zusjes. Sympathieke flarden melodica, goedkope keyboards, beverige orgeltjes (stijl foute debardeurs en platte kapsels) en speelgoed als kazoo's, feesttoeters, speelgoedpiano's en allerhande geschifte fluitjes struikelen weer als vanouds over elkaar. Helemaal schattig wordt het wanneer Uské de track 'La Lechuza' bouwt rond melodietjes die zo een carrière als kinderliedje kunnen beginnen. Daarmee is echter slechts één facet van de Uské Orchestra belicht, want de slecht aangeblazen koperblazers, gedempte trompetten en de omfloerste klarinet zijn ook weer van de partij. Jazz is het in de verste verte niet (al komt de schuifelende ballade 'Ta Douceur Déguisée en Silence' even wat dichter in de buurt) maar de optelsom van alles wat de luisteraar te horen krijgt, maakt wel dat dit eenmansproject de naam orkest dubbel en dik waardig is.
Het leuke aan Uské's werk in het algemeen en deze cd in het bijzonder is dat hij er ondanks alle herkenbare referenties in blijft slagen om zijn muziek op het scherp van de snee te houden. Zo kan hij bij momenten compromisloos dissonant uit de hoek komen en ook melodisch zet hij graag de boel op steltjes. Het glijdend manipuleren van toonhoogtes (de terugkeer van de aloude pitchbender-truc) slaat geregeld de wankele zekerheden onderuit en zwiept de muziek en de luisteraar van links naar rechts.
Qua intrinsieke schoonheid past deze cd in de bakjes van Ijslandse bands als mùm en co, hoewel de klankcollages van deze Belg zijn niet meteen bestemd zijn voor de klassieke elfen of nimfen. Daarvoor bevat de muziek veel te veel sympathieke bandietenstreken en deugnieterij. De strips van Calvin & Hobbes nu ook op cd!
Meer over Uské Orchestra
Verder bij Kwadratuur
Interessante links