Het Nederlandse Sin7sinS begon ooit als een wat doordeweekse gothic metalband met frontvrouw, maar heeft zich de laatste jaren meer ontwikkeld tot een band die een amalgaam aan stijlen en invloeden onder dezelfde paraplu schaart. Dat resulteerde in een toegankelijker (tot soms zelfs popgericht toe) geluid en evenzeer tot een deal met het Massacre-label. Nu doet de band alles zelf en laat 'Carnival of No Tomorrow' horen dat ze verder volwassen zijn geworden.
Het is vrij lastig om Sin7sinS met enige andere act te vergelijken. Toegegeven, de gothic invloeden liggen er nog steeds dik bovenop, en meer dan eens refereert de band aan new wave van de jaren tachtig, maar dat is niet alles. De keyboards laten een open en brede waaier aan inslagen en melodieën horen, maar dat gaat niet ten koste van de gitaren, die samen met de ritmesectie nog duidelijk de stempel van metal dragen. Enorm hard of symfonisch is het echter niet, muzikaal wil de band blijkbaar vooral makkelijk in het gehoor liggende songs pennen.
Wat tegenover vroeger wel nog gebleven is, is de wisselwerking tussen de zangeres en een mannelijke vocalist. Die laatste is echter nauwelijks een toegevoegde waarde te noemen, want zijn rauwere kreten missen directheid en punch, en meer dan eens clashen die halfwas schreeuwen vreselijk met de muziek. Een serieuze smet op anders vlot verteerbare songs, en het is maar zeer de vraag wat de bedoeling precies is. Immers, voor potige metal zijn die mannelijke vocalen te zwak, en voor liefhebbers van meer popgerichte muziek zijn ze te hard. De vrouwenvocalen zijn verbeterd tegenover vroeger, waar de band al eens de mist durfde in gaan. Nu blijft het allemaal zuiver, al is het vaak wennen aan sommige zanglijnen en een paar keer zijn de notencapriolen van de zangeres op het randje van ernaast. Het is een eigenzinnige aanpak, die aan het eind van de rit wel in het voordeel van Sin7sinS uitpakt.
'Carnival of No Tomorrow' is misschien niet de meest opvallende schijf van het moment, maar bevat voldoende aardigheidjes om een luisterbeurt te rechtvaardigen. Het blijft een poppier en apartere kijk op het zogeheten gothic genre, die vast en zeker evenveel voor- als tegenstanders zal kennen. Maar aan het eind van de rit blijven het degelijke, zij het iets te onopvallende songs.