Ze staan steevast in dikke drommen aan te schuiven, de musici die met Tom Rainey willen samenwerken. De 55-jarige drummer is een van de kroonjuwelen van de New Yorkse Downtown scene en wordt wereldwijd bewonderd om zijn buitengewone creativiteit. Het is dan ook heel opmerkelijk dat iemand met dergelijke reputatie pas twee jaar geleden debuteerde als bandleider, meer bepaald met het uitstekende album ‘Pool School’. Het trio waarmee Rainey die opname maakte, leverde onlangs een tweede langspeler af getiteld ‘Camino Cielo Echo’.
Het verhaal van het Tom Rainey Trio is met deze plaat dus aan zijn tweede hoofdstuk toe en de protagonisten zijn nog steeds dezelfde: Rainey zelf op drums, Mary Halvorson op elektrische gitaar en Ingrid Laubrock op tenor- en sopraansax. De Amerikaan zweert niet voor niets al enkele jaren bij dit vrouwelijke duo: Halvorson en Laubrock zijn twee van de meest boeiende instrumentalisten van het moment. Vooral de gitariste is een waar fenomeen en heeft deels door haar eigenaardig effectengebruik een heel originele en instant herkenbare stijl. Halvorsons trio en voornamelijk haar kwintet behoren tevens tot de interessantste jazzcombo’s van het moment. Laubrock heeft als saxofoniste net iets meer concurrentie op haar domein, maar met haar bands Anti-House en Sleepthief speelt ze al een tijdje mee in de hogere regionen van de moderne jazz.
Met dit alles in het achterhoofd is het niet meer dan logisch dat Rainey zijn personeel alle kansen geeft om te schitteren, ook op compositorisch vlak. Halvorson en Laubrock mochten elk een handvol composities bijdragen, zoals het lichtjes geniale ‘A Third Line into Little Miss Strange’ van de Amerikaanse gitariste. Wat begint als een duet van sax en drums (met een redelijk bitsige Laubrock) evolueert naar een geïmproviseerd steekspel tot plots enkele warme akkoorden weerklinken. Het door Halvorson vaak gehanteerde effect, waarmee ze de toonhoogte van de door haar gespeelde noten radicaal kan wijzigen, speelt in deze passage een hoofdrol samen met de zeer uiteenlopende kleuren die Laubrocks tenorsax aanneemt.
De drie komen regelmatig stevig uit de hoek. Met ‘Mullet Toss’ wordt al vroeg op de plaat een triobommetje gegooid en ook in ‘Two Words’ en vooral ‘Flutter’ gaat het er pittig aan toe met een ontketende Rainey en een (alweer) onnavolgbare Halvorson, die de meest bizarre geluiden geniaal weet in te passen. Het trio komt ook in andere contexten goed uit de verf. De trage titeltrack (met Laubrock een zeldzame keer op sopraansax) is een vijf minuten durende dynamische luistertrip, dankzij het cimbalenwerk van Rainey en enkele gebroken gitaarakkoorden. In de meer jazzy stukken zoals ‘Leapfrog’ komt dan weer vooral het technisch meesterschap van de drie naar boven. Muzikaal is dat allemaal net iets minder interessant, hoewel nog altijd de moeite waard puur omwille van het spektakel.
De interactie tussen de drie blijft gelukkig overal primeren en het verhaal van ‘Camino Cielo Echo’ krijgt bijgevolg vorm via drie evenwaardige stemmen. Het Tom Rainey Trio staat voor triomuziek van de allerhoogste orde en minder hadden we eerlijk gezegd ook niet verwacht.