Rubalcaba heeft erg diep nagedacht over de titel van zijn nieuwe plaat 'Paseo', zo blijkt uit de liner notes. Het is wandeling door de tijd, een ode aan zijn hond en een queeste naar zijn muzikale en menselijke groei. Het staat voor een nieuwsgierige, niet nostalgische zoektocht in het verleden en eerbetoon aan vrienden, familie, traditie, geesten en God. Zo blijkt maar weer dat nadenken ook nefaste gevolgen kan hebben voor een muzikant. Met al dat gefilosofeer zou een mens de muziek van de man en zijn New Cuban Quartet haast vergeten te beschrijven. En dat zou zonde zijn, want het kwartet brengt interessante jazzfusion.
De Cubaanse roots van Rubalcaba wordt niet vergeten, wat zich echter niet vertaalt in feestende latin-riedeltjes of bossa nova. De muziek van zijn geboorteland sijpelt voorzichtig binnen de krijtlijnen van Rubalcaba's jazz: hier en daar een afgebroken harmonie of een verwijzing naar typische fraseringen (in de drie gearrangeerde traditionals van de plaat is dat natuurlijk evident). Een kenmerk van Rubalcaba's componeerstijl doet denken aan een techniek die Chick Corea ook vaak toepast: een zwaar akkoord in de rechterhand van de piano en dan een flitsende frase in de linker die door sax, bas en drum unisono wordt meegespeeld. De enkele synthklanken en de mooie contrapuntmelodieën tussen sax en piano roepen ook herinneringen aan Corea op.Een mooi voorbeeld van deze techniek is te vinden in de intro en breaks van'Meanwhile'. Dit is één van de langere, complexere nummers op 'Paseo' De elektrische bas sleept zich voort, hier en daar funky accentje gevend. Het nummer krijgt door onverwachte modulaties en breaks een erg grillig, maar boeiend karakter. 'El Guerillero' (de soldaat) is gebaseerd op een oud Cubaans volkslied. Het lied is een statement tegen de hedendaagse krijgsgeest en het steeds groeiende materialisme van onze beschaving. Rubalcaba begint met veel humor het haast kindse, huppende thema te spelen, om dan met een typische latinofrase en enkele syntheffecten over te gaan naar een complexe uitdieping van het melodietje. Het forse 'Bottoms Up' begint met een koude groove van de bas en even droge, maar krachtige drums. Het vlotte, heldere pianowerk van Rubalcaba wordt bekroond door ritmische variaties van de begeleiding (een sambaritme, een ontdubbeling van het tempo in de bas, ...). Drummer Berroa geeft een heerlijke solo met een enorm ritmische intelligentie vol energieke, dense uitspattingen.
'Paseo' is een plaat die vol gedurfde ideeën staat. Hier en daar bezondigt Rubalcaba zich aan een kitscherig synthrifje, maar in het algemeen heeft hij krachtige, heldere fraseringen die toch meer dan eens olijke kapriolen of hikkende bokkensprongen maken. Rubalcaba en zijn maten raken vaak een gevoelige snaar, zonder klef te doen, zonder nostalgie, zonder clichés (of ze worden geironiseerd) en met karakter.
Meer over Gonzalo Rubalcaba & New Cuban Quartet
Verder bij Kwadratuur
Interessante links