Dit cd'tje presenteert een live uitvoering van twee van de bekendste pianoconcerti van de negentiende eeuw: Tchaikovskis eerste concerto en Chopins tweede, twee erg van elkaar verschillende concerti, van elkaar gescheiden door bijna vijftig jaar. Chopin schreef zijn eerste concerto (uitgegeven na het tweede, vandaar dat de officiële nummering het huidige concerto als nummer twee omschrijft) in 1830, kort na zijn aankomst als pianovirtuoos in Parijs. Hij schreef het werk dus voor zichzelf en het is dan ook geen verrassing dat het de piano werkelijk centraal stelt en het orkest weinig meer dan een begeleidende functie vervult. Ook Tchaikovskis eerste concert is een werk dat vroeg in het leven van de componist past. Het werd naar het eind van 1874 toe gecomponeerd en werd, ondanks een eerste negatieve reactie van de Russische pianovirtuoos Anton Rubenstein, die het 'onspeelbaar' verklaarde, al snel een van de favoriete werken van de componist.
De geest van Chopin vind men in haast elke maat van Tchaikovskis concerto, zowel bij het orkest als bij de solist. Let op de manier waarop de forse openingakkoorden in de piano toch verzacht worden en zelfs een zekere elegantie meekrijgen. Of de manier waarop het vlugge tweede thema in de houtblazers vorm gegeven wordt. Laure Fauve-Kahn is op haar best als ze zich met het orkest verstrengelt en een klank uit haar instrument tovert die heerlijk mengt met de violen of houtblazers. Die dromerige sfeer zet zich echter niet door in haar cadens, die over het algemeen wat hard en rigide overkomt, al kan niemand de virtuositeit ontkennen die ze daar tentoon spreidt. Het trage deel van het concerto houden solist en orkestmuzikanten heel ontspannen en zorgeloos, een divertimento voor piano en orkest haast, met een snel tempo en een lichtheid en transparantie die bij de Franse impressionisten niet zouden misstaan. De nog snellere middensectie bezit zo een onregelmatig karakter dat het haast op een improvisatie lijkt maar dat neemt niet weg dat de muziek hier en daar wat slordig gaat overkomen. De finale klinkt niet als een gevecht met de piano maar behoudt toch een harde, strakke ritmiek. De coda bezit een tempo dat net vlug genoeg is om Favre-Kahns virtuositeit net genoeg in de verf te zetten en het applaus van het publiek na de laatste akkoorden (dit is een live opname) liegt er ook niet om: indruk maken de snelle figuraties in Tchaikovksis concerto zeker.
Chopin wordt vlot en zonder veel drama uitgevoerd, met een tempo dat rechtuit klinkt en niet erg veel ruimte voor rubato overlaat. Laure Favre-Kahn voert Chopins loopjes en versieringen schijnbaar zonder veel moeite uit maar die typisch kwetsbare, lichtvoetige aanslag ontbreekt wat in de hoekdelen. Het trage deel is dan weer wel erg poëtisch. Het orkest blijft nagenoeg het hele concerto lang bescheiden onder de solist en komt enkel in de introductie van elk deel wat meer naar voren.
Dit blijft een erg knappe prestatie voor een live-opname maar Laure Favre-Kahn mist een beetje die voeling met zowel Chopins elegantie als met Tchaikovski's monumentaliteit. Een mooie interpretatie dus maar zeker geen absolute topper.
Meer over Piotr Ilyich Tchaikovski, Frédéric Chopin
Verder bij Kwadratuur
Interessante links