Giovanni Bononcini (1670-1747) werkte als operacomponist in Londen, waar hij één van de rivalen van Händel was. Het werk op deze cd dateert echter uit zijn jeugd: 1693. Bononcini noemt het een 'serenata', wat het midden houdt tussen cantate en opera. Het verhaal is eenvoudig: de nimf Clori (sopraan) zwoer ooit de liefde af, maar heeft zich bedacht. Ze verklaart de herder Tirsi (contratenor), die ze eerder had afgewezen, haar liefde. Eerst gelooft die haar niet, maar uiteindelijk kan ze hem overtuigen. Sater Fileno (bariton), zelf verliefd op Clori, heeft hen staan afluisteren en verschijnt. Hij verwijt Clori haar gelofte gebroken te hebben. Clori stuurt hem weg, en het koppel blijft gelukkig achter. Fileno zweert wraak.
De muziek is een afwisseling van meestal korte aria's en recitatieven. Het werk begint echter met een ouverture, waarin je onmiddellijk de harmonische rijkdom hoort. Uit een gebroken mineurakkoord in de luit ontstaat een langzaam deel vol spanningen. Dit mondt uit in een allegro waarin vooral het echospel tussen de 1ste en 2de violen opvalt. In het eerste recitatief en aria bezingt Clori haar gevoelens. Hier schemert vooral onzekerheid door, zowel in de tekst als in de mineur klinkende muziek. Een opvallend fragment daarna is het korte duet tussen Clori en Tirsi, Per te peno, per te moro (Voor jou lijd ik, voor jou sterf ik), waarin het 'lijden' van de tekst wordt geïllustreerd door heel kleine toonsafstanden. Beide stemmen hebben afwisselend lange noten, die telkens dissoneren met de andere stem. Ook dit beeldt 'lijden' en 'sterven' prachtig uit. De sfeer van dit duet wordt doorbroken wanneer Fileno verschijnt. Naast het feit dat nu een lage mannenstem opduikt (wat sowieso verdonkerend werkt), verandert ook de klank van het orkest. De clavecimbel wordt prominenter, en de strijkers klinken wat korter en agressiever. In het hele vervolg zal de clavecimbel hoofdzakelijk gekoppeld worden aan Fileno, terwijl het orgel meer bij Tirsi en Clori hoort. Na het verdwijnen van Fileno zingen Tirsi en Clori elk een langere aria met solo-begeleiding (resp. cello en viool). De serenata sluit met een aria waarin Clori bezingt dat wie spot met de liefde, er nog meer door zal getroffen worden.
De vertolkingen op deze cd zijn van hoog niveau. Het orkest, ensemble 415, speelt verfijnd en met mooie klank. Geen enkele noot klinkt onzuiver of slordig gearticuleerd. De begeleidende continuogroep toont harmonische fantasie. Dirigente Chiara Banchini speelt zelf de vioolsolo in de vermelde aria van Clori, en ook zij verdient alle lof. Alledrie de solisten zijn perfect gecast, maar misschien is het voor sommigen even wennen aan de stemkleur van contratenor Martin Oro. Hij zingt echter prachtig en loepzuiver, net als Adriana Fernandez en Furio Zanasi.
Een aanrader!
Meer over Giovanni Bononcini
Verder bij Kwadratuur
Interessante links