Jonge, vrouwelijke singer-songwriters zijn er in verschillende gedaanten. Er zijn meisjes met een gitaar, meisjes met een piano, een accordeon of een harp. Kaat Hellings behoort met ‘Hit of the Century’ tot geen één van deze categorieën. Qua stem past ze perfect in de traditie van haar collega’s, maar de muziek die er rond geweven wordt, wringt aardig tegen.
Hellings wordt op haar twee album bijgestaan door een indrukwekkende lijst muzikanten: gitarist Nico Roig (Os Meus Shorts), de elektronica van Jorgen Cassier, saxofonist Alexander Berne en parttime dEUS-gitarist Mauro Pawlowski. Nog typerender is de hulp die ze krijgt van de Belgische jazz en improvscène: koperblazer Michel Massot (Trio Grande), bassist Nicolas Thys, keyboardspeler Jozef Dumoulin (Othin Spake) en percussionist Eric Thielemans die meteen ook de productie voor zijn rekening neemt.
Deze indrukwekkende lijst heren haar “band” noemen, gaat wat ver. Al mogen ze dan wel hun bijdrages leveren voor het eindresultaat, niemand krijgt de kans om zich expliciet op het voorplan te werken. Of het moet Thielemans zijn die Hellings in een heel opvallend decor plaatst. De instrumentalisten worden quasi anoniem en onherkenbaar in het bij momenten bevreemdende en psychedelische geluid dat geen rock, geen jazz, noch soundscapes is, maar alles van ver aanraakt.
‘Hit of the Century’ is geen objet trouvé, maar klinkt eerder als musicien trouvé. Het lijkt wel alsof de muzikanten elkaar toevallig treffen en de muziek opgebouwd is uit zwerfgeluiden. Vaak wordt de instrumentale input gereduceerd tot flarden die samen echter een uiterst gedetailleerd geluid vormen, alsof de muziek wetens en willens door de papierversnipperaar gedraaid werd, heel goed wetende wat er zou uit komen.
Het stemgeluid van Hellings doet denken aan dat van de jonge An Pierlé, maar daarmee is alle hitgevoeligheid wel opgesoupeerd. Refreinen duiken hier en daar wel op, maar moeten de songs delen met Hellings ongewone melodieën, parlandoritmiek en hier en daar ook een onstabiel metrum.
De plaat zet in met een spookachtige spoken word in ‘The Poet’, waarbij Hellings stem gemanipuleerd en in verschillende lagen geplaatst wordt. De in- en uitschuivende keyboards van ‘Hot Rich’ doen denken aan de muzikale stilstand in de tijd van Susanna and the Magical Orchestra en Roigs prepared guitar in ‘Time’ lijkt te knipogen naar de tingelende huis-, tuin- en keukenmuziek van Harry Partch.
‘Hit of the Century’ van Kaat Hellings vraagt (of beter: roept) om aandacht. Wie de plaat wil gebruiken als behang, zal snel op zijn stappen moeten terugkeren. Hoewel de nummers samen onder de veertig minuten afklokken zijn ze als geheel ook behoorlijk vermoeiend om te volgen. De aandacht van de luisteraar wordt immers danig op de proef gesteld en krijgt alleen rust in enkele oprispingen van traditionele duidelijkheid. Hellings is duidelijk meer een dame voor pakweg Kraak dan voor Werchter en dat siert haar. Bovendien dwingt ze haar luisteraars niet zomaar met gesloten ogen in het diepe te springen. Alle songs zijn immers gratis te beluisteren en tegen betaling te downloaden op Bandcamp.