Na 'P.A.R.T.E.' uit 2005 is 'Incantamento' de tweede cd van het kwintet van Paolo Fresu waarop het repertoire van één muzikant van het vijftal centraal staat. Deze keer gaat het om de composities van saxofonist Tino Tracanna. Bedachtzaam en gestileerd vindt zijn muziek een subtiel evenwicht tussen enerzijds het toegankelijke, herkenbare en anderzijds het zoekende. Zowel in de composities als in de uitvoering ervan en de geïmproviseerde solo's ligt de nadruk hier op het melodische, gedragen door een rijke harmonie.
Met een voorkeur voor rustige tempi situeren Tracanna's composities zich vaak in de hoeken van de ballads, romantische composities of midtempo stukken die de sfeer van Franse jazzfilms uitademen. Wanneer hij echt op de rem gaat staan, lijkt zijn muziek wel bevroren geluid. In 'Imaharat' is het de koele Rhodes die de temperatuur aangenaam tot onder het vriespunt laat zakken, terwijl in 'Mind Time' de gelijkmatige, bijna wiskundig doortikkende melodie de tijd stilzet. De polyfonie die zich in dit nummer ontwikkelt (onderlinge gelijkwaardigheid, maar geen collectief kluwen) lijkt zich wel af te spelen in een dikke klomp ijs: even doorzichtig als ondoordringbaar. Hoewel Tracanna meestal kiest voor klare melodielijnen op afgebakende akkoorden, laat hij hier en daar ook een andere kant horen. Zo klinkt het thema van 'Default' als een reeks melodische krulletjes, waarbij zachte dissonanten voor een claxonachtig effect zorgen. Ook de klassieke songstructuur moet er nu en dan aan geloven, zoals in 'Like Cab', waar trompet en sax aanvankelijk samen gemoedelijk op stap zijn, maar middenin moeten overschakelen naar nerveuze, unisono passages. De meest nauwkeurige uitwerking wordt voorzien voor 'Jago's Whisper', waar de basisriff in canonstructuur wordt doorgegeven van de ene muzikant naar de andere.
De balans die in de stukken bereikt wordt, vindt in dit kwintet de ideale uitvoerders. Absolute beheersing, tot op het onderkoelde af, zet hier de toon, zeker bij trompettist Fresu. Met zijn fluwelen aanzet en vaak gebruik makend van een demper komt hij soms minimalistisch uit de hoek. Als hij dan toch even opbouwt, gaat hij nooit tot het kookpunt en de drukke frases in "Riemann's Maid' – souljazz op een riffachtig thema – voert hij zijdezacht uit. Zijn precisie (hij mist haast nooit een noot) maakt daarbij duidelijk dat deze 'bescheidenheid' geen zwaktebod is, maar een artistieke keuze. Tracanna wordt als saxofonist iets sneller beweeglijk, maar in navolging van zijn eigen stukken speelt ook hij uiterst melodisch: geen obsederende herhaalde ritmes of zware uithalen. Als hij de hoogte opzoekt doet hij dit met het grootste gemak en fijngevoeligheid. De ritmesectie speelt daarbij al even sober als strak afgelijnd. Pianist Roberto Cipelli laat de melodie in zijn rechterhand nooit beïnvloeden door impulsen van de andere hand. Drummer Ettore Fioravanti kiest opvallend vaak voor brushes en met sticks legt hij een ultragevoelige swing neer: zacht en gemillimeterd.
Met deze hypergevoelige speelstijl en het evenwicht tussen traditie en een heel eigen weg (het vermijden van clichés) toont 'Incantamento' aan dat 'klassieke' en akoestische jazz in standaardbezetting nog steeds levende kunst kan opleveren. Kunst die even bescheiden gebracht wordt als ze inventief is.
Meer over Paolo Fresu 5ET
Verder bij Kwadratuur
Interessante links