Wat is het resultaat als het jazz-en-omstreken ensemble Octurn compositorisch overgeleverd wordt aan Magic Malik (die ook als fluitist te horen is) en versterking krijgt van Jozef Dumoulin (Fender Rhodes) en Gilbert Nouno (elektronica)? Een kruising tussen de artistieke funk van Steve Coleman, de wiskundige abstractie van Anthony Braxton en het intergalactische van Sun Ra komt aardig in de buurt. Als deze muziek door een gereputeerde Amerikaan gemaakt was, had er al lang een nieuwe genrenaam op gekleefd.
Nu is het gewoon een nieuwe stap in het uitdagende muzikale verhaal van saxofonist Bo Van der Werfs ensemble. Het strikt afgelijnde van vroeger en het meer melodische van de laatste releases vinden elkaar hier in muziek die de grilligheid van het ensemble respecteert en in een nieuw kader plaatst. Er is solistische ruimte, maar het groepsgeluid blijft dominant. Dat de drones, clicks en echo's van Nouno zich goed mengen met de Fender van Dumoulin, was te verwachten. De perfecte integratie van de akoestische instrumenten (inclusief de gitaar van Nelson Veras) is minder evident, maar wordt wel gerealiseerd.
De muziek op XPs is heel organisch en wordt telkens vanuit het niets opgebouwd, waardoor de luisteraar getuige mag zijn van het muzikale proces. Toch is het moeilijk voet aan de grond te krijgen. De muziek wemelt weer van de vreemde melodische, harmonische en ritmische wendingen, waarbij de atonaliteit en metrische vrijheid vaak in zicht komen. Wanneer er dan toch duidelijk tempo's te horen zijn, worden die vaak gecombineerd: drum en bas volgen vaak een eigen patroon, waarmee de stabiliteit onder de muziek uitgeslagen wordt. Wanneer daarboven de blazers zich ook niet laten binden, ontstaat een kluwen van maatsoorten dat doet duizelen.
Als kennismaking met de sound van Octurn of de muziek van Magic Malik zal dit dubbelalbum redelijk zwaar vallen. Meer dan twee uur lang wisselen duidelijke stukken af met soundscapes waarbij een aards geluid verlaten wordt voor een buitenaardse sound. Vooral in de brede, meditatieve en soms duistere tracks is space the place. Wie het graag wat compacter heeft kan terecht bij de langere tracks die architecturaal uitgewerkt zijn en bij momenten indrukwekkend opbouwen zonder te exploderen. Bijzonder effectief is het gebruik van de blazers als polyfoon blok: statig als geheel, maar met veel interne beweging tussen de instrumenten onderling. Met daaronder een dwarse ritmesectie en erboven een freewheelende solist ontstaat een geluid dat kolkt van de complexiteit en de energie, zoals in 'xp23'. In 'xp28 [#1]' zorgt de noise voor een Jimi Hendrix-randje en 'xp24' klinkt als een funkmars, maar dan wel in de weinig aaibare traditie van Octurn. Hier en daar is er vage referentie aan de balladsfeer en in 'xp25' gaat de herkenning nog een stapje verder: door de abstractie schemert de jazzstandard 'All the Things You Are' door.
'XPs' zal voor sommige jazzliefhebbers een brug te ver zijn, zoals Miles Davis' 'Bitches Brew' dat decennia geleden ook al was. Aan de andere kant weten fans van Octurn ondertussen dat ze nooit vanzelfsprekend materiaal krijgen. En dat is met deze twee uur durende intergalactische trip niet anders.
Meer over Octurn & Magic Malik
Verder bij Kwadratuur
Interessante links