'Haruki' klinkt door en door Japans; zelfs de hoes van 'Haphazardly, while sitting' lijkt verdacht veel op die van Susumu Yokota's meesterwerk Sakura. Niets is minder waar: 'Haruki' is het alter ego van Gentenaar Boris Snauwaert die zijn derde plaat uitbrengt op het mystieke Canadese Corps-morts label. Op 'Haphazardly, while sitting' zijn banjo, mandoline en gitaar de basiselementen die worden afgewisseld met piano, accordeon, geluidsexperiment en de kleine en fijne organische elektronica die we de laatste jaren meer en meer horen. Als het toch in een hoekje moet, dan is het folktronica. In vergelijking met het in 2007 uitgebrachte 'Bending Wood' is 'Haphazardly, While Sitting' meer organisch en bevat het minder elektronica.
Enkele nummers van 'Haphazardly, while sitting' zijn heel indrukwekkend door hun eenvoud en doeltreffendheid. Bijvoorbeeld het openingsnummer 'This Music Is So Tiny It Bears Stuttering', dat al grommend begint waarop twee akkoorden het nummer opstuwen. Of 'Gallop on off', het hoogtepunt van de plaat, waar verschillende gitaarlijnen in elkaar vloeien met daarbovenop een lieflijk banjoakkoord en enkele pianotoetsen. Andere nummers zijn dan weer gemengd door een akoestisch begin en meer experimenteel einde, zoals 'I Had It All Planned Out', dat scherper en meer metalig wordt naar het einde toe, of 'This Music Is So Tiny It Fits a Hole' dat met een repetitieve banjo begint, vervolgens scherper en hectischer wordt om te eindigen in rust. De meer experimentele passages zijn vaak te scherp en zijn te weinig deel van het geheel. Een laatste categorie nummers is zacht en dromerig, zoals het mooie 'Le Vieux Chalet', een warme collage van accordeon en aangename blazers. Niet alle zachte nummers weten te bekoren: 'You Better' en het 12 minuten durende en het met kinderstemmetjes overgoten 'Open That Window' hebben te weinig evolutie en ideeën om voldoende de aandacht te trekken.
'Haphazardly, While Sitting' bevat verfijnde klanken, subtiele elektronica en een nostalgische sfeer. Zeker de akoestisch georiënteerde en evolutieve nummers, met de banjo als basisinstrument, zijn geslaagd. Wanneer hiermee geëxperimenteerd wordt ontstaat evenwel een scherpe scheiding tussen de akoestische elementen enerzijds en de scherpe, metalige elementen anderzijds, zonder fundamenteel bij te dragen aan de de bouwstenen van de verschillende nummers. De zachte nummers zorgen op zich voor een goede afwisseling in tempo maar zijn niet altijd even goed geslaagd, hetgeen nog meer bijdraagt aan het diffuus patroon. 'Haphazardly, While Sitting' bevat dus zowel toppen als dalen en blijft achter als een gemengd geheel.
Meer over Haruki
Verder bij Kwadratuur
Interessante links