Daar waar het Evidence label ophield in de late jaren '90, nam Atavistics Unheard Music Series het over en bracht het enkele van Ra's zeldzaamste en meest intrigerende sessies opnieuw uit. Sun Ra heeft maar weinig opnames met een kleine begeleidingsgroep gemaakt; in dit geval slechts negen muzikanten. Omdat deze albums maar zelden op standards focussen, is 'Some Blues But Not The Kind Thats Blue' een zeldzaamheid in Ra's omvangrijke discografie. Aan de heruitgave van het in eigen beheer uitgegeven studio album uit 1977 zijn een tot op heden onuitgebrachte collectieve improvisatie en twee interpretaties van 'I'll Get By' uit 1973 toegevoegd. Die eerder obscure opnames zijn niet meteen een introductie in het omvangrijke oeuvre van Sun Ra, maar is zeker een interessante aanvulling voor fans.

Ra's 'composities' ervaar je als luisteraar meestal als experimenteel, maar 'Some Blues' toont dat Ra eerst alle jazzregels beheerste voor hij ermee brak. De titeltrack - slechts een van de twee originele composities - opent de cd met anderhalve minuut chaos van een ingekorte en basloze versie van het Arkestra, tot Ra plots herhaaldelijk een kort motief op de piano speelt en de band stil valt. De jam vervolgt met onder andere een opmerkelijk samenspel tussen Ra's groovy pianopartij en de uithalen van John Gilmore op tenorsax. Voor de fans is er de zeldzame opname van een onconventionele interpretatie van 'My Favorite Things', een standard die meteen aan de versie van het John Coltrane Quartet herinnert. Ra negeert de akkoordenwissels en speelt quasi percussief zodat ruimte vrijkomt voor solo's die de originele melodie slechts bij momenten laten doorschemeren. Op de opnames verkiest Ra voornamelijk de akoestische piano boven de voor hem zo typerende orgels. Die keuze werd hoogstwaarschijnlijk genomen in functie van de standards. Met slechts in drie composities een bassist, speelt Ra's linkerhand gebroken basmotieven die bij momenten een eerder onconventionele maar swingende puls voortbrengen. Het tweede originele werk en enige vrije improvisatie op het album, 'Untitled', werd aanvankelijk opgenomen voor 'Some Blues', maar haalde de uiteindelijke selectie niet. Vreemd, want de pianosolo vormt een heel bescheiden hoogtepunt van de cd; Ra zoekt en vindt een perfecte balans in zijn pianospel, waarna een ontketende Gilmore de improvisatie naar zijn hand zet. Een atonale versie van 'Nature Boy' volgt. De bitse en scherpe uithalen van Gilmore staan in mooi contrast met het zachte pianospel van Ra, dat bij wijlen ver weg van Sun Ra's reputatie swingt. Atatvistic voegt twee alternatieve versies (repetitieopnames) van 'I'll Get By' uit 1973 toe, met Sun Ra op orgel en Ronny Boykins op bas. Een opname met Gilmore op tenorsax en een met trompettist Akh Tal Ebah vormen een interessante vergelijking met de originele versie op 'Some Blues'.

De ongewone interpretaties van de jazzstandards en de onuitgegeven tracks maken van 'Some Blues But Not The Kind Thats Blue' een interessant document voor de fans. De bijzondere samenstelling van het Arkestra en Ra's expressieve pianospel, dat getuigt van een pianistiek meesterschap in de lijn van de grote jazzpianisten, geven dit album een heel specifieke kleur. Sun Ra en zijn Arkestra komen op het album nu eens intiem, dan weer bombastisch tot ongeƫvenaarde versies van de standards.

Meer over Sun Ra


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.