Best een opmerkelijk figuur, Ron Geensin. Als je aan Pink Floyds spraakmakende album ‘Atom Heart Mother’ hebt meegeschreven, heb je wat te betekenen in componistenland. Vervolgens omschakelen naar soundtracks van wat obscure cultfilms (waaronder ook wel die van ‘The Body’ met Floyds Roger Waters,) is commercieel gezien misschien niet de meest interessante zet. Hetzelfde geldt voor een plaat als ‘Roncylce 1: the Journey of a Melody’ die zomaar eventjes een kwarteeuw heeft nodig gehad om te groeien tot wat hij nu is: een indrukwekkende, opmerkelijke klankreis die bescheiden genoeg blijft door zich te laten uitbrengen op het Nederlandse undergroundlabel Tonefloat.
Creativiteit en vindingrijkheid: dat zijn de kernwoorden voor deze Brit. ‘Roncycle 1: …’ is één lange, avontuurlijke, postklassieke rit met veel avant-gardistische trekjes boordevol beweging en vernieuwing. Een onophoudelijk gehakketak met nieuwe instrumentale impressies, klassiek versus hypermodern, resonantie en dissonantie zorgt voor een uur vol auditieve spektakels. Het in- en uitademen van een snurkende cello, het consequente getik op een metalen staaf (of aambeeld) en de dartele orgelmelodie die zich erdoor wringt: deze fractie van nog geen halve minuut geeft beeld van de bizarre combinaties die de componist maakt.
Een onophoudelijke symfonie met zestien episodes ontmoet samples van onverstaanbare murmelstemmen, dissonant blaaswerk van fluit of koperblazers, industriële percussie en nog veel meer creatieve elementen. Een flard Star Trek, een fluitende merel of de chaos van een snel terugspoelende geluidsband zitten in de trip verscholen.
Soms dartel en speels, soms met de zwaarmoedigheid van een moderne Mahler (‘Whether the Weather’), het is haast niet bij te houden wat hier allemaal plaatsvindt. In sommige stukken -zoals het met persistente jazzdrum en luidruchtige scherende sax opgesmukte ‘Cellar Fall’- ligt de abstractiedrempel heel hoog. Gelukkig drukt Ron Geensin meer drukke, ongemakkelijke momenten telkens tijdig de kop in om te plaats te maken voor dromerige, fantasierijke passages.
Wie een magnum opus als dit weet samen te stellen, moet ofwel geniaal, ofwel gek zijn. Grappig genoeg komen beide eigenschappen in de muzikale reis van ‘Roncycle 1: the Journey of a Melody’ voor. Feit is dat het hier om een creatief huzarenstukje gaat dat zelfs na tien luisterbeurten al zijn geheimen nog niet wil prijsgeven. Dit om maar even te stellen dat het best loont om even door de nogal moeilijke oppervlakte van deze plaat te prikken om er vervolgens heerlijk door meegezogen te worden.