Het volledige piano- en kamermuziekrepertoire van Robert Schumann op plaat zetten, dat is het doel van deze reeks cd's die de Franse pianist Eric Le Sage uitgaf bij het label Alpha. De reeks volgt Schumanns oeuvre min of meer chronologisch en dit vijfde volume bevat een combinatie van vroeg werk (de Novelletten opus 21, de sonate opus 22 en 'Nachtstücke' opus 23) en latere composities: vier 'Märsche' op.76, de drie 'Phantasiestücke' op.111 en het vijfdelige 'Gesänge der Frühe' op.113.

Le Sages Schumann klinkt droog en accuraat genoeg – geen gezwollen romantiek maar helder uitgelijnde melodieën, prominente bassen en een sterke nadruk op het ritmische in Schumanns muziek geven een beeld van een componist wiens composities dezelfde innerlijke kracht en impulsiviteit als Beethovens muziek bevatten. De interpretatie is er een die de frasering, het gevoel voor retoriek en het gevoel van moderatie van het classicisme leent en toepast op Schumanns vaak turbulente muziek en dat komt beter over dan een meer vrije uitvoering die elk pathos de vrije loop laat en een compositie van Schumann aanpakt alsof het er een van Rachmaninov was. Ten slotte liet Schumann zich inspireren door componisten als Beethoven en Schubert en kan men pas echt het ware karakter van zijn muziek appreciëren als men het met tijdgenoten en voorgangers vergelijkt.

Luister maar naar de manier waarop Eric Le Sage het tempo van het eerste van de vier 'Nachtstücke' opus 23 strak in toom houdt. Of naar de manier waarop hij het ritme van het derde stuk uit de reeks 'Mit grosser Lebhaftigkeit' zo in de verf kan zetten. Men kan het best de vroege piano's voor ogen houden waarop Schumann zelf speelde bij een beluistering van deze opname want Le Sages nochtans moderne Steinway concertvleugel klinkt precies en droog, met een erg spaarzaam pedaalgebruik. Zo gaan middenstemmen veel minder snel verloren in de algemene klank van het instrument en klinkt elke interpretatie erg direct en nabij. Die droge klank heeft dan weer als – klein – nadeel dat het orkestrale dat zeker latent in Schumanns pianomuziek aanwezig is (bijvoorbeeld in enkele delen uit de 'Novelletten') nooit echt kan open bloeien.

Intieme delen worden zo eenvoudig mogelijk gehouden en Le Sage houdt in stukken als het 'Ziemlich langsam' uit de 'Drei Phantasiestücke' opus 111 dan ook het bescheiden karakter van Schuberts kamermuziek voor de geest, met een tempo dat nergens kan verslappen maar een onschuldige en intieme aanslag aanhoudt. Halverwege het 'äusserst rasch und mit Bravour' maakt virtuositeit plaats voor een suikerzoete, fijngevoelige aanslag die haast aan Chopin zou kunnen toebehoren. In de 'Gesänge der frühe' laat het bewogen vierde deel een typisch bruuske Schumann horen maar het eerste deel voert Le Sage erg traag en introvert uit, met het mediterende, in zichzelf gekeerde karakter dat sommige Beethovens laatste composities kenmerkt.

Een ernstige uitvoering – voor speelsheid laat Eric Le Sages strikte uitvoering weinig ruimte – maar wel eentje die door rigoureus Schumanns partituur te volgen heel authentiek aandoet en veel aan diepgang wint.

Meer over Robert Schumann


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.