Het is best iets opmerkelijk, punkrockmuziek. Het genre, dat al drie decennia lang wordt vereenzelvigd met puberale opstandigheid, skateboards en het Amerikaanse straatleven, blijft zichzelf heruitvinden met nieuwe bands die muzikaal exact hetzelfde doen dan hun voorgangers. Ophitsende, snelle rock’n’roll, samengezongen refreinen en een grappige kwinkslag blijken onontbeerlijk. Het Canadese Living with Lions is een relatieve nieuwkomer op het toneel en wil bij deze zijn tweede langspeler aan de wereld openbaren.
Living with Lions is net dat tikkeltje ernstiger – en dus ook meer overtuigend – dan de gemiddelde punkrockband. Vandaar een albumtitel als ‘Holy Shit’. Maar ook ontdubbelde zang- en gitaarpartijen dragen hun steentje bij in overredingskracht. De meeste van de tien songs op deze langspeler hebben omwille van melodieuze sterkte best veel weg van een regelrecht anthem. Daardoor beweert dit vijftal zowel jonge punkrockfans als doorwinterde hardcoreliefhebbers aan te kunnen. Daar valt wel wat voor te zeggen, want een krachtig ‘Maple Drive Is Still Alive’ bevat zowel een punkspirit met speeddrums en scherend gitaarwerk als emotioneel glijdende zangpartijen en bundelt zo agressie en liefde in een enkel nummer.
Dit is muziek met een hoge energiewaarde. Meezingen is vaak aangewezen, maar meebrullen kan nog meer gebeuren. Songs als single ‘Honestly, Honestly’ blaken dan ook van het charisma (“You got the best of me, now take the rest of me”), iets wat een zwarte albumhoes met enkel letters van band en plaat spijtig genoeg niet lijkt te ondersteunen. Het originele artwork bevatte dan ook net iets te veel antikatholieke, aanstootgevende elementen waardoor de Canadese autoriteiten het hebbeding verboden.
‘Holy Shit’ is een behoorlijk vlot plaatje. Spijtig genoeg legt Living with Lions zichzelf wel enige beperkingen op. De voornaamste pijnpunt is dat dit kwintet punkrock maakt in zijn meest traditionele vorm. Alle clichés (voorspelbare climaxen, drie minutensongs, teksten over liefdesproblemen) zijn aanwezig, waardoor de band zichzelf een etiket van zoveelste tijdelijke teenagerband opkleeft. Qua kwaliteit en energiegehalte betuigt de groep dan weer de nodige eer aan zijn genre. Te nemen of te laten.