'The Bachelor' is het vierde album van de Britse songschrijver, violist, pianist en ukelelespeler Patrick Wolf. Op deze plaat – waarvoor hij de hulp kreeg van Matthew Herbert en Alec Empire – blijven het gothicelement en het gevoel voor soms wat naïeve pathos en dramatiek bewaard. De teksten zijn vaak erg persoonlijk en ook nu weer legt hij graag verbanden met mythologische of historische figuren als Damaris en Theseus.
In tegenstelling tot bijvoorbeeld zijn tweede plaat 'Wind in the Wires' worden de songs hier niet alleen aangekleed met folkinstrumenten en home made elektronica, maar kwakt Wolf er ook strijkers en hardere technologie tegenaan. Het gevolg is dat de akoestische klanken die hij zo zorgvuldig selecteert (balalaika, dulcimer, zijn geliefde ukelele en specifieke drums – die zorgen voor een rituele inslag) hier en daar niet ten volle uitkomen.
Met de combinatie van akoestische instrumenten, elektronische klanken en bosjes strijkers maakt Wolf van 'The Bachelor' heel gevarieerde plaat, helaas ook zo dat het geheel onsamenhangend wordt. Bovendien is er een groot verschil tussen de intrinsieke muzikale kwaliteiten van de verschillende songs.
In het begin werkt het allemaal nog best met de poppy gothic van het goed gearrangeerde 'Hard Times', inclusief ook gospelkoor. De meer akoestisch gerichte nummers als de titeltrack en 'Blackdown' – voornamelijk gebouwd rond een akoestische piano die op het einde plaats ruimt voor een volksdansende viool en fluit – liggen in de lijn van het album 'Wind in the Wires' en laten de folky kant van Wolf horen.
Wanneer verschillende uitersten gecombineerd worden, gaat het echter al eens mis. In 'Theseus' valt de schade nog erg mee: de duidelijk hoorbare sitar en dulcimer passen mooi bij de elektronica, maar de strijkers verknoeien uiteindelijk het rituele prentje. Bij 'Count of Casualty' en 'Who Will?' (met Matthew Herbert) werkt de combinatie van akoestische grootsheid (koor, strijkers of kerkorgel) en elektronica van beats en verstoorde geluiden echter veel minder.
Soms gaat 'The Bachelor' ook heel vreemde richtingen uit die niet altijd een even indrukwekkend artistiek resultaat opleveren. 'Damaris' kreunt onder de strijkers die het nummer inpakken met fantasy filmmuziek à la Howard Shore en de nummers met Alec Empire (Atari Teenage Riot, zaliger) klinken helemaal als een tang op een varken. De '80s electro van 'Vultures' loopt totaal verloren op de plaat, net als de punky puberale protestpathetiek van 'Battle'. Dan is een eenvoudige, menselijke en herkenbare getuigenis van een rusteloze ziel in het afsluitende 'The Messenger' veel sterker en overtuigender: tekstueel en muzikaal.
'The Bachelor' is een plaat van extremen en die durven al eens slecht uitpakken: meer mogelijkheden betekent niet zomaar betere muziek. Dat Patrick Wolf tot muzikaal sterkere dingen in staat is (als songschrijver en als arrangeur) heeft hij in het verleden al laten horen en net daarom is deze plaat zo'n tegenvaller.
Meer over Patrick Wolf
Verder bij Kwadratuur
Interessante links