Dat ze bij ECM niet bang zijn om hedendaagse muziek uit te brengen in hun behoorlijk exclusieve catalogus, siert hen. De Hongaars-Oostenrijkse componist Thomas Larcher is echter een oude bekende bij het label: hij bracht er eerder reeds twee cd’s uit met zijn eigen muziek, maar waagt zich met ‘Madhares’ voor het eerst aan orkestrale stukken. De ingrediënten zijn nog steeds dezelfde: een hyperexperimenteel gebruik van het klassieke instrumentarium, een avant-gardistische rol voor het slagwerk, een constante sfeer van dreigende mystiek en een versmelting tussen traditionele en nieuwe muziekstijlen.
Het stuk ‘Böse Zellen’ voor piano en orkest (vrij te vertalen als “maligne cellen”, cellen die met andere voorkomen in een kwaadaardige kanker) is meteen een perfecte illustratie van waar het Larcher om gaat. Hij is meer dan een doorcomponerend lyricus een muzikant die concipieert in gevoelige sferen, in klankwolken en muzikale poëzie waarvan het idee als iets fysisch uit het concept opstijgt. Tim Fellner, de pianist van dienst en huispianist bij ECM, interpreteert de aartsmoeilijke partij loepzuiver en neemt de prepared piano onder handen alsof het een gewoon, vertrouwd ding is. Het stuk draagt een metafysische kracht in zich, maar het harmonisch materiaal waar Larcher mee speelt had best rijker kunnen en mogen zijn.
Voor ‘Still’ (met een veelbetekenende titel) kiest Larcher een unieke bezetting. Eigenlijk is het werk een minuscuul concerto voor piano en altviool, maar dan in twee delen gegoten die gestaag in elkaar over lopen. De thema’s waarmee de componist deze keer aan de slag gaat zijn meer in het "oor" springend, en contrasteren op prachtige wijze met de soms mechanische manier waarop de instrumenten worden gehanteerd. Het contrast is erg rijk en dat levert een gelaagde, prachtige compositie op.
Het slotstuk van de cd is Larchers derde strijkkwartet met de titel ‘Madhares’. Dit verwijst naar een gebergte in Kreta, waar Larcher nooit geweest is maar wel veel over heeft opgevangen. De indrukken zijn dus louter psychologisch van aard, maar dat maakt het werk juist fantasievoller en rijker aan inhoud. De soms eerder pompeuze orkestrale stukken vinden in het tweede deel van de cd weerklank in bijzonder verstilde, hemelse delen. Quatuor Diotima is bovendien een ideaal ensemble om dit repertoire uit te voeren. Larcher balanceert op het randje van wat uit de instrumenten te halen valt, en dat levert (vooral in het slotdeel met de bizarre titel ‘Song from ?’) een ongeziene, doodse sfeer.
Thomas Larcher verdient zonder twijfel de aandacht die hij bij ECM krijgt. Deze mooi uitgegeven en van ideale teksten begeleidde cd doet de hedendaagse componist alle eer aan. Voor de liefhebbers van het genre zou de muziek van Larcher overigens een openbaring kunnen zijn: ze is mysterieus, zwaarmoedig, hoopvol en tegelijk tragisch. De uitvoeringen zijn perfect, maar toch is ‘Madhares’ geen essentiële cd in een klassieke collectie. Daarvoor componeert Larcher nog altijd te hermetisch en krijgen bepaalde melodische aspecten niet de gewenste uitwerking. Soms lijkt Larcher ook meer een effect-componist dan iemand met een verhaal, wat uiteraard nooit de bedoeling kan zijn. Desondanks heeft ECM al weer een pareltje toegevoegd aan haar rijke catalogus; dit is met stip een van de meest gedurfde releases van dit jaar.