De Franse bassiste Joëlle Léandre heeft een indrukwekkende staat van dienst in de 'vrije' muziek. Ze trad op met een aantal Franse ensembles zoals 2E2M, Itinéraire en l'Ensemble Intercontemporain, werkte veel samen met de Engelse saxofonist Lol Coxhill en is geen onbekende in de New Yorkse jazzscène. Daarnaast treedt ze ook alleen op. In januari 2005 gaf ze twee concerten in het kader van Locus Loppem. De dubbel-cd 'Concerto Grosso' is een prachtige registratie van die twee optredens.
Léandre weet tijdens de ruim tachtig minuten die beide concerten in totaal beslaan een waaier aan emoties over te brengen. Ze speelt nu eens rustig en afwachtend, dan vrolijk – tokkelend op de snaren –, dan weer melodieus maar donker en vervolgens furieus en schijnbaar van plan haar instrument door te zagen. Maar wat overheerst is een enorme ingetogenheid, die niet in de laatste plaats wordt gecreëerd door het feit dat Léandre juist op de van nature 'stille' bas soleert. Het van oorsprong begeleidende – of in de jazz communicatieve – instrument wordt hier uit zijn dagelijkse pak gehaald en blijkt wonderwel te passen in de wereld van de solo-instrumenten, al moet de luisteraar aanvaarden dat de contrabas – althans in handen van Léandre – een autist is. De toehoorder moet zich overgeven aan de intensiteit van één noot en de pregnantie van de repetitie. Want dat zijn de wapens van de bassiste. De invloed die de Amerikaanse avant-garde componist John Cage op haar heeft uitgeoefend is dan ook goed merkbaar. Léandre deelt zijn minimalistische aanpak en ze werkt liever met suggesties dan met expliciete statements. Haar verre van lyrische muziek lijkt zelfs een abstractie van een melodie te zijn. Dit komt vooral naar voren als ze 'meezingt', ritmisch meehijgt of even een elders afwezig ritme slaat op haar instrument terwijl ze ondertussen aanhoudend een snaar laat trillen. Léandre speelt een partij in een voor het overige onhoorbaar, maar steeds nadrukkelijker voelbaar, muziekstuk.
Het belangrijkste in de muziek van Joëlle Léandre is wellicht dat wat er niet is. Het zijn uiteindelijk de leemtes, de ruimten tussen de noten, het ritme onder de breekbare klanken en de vrolijke melodie op de duistere uithalen, die op de voorgrond treden. Maar dat duurt meestal maar even. Léandre waakt over simpliciteit en voegt steeds nieuwe lagen aan haar composities toe. De stukken die aldus op een organische manier ontstaan zijn voor de luisteraar harde noten om te kraken, maar eenmaal gekraakt hebben ze een groot palet aan smaken te bieden.
Meer over Joëlle Léandre
Verder bij Kwadratuur
Interessante links