Na zijn opmerkelijke en vernieuwende debuut ‘Salt Of The Earth’, kort erna gevolgd door het project ‘Double Trouble’ met zijn mentor James Gourlay, verliet bastubaspeler Les Neish de Foden’s Band om het er solo op te wagen. ‘Shine’ is zijn nieuwste worp en op het eerste gezicht is er eerder voor veilig dan vernieuwend gekozen. Zijn debuut miste wat samenhang, hoewel na enkele beluisteringen de erg gevarieerde set meer voor- dan nadelen bood, en de opvolger is wat toegankelijker. De begeleidingsband is niet langer Foden’s, maar Wingates, terwijl op piano Martyn Parkes wel gebleven is.
Het bekende, oorspronkelijk voor trompet geschreven ‘Concert Etude’ van de Rus Goedicke bijt de spits af en met Fritz Kreislers voor viool geschreven werken ‘Rigaudon’ en ‘Sicilienne’ blijft Neish in de klassieke sfeer waarbij zijn virtuositeit zorgt dat de aalvlugge passages niet wollig klinken. Absoluut geen evidentie. Rodney Newtons prachtige ‘Capriccio’ is het eerste brassbandwerk op deze plaat. In 1986 liet dit werk de al genoemde James Gourlay de veelzijdigheid van de tuba (in dit geval de iets lichtere variant in mi bemol) exploreren. Het heldere, moderne gesyncopeerde thema wordt gevolgd door een heel gevoelige, romantische melodie waarna het beginthema opnieuw naar voor treedt. In de daaropvolgende cadens wordt het register van de tuba opengetrokken zonder al te ondoenbaar over te komen, alweer gevolgd door de romantische melodie. In de korte coda komt het beginthema nog heel even opzetten.
Heel wat moderner is Evžen Zámečníks ‘Concertino For Tuba And Piano’. Deze Tsjechische componist schreef het in 2000 als plichtwerk voor de internationale tubawedstrijd van Brno. Les en pianist Martyn Parkes haalden toen de tweede plaats met de prijs voor de beste uitvoering van dit concertino.
‘Song For The Skies’ en ‘Shine’ zijn twee werken die de solist als compositieopdracht gaf. Het eerstgenoemde is van de hand van Paul Lovatt-Cooper en is voor diens doen erg rustig en zelfs sober met noten. De melodie doet denken aan een folkthema, al lijkt er ook heel even een verwijzing naar ‘Capriccio’ in te zitten. Het driedelige titelnummer, geschreven door Peter Meechan, is zonder meer het hoogtepunt van de plaat. Qua veelzijdigheid heeft het veel weg van ‘Episodes And Echoes’, ook al een topmoment op Neish’ debuut-cd. Na een feest van grote intervallen en vingervlugge passages, is het tijd voor een contemplatief tweede deel dat voorzichtig het slotdeel inleidt, waar de virtuositeit van Les Neish via een funky begeleiding uitmondt in een ware climax.
Het eveneens van Meechan afkomstige ‘Floating Dreams’ werd net als het opmerkelijke en even dromerige ‘My Mountain Top’ op zijn debuut geschreven voor bastuba en cd. De auteur van het laatstgenoemde, Andy Scott, is hier opnieuw te vinden met ‘An Everything Is Still’ dat het eerder van de beklijvende solo moet hebben dan van de ietwat platte pianobegeleiding. Met dirigent en euphoniumsolist David Thornton in ‘The Prayer’, 210 jaar geleden gecomponeerd maar tegenwoordig vermaard omwille van het duet tussen Céline Dion en Andrea Bocelli, wordt heel lyrisch maar ook enigszins op veilig besloten.
Een tweede ‘Salt Of The Earth’ is ‘Shine’ zeker niet geworden: daarvoor is dit schijfje iets te braaf. De veelzijdige mix is gelijkaardig maar veel lichter gedoseerd, al is het ook net daardoor tevens capabel om een groter publiek te bereiken.