Black metalband Trelldom is een goed bewaard geheim uit de underground. Ondertussen bestaat de groep niet meer en is de nalatenschap slechts drie albums, waarvan dit 'Til et Annet...' met voorsprong het beste is. Dat vocalist Gaahl tegenwoordig bekender is voor zijn extracurriculaire activiteiten dan zijn vocale prestaties is jammer, maar op dit lichtelijk geniaal plaatje laat hij wel horen waarom hij een van de meest geschifte dan wel begenadigde vocalisten van de extreme sector is.
Op het eerste gehoor lijkt Trelldom de zoveelste black metalband te zijn die traditionele rauwheid bezigt. De zwart-wit foto van de hoes geeft alleszins aan dat Darkthrone meer dan een inspiratiebron vormde. Maar toch weet de band op meer dan een vlak te overtuigen. Jazeker, de songs zijn rauwe black metal die erg naakt en to the point aandoet, maar de gitaarpartijen zijn aanstekelijk en dit trio verstond de kunst om in elk nummer een aantal riffs te stoppen die bleven hangen. Trelldom klonk ook nooit zo groezelig als vele van de collega's, omdat zij er voor kozen om de productie van dit album helder te houden. Dat maakt de riffs veel herkenbaarder en geeft die licht blikkerige gitaarsound eindelijk wat meer bestaansrecht.
De grootste aandachtstrekker van 'Til et Annet' blijft echter Gaahl, die niet louter krijst, maar evenzeer mompelt, brult, gilt en wauwelt als een bezeten sjamaan. Zijn rauwe rasp van bij Gorgoroth ten spijt, klonk de man nooit zo overtuigend als hier. Zelfs zijn heel zeldzame normale zang (die tenenkrommend vals is) fascineert mateloos en hij sleept de luisteraar mee in het winterse domein van Trelldom.
Wie voer ter overtuiging nodig heeft, kan terecht bij de bekende opener 'Vender meg Mott en et Kommende' of het gemene 'Min Doed Til Ende', maar een bijzondere vermelding verdient afsluiter 'Sonardreyri'. Dit laatste is een enorm repetitief nummer, maar de opbouw is mateloos geniaal en Trelldom bereikt moeiteloos een hypnotisch repetitief effect dat smaakt naar meer.
'Til et Annet' is – het mag gezegd worden – een kwintessentieel black metalalbum zonder franjes, voor de liefhebbers van rauwheid en back to basics. De vocale capriolen van Gaahl zijn fascinerend, de bezwerende riffs pakkend en de eenvoud eerlijk en openhartig. Ondanks het winterse thema is dit album dan ook altijd warm aanbevolen.