"I have no influences - I existed together with god and the piano before time began - and my piano playing is the direct result of the fact that my mind and the cosmic mind that sustains the universe are in harmony - so when I play I intercept electro magnetic frequencies directly from the mind of god and can convert them into lyrical phrases on the piano." Dat staat te lezen op de website van pianist Matthew Shipp. Een bewijs dat deze eigenzinnige muzikant zich verbonden voelt met een hogere macht. Sterker nog, hij is er van overtuigd dat zijn pianospel er op een of andere manier door gedicteerd wordt. Wat er ook van moge zijn, doorheen de geschiedenis is gebleken dat invloeden van bovenaf tot fenomenale muzikale verwezenlijkingen kunnen leiden. Denk maar aan de 'Mattheuspassie' van J. S. Bach of 'A Love Supreme' van John Coltrane.
Matthew Shipp houdt het met 'Piano Vortex' iets bescheidener. Op deze opname voor het Thirsty Ear label kiest hij voor een klassiek pianotrio met contrabassist Joe Morris (van oorsprong een meesterlijk gitarist die zich sinds enkele jaren op de contrabas heeft gestort) en drummer Whit Dickey. Samen wroeten ze zich een weg door enkele onuitgegeven composities van Shipp. Het resultaat is geen hapklare brok jazzmuziek, maar een beheerste geluidsmassa, die zowel lichtvoetig als ondoordringbaar kan klinken. Van de herkenbare pianostijl van Shipp vol scherpe randen en onverwachte uithalen is hier zelden sprake. Hij beperkt zich vooral tot donkere, diffuse akkoorden die regelmatig in debat treden met het diepe spel van Joe Morris, zoals in de titeltrack 'Piano Vortex'. Drummer Whit Dickey houdt zich op deze plaat opvallend op de achtergrond. Bekend voor het gooien van menige splinterbom bij het David S. Ware Quartet, beperkt hij zich hier vooral tot het subtiel beroeren van de vellen. Zelfs wanneer Shipp en Morris in het als een storm overvallende 'Sliding through Space' de volumeknop opendraaien, houdt Dickey het bij wat ingehouden roffelwerk.
Het trio is dankzij een uitgebreid aantal studio- en podiumconfrontaties erg vertrouwd met elkaars muzikale taal, die als freejazz kan bestempeld worden. Matthew Shipp geeft zijn compagnons dan ook voldoende ruimte om zelf hun deel van het verhaal te vertellen. Toch is het vooral Shipp die het voortouw neemt op dit album. De spontane thema's die hij uit zijn piano tovert, worden voortdurend hernomen, uitgespit en binnenstebuiten getrokken, zoals in 'Nooks and Corners'. Herhaling is dan ook het sleutelwoord dat het merendeel van de gespeelde stukken typeert. Het lijkt wel alsof Shipp de verhouding tussen een opeenvolgende notenreeks koste wat kost wil blootleggen. Zo zoekt hij in 'Key Swing' zijn weg met een simpel thema, aangevuurd door zijn zware linkerhand en een monotone groove van Morris en Dickey. Af en toe wordt het tempo ook eens opgetrokken. Dat wordt onder andere gedemonstreerd in het duizelingwekkende 'Quivering with Speed', waarin Shipp zijn hoekige pianostijl, die klinkt als een kruising tussen Cecil Taylor en Monk, nog eens bovenhaalt. Maar ook Coltrane is hier van de partij wanneer 'Giant Steps' haast onopgemerkt voorbij raast.
Matthew Shipp verrast met 'Piano Vortex' vriend en vijand en keert hiermee terug naar de roots van de pianojazz. Samen met Joe Morris en Whit Dickey zorgt hij voor een intrigerend werkstuk waar voor de aandachtige luisteraar een pak in te ontdekken valt. Al zijn hier waarschijnlijk meerdere rondjes in de cd-lader voor nodig.
Meer over Matthew Shipp
Verder bij Kwadratuur
Interessante links