De titel van dit plaatje slaat meer bepaald op vier concerti, twee voor orgel en strijkers, eentje voor viool en een dubbelconcerto voor viool, orgel en strijkers. Orgelconcerti zijn doorgaans niet zo gekend en die van Haydn vormen geen uitzondering. De meeste van zijn negen concerti voor het instrument herwerkte hij nadien dan ook voor pianoforte. De oorsprong voor zulke orgelconcerti, die in de barokke periode vaker voorkwamen, vindt men in religieuze muziek en dan meer bepaald in de praktijk van tijdens erediensten ook puur instrumentale, in se wereldse muziek uit te voeren. Het orgel was een natuurlijke keuze als solo-instrument aangezien het in de meeste kerken direct voorhanden was. Die praktijk viel in Oostenrijk in onbruik na de hervormingen (in de jaren '80 van de achttiende eeuw) van keizer Joseph II en dat is de reden waarom Haydns concerti voor orgel en strijkers een nagenoeg vergeten deel van zijn oeuvre zijn gaan vormen.
Organist Lorenzo Ghielmi dirigeert het ensemble La Divina Armonia van achter zijn instrument. Het meest opvallende aspect aan deze plaat is de zachte, muzikale klank van het orgel. Ghielmi is in staat om ongelooflijk fijne nuances te maken, niet slechts in de trage delen (die veel winnen door het gebruik van het zachte altvioolregister) maar ook op snellere passages. De fluitregisters gebruikt hij minder maar zorgen voor hele mooie kleureffecten, zeker op herhaalde frases zoals aan het eind van het concerto in D groot. Bovendien fraseert Ghielmi erg mooi en op een instrument als orgel, dat zulke fraseringen slechts in beperkte mate toelaat, is dat een erg knappe prestatie. Bij een zo muzikale uitvoering zijn de kleine intonatieproblemen tussen orgel en strijkers volledig vergefelijk.
Haydns vioolconcerto in G, Hob. VIIa:4 is ongetwijfeld het meest gekende werk van de plaat en vele violisten hebben al op de muziekschool dit concerto onder handen genomen. Het werkje krijgt een enthousiaste uitvoering mee, met een ensemble strijkers dat met hoorbaar plezier elke frase aanvalt en een solist, violist Stefano Barneschi, die een vlotte uitvoering voorop stelt en niet lang blijft hangen op meer zangerige frases of mineur gedeeltes. Barneschi kruipt diep in elke noot en geeft Haydns solo- en dubbelconcerto voldoende gewicht mee, zowel op moeilijke technische trekken als op lyrische frases, die lichtjes zangerig uitgevoerd worden.
Dit plaatje houdt een warm pleidooi voor enkele van Haydns vergeten werken. Een muzikale en elegante uitvoering in de geest van de Haydns sierlijke rococo stijl en twee gedreven solisten zijn een plezier om te beluisteren.
Meer over Joseph Haydn
Verder bij Kwadratuur
Interessante links