In 1988 legde de Finse klarinettist en saxofonist Tapani Rinne met onder andere de bekende drummer Edward Vesala de basis voor zijn RinneRadio. Nu, 23 jaar later, houdt hij het project nog steeds draaiende en is de enige constante in de geschiedenis van de “band”.
Op het recentste album ‘Pole Stars’ is RinneRadio een trio met naast Rinne zelf elektronicamuzikant Verneri Lumi en percussionist Juuso Hannukainen die de hulp krijgen van een kleine stoet gasten. Die zorgen voor het geluid van de kantele (Finse siter), diverse vormen van traditionele (keel)zang, udu (een waterkruikvormig slaginstrument uit Afrika), domra (Russische luit), duimpiano en accordeon waardoor RinneRadio op ‘Pole Stars’ wordt ondergedompeld in de wereld van de volksmuziek.
Dat de bijdrages van de gasten verknipt worden tot samples of basisriffs doet niets af aan de invloed die ze uitoefenen op het totaalgeluid. Bovendien is het muzikale basismateriaal ook vaak traditioneel gekleurd: een duidelijke folkmelodie in ‘Magnetar’ of één met een inslag uit het Midden-Oosten in ‘Green Lite’. De muziek wordt in eenvoudige vormen gegoten waarbij echte uitgebouwde improvisaties zo goed als afwezig zijn.
Met gekraak, zachte beats en andere elektronica komt de muziek evenzeer terecht in een ambient-sfeertje, maar het mag gezegd dat het geheel daarbij wel smaakvol blijft en dat Rinne en zijn collega’s niet voor de gemakkelijkste oplossingen kiezen. Echte grote ontwikkelingen of gebeurtenissen zijn er niet te bespeuren, maar de heren hebben wel oor voor veranderingen. Terugkerende passages krijgen verschillende arrangementen aangemeten, wat vooral opvalt in meer uitgewerkte tracks als ‘From Siida to the South’ en ‘Ages’.
Door de inzet van verschillende typerende instrumenten en melodievormen laat ‘Pole Stars’ een aardig pallet aan invloeden horen. Waar in het eerder genoemde ‘Ages’ de duimpiano en de licht dravende ritmiek een duidelijke, Afrikaanse invloed laten horen lijkt ‘Ratamato’ gezegend met een Indische aandoende psychedelische sfeer. De sax van Rinne wordt hier van echo voorzien en in verschillende lagen gestapeld, waarbij de muzikanten bovendien net iets meer vrijheid nemen.
Met ‘ps. Val the Troubadour’ krijgt ‘Pole Stars’ een mooie, dromerige afsluiter, zweverig opgebouwd vanuit een eenvoudige, maar catchy melodie. Onvergetelijk is het allemaal niet te noemen, maar wie in dit gevaarlijke etno-ambient vaarwater toch integer blijft klinken, weet op z’n minst waar hij mee bezig is. En vooral waar de grenzen liggen.