Philippe Rogier (1561-1596) was een van de laatste vertegenwoordigers van de Frans-Vlaamse compositieschool. Hij kwam uit Atrecht (tegenwoordig Arras in Frankrijk) maar over zijn vroege leven is verder weinig bekend, tot hij in 1572 gerekruteerd werd om deel te gaan uitmaken van de Capilla Flamenca in Madrid, de hofkapel van Philips II. Daar werd hij uiteindelijk kapelmeester, als opvolger van een andere Vlaming, George de La Hèle. Veel van Rogiers muziek ging echter verloren in de aardbeving van Lissabon in 1755, zodat maar een beperkt aantal volledige missen van de componist bewaard zijn gebleven, die samengebundeld zijn in de ‘Missae Sex’ collectie.

De twee missen die het vocaal ensemble Magnificat en haar dirigent Philip Cave op deze plaat uitvoeren, zijn parodiemissen, die als basis, als cantus firmus reeds eerder gecomponeerde muziek gebruiken. Dat was in de renaissance gebruikelijk en zo greep Rogier voor de ‘Missa Inclita Stirps Jesse’ terug naar het gelijknamige motet van Clemens non Papa. De ‘Missa Philippus Secundus Rex Hispaniae’ gebruikt een iets andere techniek. De basismelodie wordt gevormd door het omzetten van de klinkers in de frase ‘Philippus Secundus, Rex Hispaniae’- een referentie naar de Spaanse vorst Philips II – in notennamen. Dat omzetten gebeurt gemakkelijk, door een noot (met Latijnse notennamen) te zoeken die met de lettergrepen uit de bovenliggende frase dezelfde klinker deelt. ‘Phi-li-ppus Se-cun-dus, Rex His-Pa-ni-ae’ levert dus de melodie ‘Mi-Mi-Ut-Re-Ut-Ut-Re-Mi-Fa-Mi-Fa’ op en met die eenvoudige melodie bouwt Rogier een volledige mis op. Het is een intellectuele oefening waarbij een componist zichzelf strenge beperkingen oplegt maar in dit geval prachtige en schrander opgebouwde polyfonie neerschrijft.

Deze polyfone muziek wordt niet meer zo statisch gezongen als men dat van oudere opnames gewend is: de bewegende stemmen in de verschillende delen van beide missen slepen de muziek mee en brengen zo een erg gesmaakte beweging in deze muziek aan. De beperkte bezetting van Magnificat, met slechts twee zangers per stem zorgt voor doorzichtige uitvoeringen, die zo precies gezongen zijn dat het soms zelfs moeilijk is om te uit te maken of stemmen nu wel of niet verdubbeld worden.

Het cdtje vermeld ook de meewerking van ‘His Majesty’s Sagbutts and Cornetts’ maar een zuiver instrumentale bijdrage (door een ensemble van sackbuts en cornetti, uiteraard) beperkt zich tot een zesstemmig ‘Da Pacem’ van Philippe Rogier. Dat ene motet vormt echter een pareltje van een uitvoering, want zelfs binnen de wereld van doorgaans erg capabele renaissance-uitvoeringen, is het uitzonderlijk om (blaas)instrumenten aan het werk te horen die zo getrouw de kleur en inflectie van de menselijke stem kunnen nabootsen. Verder dubbelen cornetti en sackbuts de stemmen van de ‘Missa Philippus Secundus Rex Hispaniae’, en dat doen ze met een zeldzame subtiliteit, zodat het vaak moeilijk wordt om de instrumentale stemmen van de vocale stemmen te onderscheiden.

Twee orgelwerken van Rogiers oudere tijdgenoot Antonio de Cabezon staan mee op de cd, uitgevoerd door organist Alastair Ross, die op een instrument speelt met een lieflijk zoete klank. Het doet Cabezons ‘Cancion Francesca Glosada’ en zijn ‘Ave Maris Stella’ zuiver en verfijnd klinken, meer als een zoet Italiaans orgelwerk dan als een machtige noord-Europese orgelprelude. Bovendien laat Ross’ subtiele manier van spelen heel precies de fijne ritmiek van de middenstemmen horen, onder meer in de ‘Cancion’.

De instrumentale bijdrages op deze cd zijn beperkt maar expressief en onderhoudend, zozeer zelfs dat het jammer is dat er niet meer van te horen is. Gelukkig zijn zowel de ‘Missa Stirps Jesse’ als de ‘Missa Philippus Secundus Rex Hispaniae’ prachtvoorbeelden van Spaanse hoogrenaissance en worden ze met flair en transparantie ingezongen door Magnificat.

Meer over Philippe Rogier


Verder bij Kwadratuur
  • Helaas geen extra info meer.

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.