Voor deze nieuwe worp heeft Iron & Wine het over een andere boeg gegooid. Waar het warmhoudertje, de ep 'The Sea and the Rhythm', nog slaapkameropnames betrof, kan men nu naar Iron & Wine luisteren in volle studioglorie.
Oké, volle studioglorie is misschien een wat overdreven term voor dit soloproject van singer-songwriter Sam Beam, waarin zijn intimistische stemgeluid en akoestische gitaar centraal staan. Het belangrijkste voordeel van de verhuis naar de studio is de merkbare verbetering van de geluidskwaliteit en het ontbreken van koelkastgezoem, dat op zijn debuut nog een prominente rol speelde. Toch is het geluid ook veel rijker geworden dankzij de occasionele inbreng van zijn liveband. Dit valt al op bij het openingsnummer 'On Your Wings'. Het begint met gitaarwerk dat sterk aan een groep als Timesbold refereert, met een akoestische slidegitaar in een belangrijke rol. Die rol bekleedde hij reeds op 'The Creek Drank the Cradle' uit 2002 en hij is ook nu in haast elk nummer present. Vanaf de tweede strofe worden deze gitaren en de zang aangevuld met fragmentarisch opgebouwde percussie om op het einde te worden bijgestaan door basgitaar en drum. Dit is een vernieuwing ten opzichte van de vorige cd, die enkel stem en gitaar bevatte. De groep beperkt zich echter niet tot de rootsgeoriënteerde nummers als 'On Your Wings', 'Teeth in the Grass' of het geweldige 'Free Until They Cut Me Down'. Op andere momenten trekken ze voluit de kaart van de akoestische pop. Dan belanden ze ergens tussen het frivole van Belle and Sebastian en het ingetogene van Kings of Convenience. Mooi voorbeeld hiervan is het nummer 'Each Coming Night', dat met zijn bloedmooie harmoniezang en banjo in aanmerking komt voor sleper van het jaar. Zangharmonieën komen overigens haast in elk nummer voor en zorgen vooral in het nummer 'Cinder and Smoke' voor een uitschieter. De tweestemmige strofes weten de aandacht meteen vast te grijpen, terwijl het woordenloze refrein eerder dienst doet als kort intermezzo tussen die strofes. In de outro wordt dat refrein echter gebruikt om Elliott Smithsgewijs steeds meer stemmen op te stapelen. Hier gebruikt Sam Beam zijn stem echt als instrument om zo op zijn eigen gezapige manier een soort climax te bereiken. Ondanks de beperkte instrumentatie weet de groep een hele cd te boeien dankzij het songmateriaal dat steeds op zijn minst goed te noemen is en meestal uitstekend.
Laat het onderhand duidelijk zijn, met deze 'Our Endless Numbered Days' heeft Iron & Wine een moordplaat afgeleverd, waarmee ze de toch al hoge verwachtingen meer dan inlossen. Wat singer-songwriters betreft, hoort dit momenteel bij het beste wat er te vinden is.
Meer over Iron & Wine
Verder bij Kwadratuur
Interessante links