Kwatongen beweren dat de integratie van dansbare, elektronische beats in de jazzmuziek van vandaag tot een belangrijke vulgarisering van het begrip "jazz" hebben geleid. Iedereen luistert tegenwoordig naar die muziek, die als drinkyoghurt naar binnen glijdt en een slok later al weer helemaal vergeten is. Wie graten ziet in die uitspraak, waar misschien wel iets van aan is, moet hoe dan ook niet op zoek naar dit titelloze debuut van The Unity Sextet, een uit Zuid-Engeland afkomstig gezelschap dat zich ledig houdt met ostinate ritmes waarop simpelweg wordt geïmproviseerd. Voorstanders durven misschien beweren dat dit de beweging is die de jazz, sedert de jaren '60 uitgegroeid tot een genre dat bijna uitsluitend nog ingewijden aanspreekt, terug wil geven aan het volk, waarvoor de jazz zich ooit heeft geëngageerd. Wie immers de opkomst van het genre bestudeert, ziet dat het voor de Tweede Wereldoorlog een stijl was die heel wat jonge mensen aansprak. De swingjazz scheerde hoge toppen in de hitlijsten en hoewel vaak al te complexloos, was die het genre waarvoor iedereen overstag ging.

In het jaar 2000 zag men St Germain de wereld veroveren met het bij Blue Note uitgekomen 'Tourist'. Het allegaartje aan elektronica waar de luisteraar doorheen 'The Unity Sextet' wordt mee bekogeld, heeft echter niets van het toch enigszins aanstekelijke werk van Ludovic Navarre en co. In de solo's wordt hier manifest gemikt op welluidendheid en tot mooi uitgebouwde improvisaties komt het zelden. De beats zijn daarenboven zeer overheersend aanwezig en van echte composities kan weinig sprake zijn. Vele nummers waarin sax, gitaar en piano aan het soleren gaan zijn verre van slecht, maar niets maakt hen tot blijvend inspirerende tracks. Daarnaast wordt de elektronica soms behoorlijk gretig ingezet, en vallen niet alle geluiden op hun plaats. Waar de musici de referte naar Pharoah Sanders of Horace Silver vandaan halen, is duidelijk. Men moet echter toegeven dat het origineel de kopie kwalitatief veruit overstijgt.

Met The Unity Sextet kan het zeker nog goed komen, maar dit debuut is nog teveel een plaat waarop wordt gezocht. Dat de opnamestudio The Playhouse wordt genoemd, kan als metafoor gezien worden voor het resultaat van dit werkproces, dat eerder middelmatig is geworden: in de speeltuin kan het soms leuk zijn, maar naar een behoorlijk eindproduct wordt daar toch zelden toegewerkt?

Meer over The Unity Sextet


Verder bij Kwadratuur
  • Helaas geen extra info meer.

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.