Jace Clayton aka DJ/rupture mixt met een wijd open geest elektronische beats en digitale geluidseffecten met zowat alle mogelijke muziekstijlen zoals volksmuziek afkomstig uit alle werelddelen, pop, klassieke muziek en zelfs avant-garde en improv. 'Alles moet kunnen' lijkt zijn devies, getuige zijn uitstekend eclectisch klinkende solowerk en de geslaagde samenwerking met gitarist Andy Moor (The Ex). Het Nettle-project was in origine een project van Clayton met de Marokkaanse violist Abdelhak Rahal maar voor dit album groeide de line-up aan tot vijf muzikanten.
Zoals de titel doet vermoeden is dit album een eigenzinnige interpretatie van 'The Shining', een van de meesterwerken van regisseur Stanley Kubrick. De setting van het ondergesneeuwde, afgelegen hotel in Colorado is wel verhuisd naar het zonovergoten Dubai. Misschien verklaart dat het feit dat van de kille, beklemmende sfeer van de oorspronkelijke soundtrack (van de hand van Wendy Carlos, aangevuld met stukken van Penderecki en Bartok) weinig is terug te vinden en dat dit album een vrij ontspannen indruk nalaat.
Het album is gevuld met vrij korte, filmische stukken die heldere, uitgesproken melodieën bevatten. Deze sfeervolle composities worden geconstrueerd met viool, cello, stem, guembri (een Noord-Afrikaanse luit) en elektronica. Het album is een interessant voorbeeld van een ontmoeting van verschillende muziekgenres: elektronica, oosterse en Noord-Afrikaanse muziekelementen en modern klassieke strijkersarrangementen houden elkaar mooi in balans. Het album opent zwoel met mooie vrouwenstemmen en daarna zorgen voornamelijk gloedvolle cello- en vioolpartijen voor het hoofdthema. Jace Clayton blinkt uit door zijn gedoseerdheid. Hij laat stereotiepe beats achterwege en goochelt voornamelijk met sfeerscheppende geluidssamples die zelden de overhand nemen. Zijn bijdrages zijn voornamelijk functioneel en vooral complementair met de andere muzikale input. Zo voorziet hij het elegante ritme in 'Espina' van zoemende basgeluiden en subtiel ploffende percussieve klanken en in 'Empty Quarters' laat hij friemelende en klaterende samples botsen met mijmerende strijkerbijdrages. De sfeer schippert mooi van het grootstedelijke naar het ontspannen Afrikaanse en het mysterieuze oosterse. Omwille van die variatie in klankkleuren en de duidelijke melodische ideeën is dit een album dat een breed publiek kan aanspreken. Toch is het nu ook weer niet zo dat dit werk probleemloos op een opendeurdag van de lokale wereldwinkel kan worden gedraaid. Zeker 'Simoom (Wasp Wind)' zal in dat geval de wenkbrauwen van minder geoefende luisteraars doen fronsen. Suizende elektronische klanken komen zwaar in aanvaring met de radicaal weerbarstig freakende gitaar van Andy Moor. Maar ook in deze taaiere brok, die zelfs ingetogen eindigt, is sprake van een goede verstandhouding tussen de spelers en is het resultaat meer dan louter de individuele bijdrages. Alleen vergt dat wat meer moeite om te beseffen.
De spirituele globetrotter heeft geen behoefte aan verre, dure vliegreizen om te ontsnappen uit de dagelijkse realiteit en heeft genoeg aan zijn zetel en albums zoals ': El Resplandor: The Shining in Dubai'. Enjoy your flight!