De eerste cd die het Engelse Royal Philharmonic Orchestra opneemt bij Harmonia Mundi is meteen een plaat voor breed publiek: twee van de bekendste werken van een componist die sowieso al gemakkelijk in het gehoor ligt bij veel mensen.
Dirigent Daniele Gatti, zo vertelt het begeleidende boekje, heeft zich tijdens de opnames veel trouwer aan Tchaikovski's oorspronkelijke tempoaanwijzingen gehouden dan anderen en zo komt het bijvoorbeeld dat hij het levendige eerste deel wat sneller neemt dan de luisteraar gewoon is. Ook het stormachtige laatste deel wordt wat sneller genomen waardoor het een stuk frisser en nieuwer in de oren klinkt. Het is daarom alleen wat vreemd om, halverwege dit deel, een plotselinge vertraging te horen die normaal gesproken minder opvallend is en de spanning wat abrupt afbreekt. Maar verder houdt de muziek de luisteraar voortdurend op het puntje van zijn stoel. Alles past perfect in elkaar en het spreekt voor het orkest dat ondanks het snelle tempo in eerste en laatste deel de symfonie niets aan helderheid verliest. Integendeel: de muziek van Tchaikovski, die al gauw bombastisch gaat klinken, komt tijdens de snelle delen licht over en erg vanzelfsprekend. Alleen aan het grootste slot van de finale verbreedt de muziek en brengt het orkest het werk tot een majestueus einde. Het zwaar koper, trombones en trompetten, zijn bijzonder overtuigend, scheurend als het moet maar altijd erg transparant.. Dit contrasteert met de lyrische hoorn die het hoofdthema van het trage tweede deel inzet. Hoornist Martin Owen speelt de bekende solo kwetsbaar en gevoelig in plaats van vol en (over)romantisch zoals die maar al te vaak geïnterpreteerd wordt. De wals, die het derde deel vormt, is daarentegen erg delicaat en stijlvol gebracht, al steekt ook hier weer het Leitmotiv, het thema dat de vier delen aan elkaar bindt, de kop op. Het tweede werk op de cd, de fantasieouverture 'Romeo en Julietta' wordt op een frisse en onderhoudende manier gebracht. Meteen valt de helderheid op waarmee het RPO de zachte inleiding van de ouverture speelt, de stille melodie in de strijkers die omhoog kruipt uit de onheilspellende inleiding van fagotten en klarinetten. In een 19de-eeuws allegorische manier contrasteert Tchaikovski vervolgens de twee hoofdthema's van het werk: een heftig, ritmisch thema dat de rivaliteit tussen de twee families uitbeeldt en een zangerig, breed 'liefdesthema' dat iedereen al wel eens gehoord heeft. Toch brengen dirigent en orkest deze muziek op een originele manier, rustig en innig in de lyrische passages, rusteloos en strak in de contrasterende delen.
Met deze cd worden twee bekende werken op erg degelijke manier gespeeld en meer is niet nodig om een mooie cd te maken.
Meer over Piotr Ilyich Tchaikovski
Verder bij Kwadratuur
Interessante links