Mauro Pawlowski, Rudy Trouvé en Craig Ward behoeven al lang geen introductie meer: de betrokkenheid van deze heren bij de nationale instituten dEUS en Evil Superstars is alom bekend. Elk van hen is momenteel actief in soloprojecten of kleinschalige "supergroepen" als The Love Substitutes. Dit titelloze split album bevat in totaal eenentwintig tracks die de artiesten afzonderlijk van elkaar opnamen, van echte samenwerkingen is dus geen sprake.
De lijvige eerste en laatste tracks op dit schijfje zijn van de hand van Ward, die meteen duidelijk maakt dat dit geen popalbum wordt. Opener 'All Is Mask' is een kleine tien minuten abstract geluid waar de ingeweken Schot af en toe iets over neuzelt. Afsluiter 'Attus Ksam Si Lla' is interessanter en vooral sfeervoller en doet denken aan de experimentele SYR-ep's van Sonic Youth of het minder melodische werk van Jim O'Rourke. Trouvé biedt meer songgerichte opnames, waarmee hij bewijst nog steeds de "ongekroonde koning van de fragiele pareltjes" te zijn. Songs als 'Sometimes I Hear Voices', 'Dreams' en 'Logical Order' zijn even mooi zijn als zijn allerbeste nummers, zoals bijvoorbeeld 'Lovers and Place' (uit 'Doc's Place Friday Evening', het Kiss My Jazz-meesterwerk uit 1996). Trouvé's invloeden zijn hier vrij duidelijk: het ultrakorte 'Hey, Are You Looking for Something' is Guided by Voices by numbers, terwijl het trieste 'Postcards' herinnert aan de vroege Palace Music. Verder laat 'Logical Order' horen waarom Dead Man Ray beter was dan Daan Stuyven solo ooit zal worden. Trouvé besluit zijn deel met het prachtige 'Seashore', waarin een eenvoudige, korrelige pianomelodie alle twijfel wegneemt: deze man verdient een tribute album of op zijn minst een standbeeld op het Wapperplein in Antwerpen. Pawloski's sectie bestaat uit relatief korte tracks (songs zijn er niet echt in te horen), die het vooral moeten hebben van een donkere, minimale sfeer. De nummers zijn veelal opgebouwd rond een sample of een herhaalde groove waarover de man dan iets extra doet met gitaar en stem. 'Nudity' doet wat denken aan de voodooblues van Dr. John, terwijl 'Inside a Diamond' iets weg heeft van The Stooges in een heroïneroes. Titels als 'Death Is a Physical Disaster' en 'For Those About to Wait' getuigen van een artiest die zichzelf beschouwt als clown, of misschien omgekeerd – de geest van Frank Zappa is alleszins nooit veraf. 'Beautiful/Disfunctional' kan nog enigszins bekoren dankzij een zowaar melodische zanglijn, maar in de context van 's mans buitengewone oeuvre is dit ook niet meer dan een b-kantje te noemen.
De sectie van Rudy Trouvé is – naar goede gewoonte – beresterk en indien de lezer 's mans eerdere platen wist te smaken (uitgebracht onder talloze namen), zal dit al voldoende motivatie zijn om dit album in huis te halen. De twee Craig Ward-tracks zijn op zijn best interessant te noemen, maar bieden uiteindelijk een weinig essentiële luisterervaring. Tenslotte wil Mauro Pawlowski zich hier misschien al te zeer als geluidskunstenaar profileren maar dat levert niet meteen de meest boeiende muziek op – hoewel zijn grootste fans mogelijk een andere mening zullen hebben. Al bij al is dit geen uitzonderlijk album, eerder een tussendoortje waar de drie heren hun thuisopnames op kwijt konden. Een plaat vol samenwerkingen (onder welke groepsnaam dan ook) had wellicht tot leukere resultaten geleid.
Meer over Pawlowski/Trouvé/Ward
Verder bij Kwadratuur
Interessante links