Voor het eerst in zijn carrière, die nu toch al een halve jazzgeschiedenis en meer dan 2500 albums beslaat, staat Ron Carter aan het hoofd van een bigband. Carter is altijd meer de man geweest van de kleine combo’s en de stap naar big band is dan ook niet evident. Met behulp van arrangeur Robert Freedman stelde Carter een professionele bigband samen voor 'Ron Carter's Great Big Band'. Samen kozen ze de sectieleider die op zijn beurt zijn sectie vulde met muzikanten van zijn keuze.

Dertien nummers lang duiken Carter en Freedman de jazzgeschiedenis in. Niet alleen klassiekers als ‘Caravan’ of ‘Footprints’ passeren de revue, ook de eerste pasjes van de jazz (‘St. Louis Blues’ van het begin van de vorige eeuw) en moderner werk komen aan bod. Verder slingert de plaat langs latin-jazz (Gillespie’s ‘Con Alma’), heftige hardbop (‘The Eternal Triangle’) en cool jazz (‘Line for Lyons’ en ‘The Golden Striker’), alsook groovy New Orleans jazz met Nat Adderley’s ‘Sweet Emma’.

Op ‘Ron Carter’s Great Big Band’ zijn geen foutjes te bespeuren. Alles is tot in de details uitgetekend. Carters diepe bas klinkt prominent door in de mix en zijn solide timing, rustieke toon en melodische spel brengen warmte en volheid in de composities. Freedmans klankpalet is breed en hij weet zijn arrangementen vakkundig neer te pennen. De man neemt echter nooit risico’s en volgt haast klinisch de regels van de bigbandkunst. het schoolse vakwerk gaat eerder ten koste van de individuele vrijheid en creativiteit van de muzikanten. Freedman en Carter concentreren zich vooral op de collectieve klank en houden de solo’s binnen de perken. Slechts één nummer overschrijdt de vijf minuten. De blaasarrangementen liggen vaak zwaar op de hand. Zijn conventionele interpretaties staan haaks op Carter’s elegante, gesofisticeerde basspel.

De bands versie van ‘Footprints’ vat de plaat wat samen. Carters typerende melodische spel domineert de track. Hij neemt het op tegen de lompe blaasinterpretaties van Freedman, die zich als een olifant in een porseleinkast gedragen,  en een brave trombonesolo. De conventionele arrangering van de blazers is bombastisch en heeft de essentie van de compositie totaal niet begrepen. Enkel pianist Mulgrew Miller probeert de vernieuwing, waar ‘Footprints’ destijds voor zorgde, in zijn spel probeert te leggen. ‘Footprints’ maakt pijnlijk duidelijk dat Freedman muzikaal meer in de pap te brokken had dan Carter, wiens naam vast beter klonk voor het departement Marketing.

Freedman’s interpretaties zullen niet meteen de geschiedenis ingaan als historische opnames. Daarvoor blijft de band te braaf op de platgelopen paden. Zo geraakt de band in ‘Sweet Emma’ niet verder dan de blazersclichés van New Orleans. De solo’s zijn brave stijloefeninen en zijn zo ver naar achteren gemixt dat ze haast niet opvallen. Het gebrek aan dynamiek (de blazers blijven maar knallen) maakt dat het nummer wat langdradig wordt.

Nochtans ging de plaat goed van start met een verrassende versie van Duke Ellingtons klassieker ‘Caravan’. Korte percussie en hitsige blazers zetten opzwepende bebop neer, vooraleer neer te strijken in het vrolijke thema, dat wel wat blaasgeweld aankan. Pianist Mulgrew Miller, drummer Lewis Nash en Carter klikken in elkaar als een Zwitsers uurwerk en zetten een ijzersterke begeleiding neer.

Ron Carter brengt met ‘Ron Carter’s Great Big Band’ een sonisch bigbandbommetje dat met levendige kleuren vakkundig binnen de lijntjes wordt gekleurd. Wat meer risico en zin voor avontuur had van deze plaat iets moois kunnen maken. En dat mag van iemand als Ron Carter toch verwacht worden.

 

Meer over Ron Carter’s Great Big Band


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.