Graag de handen op elkaar voor Henk de Vlieger, de Nederlandse percussionist-componist-arrangeur die Wagners enige komische opera ‘Die Meistersinger von Nürnberg’ reeds eerder bewerkte voor louter symfonisch orkest. Een dergelijk karwei komt er op neer dat de meest fascinerende thema’s uit de opera worden gehaald en in één lang werk worden ondergebracht, zoals er ook gewoon een afzonderlijke (concertante) ring-symfonie bestaat van Wagners gelijknamige serie opera's. Dat is vooral interessant voor mensen die het niet hebben op diepe basstemmen op hoge sopranen, alsook voor muziekliefhebbers die niet ruim de tijd willen nemen om de opera in zijn totaliteit te ontdekken. “Zijn dat dan nog wel liefhebbers?”, zo ontstaat dan de gebruikelijke polemiek. Denk maar aan de literaire meesterwerken zoals Tolstojs ‘Oorlog en Vrede’, in de handel te verkrijgen als “verkorte editie”. Uit noodzaak ontstaan dergelijke werken niet, wel uit commercieel oogpunt. Voor Henk de Vlieger zal echter veeleer een soort oefening hebben meegespeeld, want meer dan knippen en plakken komt er uiteraard ook herorkestratie bij kijken, plus moeten de stukken van een nieuwe spanningsboog worden voorzien die het oorspronkelijke verhaal overstijgt. Eerder verschenen van Henk de Vlieger reeds Brahms-arrangementen, telkens met groot succes.
Henk de Vlieger is ook deze keer weer heel goed geslaagd in zijn opzet. De muziek van deze komische Wagner-opera (in zijn tijd overigens bijzonder goed ontvangen) komt naar het voorplan en de inhoudelijke aspecten verdwijnen volledig naar de achtergrond. Wie had het ooit gedacht, dat Wagner gewoon vanuit de zetel te genieten en te volgen zou zijn, zonder tekstboekje of wat dan ook bij de hand? Hetzelfde plezier beleeft de luisteraar met de korte ‘Deux entreactes tragiques’, die Wagner in zijn jonge jaren schreef, maar nooit volledig zou afwerken. Van één van die “tussenakte”-composities vervolledigde hij wel de eerste 52 maten, en het is van daaruit dat Henk de Vlieger twee van Wagners uitgangspunten verder heeft uitgebouwd. De typische dramatische kracht en de zwier van de hoog romantische Wagner zijn duidelijk aanwezig. Het pompeuze is de Vlieger eerlijkheidshalve niet uit de weg gegaan, waardoor de componist nog steeds “herkenbaar” klinkt.
Hoewel de harmonisatie van deze werken niet bijzonder tot de verbeelding spreekt, heeft één van Nederlands meest beroemde dirigenten, Edo de Waart, toch een boeiende partituur onder handen genomen. ‘Die Meistersinger von Nürnberg’ is een conventionele Wagner, en de jeugdige componist stond ten tijde van zijn “entreactes” nog niet zo ver wat akkoordenleer betreft. Op die manier blijft deze ‘orchestral tribute’ steken in een soort filmische allure, met luid aanzwellende strijkers en Beethoveniaanse thema’s die met overdreven veel bravoure worden uitgewerkt. Blasfemisch of niet, beide dirigenten (Otto Tausk dirigeert de “entreactes”, niet Edo de Waart) leveren heel goed werk en het Netherlands Radio Philharmonic Orchestra voert mooi uit. In combinatie met de lichte opnamebalans van Challenge Classics dus een heel genietbare cd, ondanks het feit dat dit schijfje geen levens zal veranderen.
Meer over Richard Wagner
Verder bij Kwadratuur
Interessante links