Het Händeljaar 2009 loopt stilaan ten einde maar de stroom werken van hem die op cd uitgegeven worden, neemt daarom nog niet meteen af. 'La Resurrezione' is een vroeg werk van Händel toen die in Italië werkte. Het werd, meer specifiek, geschreven voor een magnifiek en duur concert op paasdag 1708 dat ingericht werd door Händels mecenas markies Francisco Maria Ruspol in Rome. Die spaarde kosten noch moeite voor de gelegenheid en dat vertaalt zich in een van de rijkelijkste orkestraties van Händels oeuvre, met een orkest dat naast strijkers en continuo veelvuldig van trompetten, pauken, hobo's, traverso's en blokfluiten gebruik maakt. Händel van zijn kant was vastbesloten om indruk te maken op zijn Romeinse publiek en componeerde van de prachtigste muziek die hij ooit schreef – en die hij later veelvuldig zou herbruiken in zijn oratoria en opera's voor Londen en zelfs in de 'Water Music'.

Deze uitvoering, door het Franse Le Concert d'Astrée beschikt over vijf sterke solisten, die de rollen van 'een Engel', 'Maria Magdalena', 'Maria Cleophas', 'Johannes de Doper' en 'Lucifer' aannemen. Het verhaal zelf is een allegorische vertelling (en eentje die vrijelijk van de hemel naar de aarde en naar de hel springt) van het paasverhaal. Beide sopranen (Camilla Tilling en Kate Royal) zijn niet echt onbekenden en het zetten allebei prachtige uitvoeringen neer, helder zonder schel te worden, expressief zonder maniërismes, accuraat op de vele loopjes die Händel voorschrijft en met stemmen die de instrumentale begeleiding als gegoten passen. Luister maar eens hoe soepel en natuurlijk Tilling het slotkoor van het eerste bedrijf vervoegt, met een melodietje dat later zijn weg naar de 'Water Music' zou vinden.

Alt Sonia Prina zingt erg expressief met een warme, diepe altstem die het prachtig doet in trage bewegingen en in een (zeldzaam) duet als het 'Dolci Chiodi, Amate Spine' maar die wat minder overtuigt op snelle passages en coloraturen. Nu ja, afbreuk doen aan haar uitvoering doet dat enkel voor wie met een bijzonder kritische blik aan het luisteren is. Ook tenor Toby Spence komt erg mooi over, met een perfect onder controle gebrachte tenorstem en veel expressiviteit. Op die manier komt Spence ontroerend mooi uit de hoek in een trage aria als 'Quando è Parto dell'affetto', iets waar de gevoelige begeleiding en de perfecte symbiose tussen orkest en solist ook wel niet vreemd aan zullen zijn.

De figuur van de duivel Lucifer wordt uiteraard door een bas gezongen, een conventie die tot in de negentiende eeuw niet gebroken wordt om slechteriken aan lage stemtypes toe te wijzen. Hier is die bas Luca Pisaroni, een man met een stevige stem en een af en toe indrukwekkende laagte die echter wat te ruw kan overkomen, vooral wanneer de muziek de luide kant op gaat. Verder krijgt de luisteraar soms de indruk dat enkele delen van Händels baspartij wat te hoog zijn geschreven voor Pisaroni's zware bas.

Le Concert d'Astrée is een begrip in de barokwereld en met een zuivere, muzikale, enthousiaste uitvoering als deze is het niet zo moeilijk om te begrijpen waarom. Vanaf de ouverture, ingeleid door twee hobo's wordt duidelijk dat het orkest op gelijke voet met de uitstekende solisten kan staan. De vele virtuoze aria's zijn niet enkel voor de zangers uitdagend maar voor de instrumentalisten minstens evenzeer en worden met bravoure uitgevoerd. Dat alles zorgt voor een schitterende uitvoering van een werk dat een kleine twee uur duurt maar, dankzij de afwisseling in instrumentatie, Händels melodische vindingrijkheid en expressieve uitvoering, geen seconde gaat vervelen.

Meer over George Frideric Handel


Verder bij Kwadratuur

Interessante links
Agenda
Concertagenda
  • Geen concerten gevonden.