Na de millimeter-experimenten van Isotope 217, de freejazz-samba van Sao Paulo Underground en de opmerkelijke elektro-improv-bigband Exploding Star Orchestra, komt Rob Mazurek op de proppen met een nieuw jazzproject. Het was al lang geleden dat de in Brazilië residerende cornettist nog eens resoluut koos voor een jazzgevoel op één van zijn albums, hoewel ook vrije improvisatie en elektronisch experiment weer van de partij zijn. Uit de vruchtbare muziekscene van Chicago distilleerde hij hiervoor een fris kwintet, met een niet alledaagse bezetting van cornet, vibrafoon, basgitaar, contrabas en drums. Met deze opmerkelijke combinatie weet Mazurek op 'Sound Is' een immense geluidswereld te genereren vol bezwerende, interactieve jazz en improvisatie.
Zoals de albumtitel al laat vermoeden draait het hier vooral om geluid. Deze als vormeloze bouwstenen gebruikte eenheden zorgen voor instant-sfeerschepping op elke track. Zo is de talrijk aanwezige percussie op 'Dragon Kites' verantwoordelijk voor een zeven minuten durende, broeierige improvisatietrip waarin melodie nooit een rol speelt. Het samenvallen van de rinkelende en rammelende percussie van John Herndon (ook wel gekend als de vleesgeworden metronoom van Tortoise) met het tremolo-spel van Mazurek, de hypnotiserende boventonen van Josh Abrams en de vibrafoon-accenten van Jason Adasiewicz zorgt voor een onweerstaanbaar, onderhuids ritme dat uitmondt in het prachtige 'The Star Splitter'. Dit hypnotische meesterwerkje lijkt wel de geluidsrepresentatie van volmaakte vrede en geluk. Met een simpele begeleiding van ijle, maar klare pianoakkoorden en een diepe, weerkerende baspartij blaast Mazurek de ene doorleefde partij na de andere. Door het overheersende geluid van rammelende bellen als muzikale mantra's, komt het kwintet hier dicht in de buurt van de spirituele wereldjazz van Don Cherry uit de jaren zeventig.
Dat Mazurek een zwak heeft voor het gebruik van elektronica is al langer geweten. De kronkelende blieps en donkere drones in 'Beauty Wolf' vormen een kleurige glazuurlaag over het fundament van de twee bassen. De keuze voor zowel contrabas als basgitaar is apart maar zeker niet nieuw. Vooral in het donkere 'Le Baiser (The Kiss)' is de wisselwerking tussen beide instrumenten erg vruchtbaar. De contrabas van Josh Abrams zorgt er voor de puls terwijl Matthew Lux enkele diffuse akkoorden uit de basgitaar tovert. Hierop blaast Mazurek een korte frase die wel eens naar het deprimerende 'Feelings' van Albert Morris neigt. Met het vrolijke 'Cinnamon Tree' weet de cornettist opnieuw te verrassen door een erg simpele, folky melodie en iets dat lijkt op een calypso-ritme, waarmee de groep zich goed weet te amuseren.
De productie van 'Sound Is' speelt een bepalende rol in de receptie van het album. De opmerkelijke (soms zelf radicale) balans tussen de verschillende instrumenten is weldoordacht zodat er nooit sprake is van een rommelboel tijdens vrije improvisatiemomenten. In 'Aphrodite Rising' wordt vooral het samenspel van vibrafoon en cornet geaccentueerd terwijl de twee bassen en het drumwerk van Herndon een dichte geluidsbrij vormen die in vele andere situaties alles zouden verstikken. Het bewust naar de achtergrond mixen van deze instrumenten leidt in dit geval tot een subliem resultaat. Meer algemeen kan gesteld worden dat 'Sound Is' een bizarre maar fantastische plaat is geworden die enkele verslavende stukken muziek herbergt.
Meer over Rob Mazurek Quintet
Verder bij Kwadratuur
Interessante links