De jaren tachtig worden door sommigen wel eens beschouwd als het decennium waarin goede muziek stierf: de nek omgewrongen door MTV en de kapsels van Bon Jovi en andere Mötley Crües. Dat de eighties echter veel meer waren dan hair metal en prefab pop, wordt vaak vergeten. Het is dan ook merkwaardig en interessant om te zien hoe zwaar de nostalgie voor dit verguisde decennium toegeslagen heeft in het nieuwe millennium. Gevestigde bands (denk maar aan Editors) grijpen naar de synthesizers en ook recentere acts als La Roux brengen de jaren tachtig helemaal terug. Ook het Deense Girlseeker wentelt zich in schaamteloze eighties-exploitatie, maar de vergelijking stopt daar. Waar La Roux een update is van duo’s als Yazoo en Soft Cell, maakt Girlseeker een soort lo-fi synthpop met gitaren, waarin levendige deuntjes gecounterd worden door existentialistische teksten.
Dat klinkt zeer interessant, maar levert het ook een goede plaat op? Wel, nee. ‘1-800-Greed’ zou veel beter gewerkt hebben als volledig instrumentaal album, want de ondermaatse vocals slagen erin om bijna elk nummer de vernieling in te helpen. De titelsong is hier een goed voorbeeld van: onverstaanbare zang die nauwelijks als zang bestempeld kan worden, maar eerder als atonaal gewauwel. Dat het niet om een experiment gaat, blijkt helaas wanneer ook de rest van het album dezelfde behandeling gekregen heeft.
Op de laatste nummers herpakt de band zich een klein beetje. ‘Tower’ wordt gedragen door een leuke synthesizermelodie en ook de gitaar levert een mooie bijdrage. Zelfs dan blijft de zang echter van een onvoorstelbaar laag niveau. ‘Snake Eyes’ is het laatste nummer en ook het beste. De donkere baslijn doet aan aanvankelijk aan Kraftwerk denken maar wordt na enkele seconden door een hypnotiserend synthmotiefje bijgetreden. De dreunende zang loopt niet te veel in de weg van de synths en is hier dan ook enigszins tolereerbaar, en zelfs verstaanbaar.
Een van de grootste pluspunten van ‘1-800-Greed’ is de relatief korte duur, maar zelfs met slechts negen nummers ziet de skiptoets er wel heel verleidelijk uit. De vraag blijft natuurlijk: was dit de bedoeling van de band, of is dit een soort parodie of kritiek op het decennium waar hun muziek overduidelijk aan refereert? Wat er ook van zij: dit had een degelijk album kunnen zijn met een fatsoenlijke vocalist. Jammer.