De in september overleden Robert Palmer staat erom bekend verschillende genres nogal eigenzinnig te combineren. Dat valt dan op deze plaat behoorlijk mee. Vanaf de eerste seconden is de toon gezet met een rauwe versie van 'Mama Talk To Your Daughter'. Van de zestien nummers is er slechts een van de hand van Palmer zelf, de andere zijn Blues- / Rhythm 'n' Blues- / Rock 'n' Roll-covers, veel klassiekers maar ook recentere nummers in het genre. Het hele album heeft dan ook een zeer herkenbaar en klassiek bluesgeluid en slaagt er, ondanks de perfecte afwerking, zeer goed in om het noodzakelijke rauwe kantje te bewaren. Daarvoor heeft de zanger zich weten te omringen met een stel geroutineerde muzikanten (die van zich laten horen op gitaar, mondharmonica en een echt antiek drumstel), maar ook Palmer zelf klinkt alsof hij zich heeft voorbereid met de nodige glazen whisky.
In het boekje beschrijft Palmer hoe deze plaat erg spontaan tot stand kwam en alles vanzelf op zijn plaats leek te vallen. Het eerdergenoemde rauwe bluesgeluid geeft dan ook de indruk dat alles meteen is opgenomen en op plaat gezet. De nummers klinken erg sober en rechttoe rechtaan, maar dat kan enkel schijn zijn: dit is enkel op het eerste zicht een rauwe, kale bluesplaat. De nummers mogen dan erg klassiek en sober gearrangeerd zijn, de kleine details verraden dat ze met een grote zin voor perfectie zijn afgewerkt. Handgeklap, achtergrondkoortjes en samenzang: alles zit perfect op zijn plaats. Enkel in 'Doctor Zhivago's Train' klinkt alles ook echt 'geproduced'. Verschillende laagjes gitaar worden gestapeld, er zit wat echo op de zang, en zelfs het geluid van een trein op de achtergrond. Rest er nog om een aantal hoogtepunten te vernoemen. Naast 'Mama Talk To Your Daughter' is ook 'Am I Wrong?' erg bluesy. Een heel eenvoudig ritme en stevige slide-gitaaractie maken de grote charme van dit nummer uit. De ZZ Top-cover 'TV Dinners' heeft dan weer een heel sterke groove meegekregen. 'Lucky' is het enige eigen nummer op de plaat en klinkt ook zoals de titel doet vermoeden. Op 'Ain't That Just Like a Woman' hebben we een Chuck Berry-moment, met een leuke lopende baslijn en jengelende gitaar. Het meest pure bluesnummer op de plaat is 'I Need Your Love So Bad', met een paar spaarzame noten op de gitaar en erg zachte drums (borstels). Tussen al dat bluesgeweld zit, eerder onverwachts, een Caraïbisch intermezzo. Voor 'Stella' haalt Palmer de steeldrums en zijn beste Harry Belafonte-stem boven. Vermoedelijk was het nummer gewoon te leuk om het te laten liggen.
Door de keuze van zowel oude als nieuwere nummers en de verschillende stijlen waarin alles wordt uitgevoerd is dit album erg afwisselend, hoewel alles (op 'Lucky' na) wel onder de noemer 'blues' valt. De variatie van erg rauwe, nog bijna folky bluesnummers, over klassieke rock 'n' roll tot recentere muziek maakt het tot een soort eerbetoon aan het genre. Een blues-coveralbum kan bezwaarlijk vernieuwend genoemd worden, maar als alles zo mooi is afgewerkt als hier, geven we graag vier punten in de naam van ouderwetse degelijkheid.
Meer over Robert Palmer
Verder bij Kwadratuur
Interessante links