De hippe producer Lindstrøm wordt in één adem vernoemd met compagnon Prins Thomas, Trentemøller of andere sterren in de recente Deense minimal-beweging. Een fijne neus voor gevoelsgeladen danscomposities met subtiele evoluties of opmerkelijke wendingen, waardoor elke song een heus verhaal lijkt te vertellen, typeert deze elektronicahelden. De klemtoon ligt dan ook vaak niet op de beats maar op de melodie, de (sub)bassen of op aanvullende ritmische elementen. Dat alles wordt op Lindstrøms solo-ep 'Where You Go I Go Too' helemaal benadrukt. Met slechts drie tracks die schipperen tussen tien en dertig (!) minuten, mag er gerust gesproken worden van stevige elektronische composities.
Om het helemaal onconventioneel te maken, begint Lindstrøm met het langste nummer, tevens titeltrack van deze plaat. Hierbij is letterlijk sprake van een droomsymfonie. Fonkelende geluidstapijten worden verrijkt met digitale gitaarlicks die geleend lijken van System 7 en klimmen zo op tot één fantasierijke droomwereld. Vangelis-achtige synthesizerschichten schieten door de lucht en geven het geheel een leuk rondtollende retro-dimensie. Aan detailgeluiden en dynamiek is hier in elk geval geen gebrek. Een wandelende tred en een subtiele evolutie maken dat dit nummer perfect meeleefbaar blijft en zich nooit echt opdringt. Hier wordt geen roer omgegooid, hier worden geen kaarten geschud, maar worden wel voorzichtig elementen als handgeklap en een baslijntje toegevoegd waardoor lichte karakterwijzigingen ontstaan. Zelfs een beneveld tussenstuk waarbij het ritme wordt verlaten, lijkt nauwelijks op een koerswijziging, ook al domineert nadien duidelijk een andere klankkleur en worden de teugels meer los gelaten.
Ook het tweede nummer blijkt zo'n blinkende toverbal die slechts langzaam van kleur verandert. Een softe discobeat en gesamplede gitaargeluiden zijn de overeenkomsten, maar hier komt toch een lichte elektrobeat het geheel versterken. Daardoor leent het afgebakende 'Grand Ideas' zich iets meer voor een dj-set, zonder een etiket als 'dance' te moeten torsen. 'Long Way Home' tenslotte is het meest opvallende in het rijtje, omdat hier wel een duidelijke brug geslagen wordt. Halverwege de track wordt immers plots een ontzettend verheven synthesizerstuk ingezet waardoor bijna de grens met kitsch geraakt wordt. Gelukkig belandt Lindstrøm weer tijdig met beide voetjes netjes op de grond.
'Where You Go I Go Too' klinkt verdacht vlot en toegankelijk, ondanks het gegeven dat zijn drie songs een serieuze duurtijd opgelegd kregen. De producer grijpt hier gretig terug naar soms totaal fout klinkende geluiden, maar past die netjes in een hip, eigen kader. Toch is de gedachte naar een nieuwe Jean-Michael Jarre-plaat te zitten luisteren soms moeilijk te onderdrukken, wat natuurlijk geen slechte zaak hoeft te zijn.
Meer over Lindstrøm
Verder bij Kwadratuur
Interessante links